Wettige zelfverdediging
- Gepubliceerd in Wetgeving
- Reageer als eerste!
Wettige zelfverdediging
Wettige zelfverdediging
‘middelste straf’, misdrijf waarvoor vrijheidsstraffen korter dan 5 jaar worden uitgesproken, geldboetes van meer dan 26 euro of werkstrakken van 46-300 uur. Verschijnt voor de correctionele rechtbank.
Misdrijven die nooit stoppen.
Iemand die verdacht wordt van het plegen van een strafbaar feit, maar hiervoor nog niet schuldig is verklaard door een definitieve rechterlijke uitspraak wordt van zijn vrijheid beroofd.
Een misdrijf waarin men iets nalaat om te doen.
Soevereine beslissing door de rechter.
De toepassing van het strafrecht tot aan de veroordeling of vrijspraak.
Reden waardoor een straf wordt verminderd of uitgesloten.
(overal) misdrijf situeert zich op alle plaatsen waar zich een gedraging voordoet die een constitutief element van het misdrijf uitmaken.
Beslissen wat in aanmerking komt voor gestraft te worden. Het eisen van een straf.
Geheel van rechtshandelingen door het openbaar ministerie en de rechterlijke macht met betrekking tot strafzaken.
Procedurele regels, gericht op de overheid.
Bemiddelen over de straf.
Voorbereiding en voornemen is niet strafbaar, poging kan strafbaar zijn als er al sprake is van het begin van de uitvoering.