= Manieren die gebruikers van een taal gebruiken om betekenis toe te kennen aan een taalkundig symbool, meestal een woord.

+ semantic misunderstanding = komt voor wanneer mensen verschillende betekenissen geven aan hetzelfde word! De bronnen van deze misvattingen zijn:

` Dubbelzinnigheid
 (equivocation) bestaat uit statements die meer dan een aanvaarde definitie hebben
bv. What is a period? 


` 
Relatieve woorden
krijgt betekenis wanneer men vergelijkt
bv. Is de UA een grote of kleine school? 
Woorden als snel, traag, groot, klein, slim, dom, vaak, een beetje,…


Hoe kunnen we dit vermijden? Bv. Zaken meten op een schaal van 10 bv. Bij dokters: hoe veel doet u oor pijn?

` 
Statische evaluaties  de verkeerde assumptie dat mensen onveranderlijk en consistent zijn, wat leidt tot onjuiste overtuigingen


Bv. 
- Karen is short-tempered

- You can always count on Clark

 Can lead to Halo or Devil effect!


` 
Niveau van abstractie 
abstracte taal = vage taal --> zorgt voor misinterpretaties en stereotypering. Behavioral taal = specifieke dingen die mensen zeggen of doen (contrast of abstract)
- abstraction ladder


1.You need a better attitude

2.You need to be more positive

3.You need to complain less

4.You need to complain less about working too hard

5.You need to complain less about working overtime on weekends


- why abstract language? Veel informatie geven in een compacte boodschap

Symbolisch = willekeurige verbindingen tussen tekens en wat ze vertegenwoordigen!

- overeenkomsten

- bv. '5 = five, cinq, vijf, 0010101

+ Er zijn honderden talen verspreid over de wereld: elk met verschillende regels

Symbolische taal

- maakt communicatie mogelijk op een uniek (menselijk) niveau

MAAR leid vaak tot een misinterpretatie!

Er zijn 3 soorten regels verbonden met taal: