Menu

Wat bedoelen we met het concept ‘representatie’? Beschrijf beknopt de visie van Stuart Hall op de relatie tussen cultuur, betekenis, taal en representatie.

Representatie is het proces dat dingen, concepten en tekens aan elkaar linkt. Is een bemiddelende activiteit. Representaties moeten we als constructies zien vb "ceci n'est pas une pipe".

Volgens Hall die een constructionistische visie hanteert staat tegenover de weerspiegelingscultuur. Volgens Hall is cultuur het uitwisselen van betekenissen dit doen we via 'taal'. Daarbij werkt taal als een representatiesysteem. In taal gebruiken we namelijk tekens die onze concepten, ideeën en gevoelens weergeven of representeren naar andere mensen toe. Representatie is bijgevolg een centrale culturele praktijk waardoor betekenis via taal wordt geproduceerd.

Volgens Stuart Hall heeft cultuur vooral te maken met gedeelde betekenissen. Mensen zijn voortdurend bezig met het creëren, uitwisselen en interpreteren van betekenis. ‘Taal’ (woorden, beelden, klanken, gebaren,...) is het middel bij uitstek om dit te verwezenlijken want taal werkt als een representatiesysteem. In taal gebruiken we namelijk tekens die onze concepten, ideeën en gevoelens weergeven of representeren naar andere mensen toe. Representatie is bijgevolg een centrale culturele praktijk waardoor betekenis via taal wordt geproduceerd. De kern van het betekenisproces in cultuur wordt, volgens Hall, eigenlijk gevormd door niet één, maar twee met elkaar verbonden representatiesystemen. Enerzijds is er het systeem dat ons in staat stelt om betekenis te verlenen aan de wereld door het verbinden van ‘dingen’ met mentale concepten. Anderzijds verbinden mensen in een bepaalde cultuur die conceptuele map met een geheel van tekens, die georganiseerd zijn in ‘taal’ die die concepten representeert of weergeeft. Representatie is het proces dat ‘dingen’, concepten en tekens aan elkaar linkt. Hall verwoordt het belang van de band tussen representatie en het creëren van betekenis nog als volgt:“...we give things meaning by how we represent them…”

Die bemiddelende activiteit herinnert ons eraan dat we representaties als constructies moeten zien: ze niet verwarren met datgene waar ze in werkelijkheid voor staan. Vb: Ceci n’est pas une pipe van Magritte: zelfs een zgn. ‘realistisch’ schilderij van een element uit de werkelijkheid blijft uiteindelijk een tweedimensionele representatie van iets driedimensioneels. De betekenis van iets ligt niet zomaar vooraf vast in de dingen. Dingen betekenen niet op zichzelf. Betekenis wordt geconstrueerd door mensen die gebruik maken van representatiesystemen. Representaties weerspiegelen niet alleen maar de werkelijkheid, maar construeren ook zelf actief onze wereld door de betekenissen die ze produceren = constructivistische benadering. Deze gaat in tegen de weerspiegelingstheorie (taal reflecteert alleen maar betekenis die al bestaat) en de intentionele benadering (taal drukt enkel uit wat de maker wil uitdrukken).

Lees meer...

Wat betekent the circuit of culture? Leg kort uit en illustreer aan de hand van een cultureel object: de iPod.

Cultuur heeft te maken met betekenissen en deze worden volgens ‘The Open University’ gecreëerd via vijf belangrijke praktijken. De betekenissen circuleren doorheen de vijf praktijken of processen. Dit noemen we ‘the circuit of culture’ en het bestaat uit: representatie, identiteit, productie, consumptie en regulering.

Representatie wil zeggen dat de betekenis niet rechtstreeks voortkomt uit het object zelf, maar door de manier waarop dat object gerepresenteerd wordt in taal. Men creëert een (culturele) betekenis via de praktijk van representatie. Men gebruikt hiervoor verbale en visuele talen bijvoorbeeld de reclame rond de iPod en het imago en beeld ervan (stijlvol en cool). Door verschillende reclames creëert men verschillende betekenissen. Ook nam de iPod diverse vormen aan (armband om je iPod aan te bevestigen, Nike schoenen die je looproute aantonen via je iPod. Ook voor jongeren is er iets specifiek zoals de aangepaste covers. Het stijlvolle design van de iPod geeft ook iets zakelijks (afkomstig van Steve Jobs). Voor cultuurliefhebbers zijn er ook rondleidingen in musea via de iPod en de zin ‘iPod, therefor i am’ doet je vermoeden dat je er één moet hebben om betekenis te geven aan je leven.

Identiteit wil zeggen dat bepaalde groepen geassocieerd worden met een product. De culturele betekenissen zorgen ervoor dat mensen een identiteitsgevoel ten opzichte van een bepaald product ontwikkelen. Men construeert dus identiteiten maar ook verschillen. De iPod is gewild door velen omdat jongeren het hip vinden, zakenmensen het zakelijk, sporters sportief… Ook bekende mensen (bv Obama gaf het aan de Engelse koningin) kopen het, dus jij wil het ook. Er zijn verschillende types van iPod die op verschillende manieren weergegeven worden en dus verschillende doelgroepen aanspreken. Verschillende groepen associëren zichzelf dus met de iPod. De iPod past ook binnen de “Apple-community” waarmee de gebruikers van alle Apple-producten zich identificeren.

Productie van betekenisvolle voorwerpen, kan vergeleken worden met het produceren van een cultureel artefact. We kijken niet alleen naar de technische ontwikkeling van het product maar ook hoe het object cultureel wordt gemaakt (betekenisvol). We kijken hoe het geëncodeerd wordt met specifieke betekenissen. Dit noemt men de “production of culture”. Verder wordt er ook gekeken naar de “culture of production” of de wijze waarop de productiepraktijken culturele betekenissen krijgen. Het proces en de organisatie waarin en waardoor cultuur geproduceerd worden in een cultuurindustrie. Bij de iPod speelt design een grote rol (zie je door de verschillende soorten en kleuren). Elk design zorgt voor een bepaalde identiteit. De identiteit van de iPod wordt gecreëerd door individuen (Steve Jobs, Obama,…) maar ook door bedrijfsidentiteiten (Apple). Bij Apple vinden we globaal entertainment terug, ze bieden zowel hard- als software aan (iTunes, iPod, iPhone, MacBook,iWork, iLife, …). Dit noemt men ook wel een mediasynergie.

Consumptie wil zeggen dat consumenten actief betekenissen construeren tijdens de consumptie van goederen en deze integreren in het dagelijks leven. We noemen dit ‘signifying practice’. Het is de betekenis die een product krijgt als dit geëncodeerd wordt kan afwijken van de betekenis die hij voor de gebruiker krijgt. Door de manier van gebruik en consumptie, krijgen voorwerpen een bepaalde betekenis. Bij de iPod zie je dat hij intimiteit creëert in een drukke omgeving en hij kan dimensies toevoegen aan gebeurtenissen. Hij kan een ervaring versterken (bv beter lopen) en veel mensen worden vrolijk van hun muziek. De producent had deze gevolgen niet in het hoofd, maar ze zijn wel positief.

Regulering wil zeggen dat het gebruik van een product bepaalde effecten heeft op de regulering van het culturele leven in de samenleving. Sommige gebruiksvoorwerpen kunnen de grenzen tussen het openbare en het private leven verstoren. Dit is een status die we “matter out of place” noemen. Er worden dan pogingen ondernomen door instituten om het gebruik te reguleren. Culturele normen en praktijken proberen dan ons gedrag te reguleren. Bij de iPod zie je dat ze in opspraak komen omdat ze gehoorschade kunnen veroorzaken (volumebeperking is nodig). Muziekwinkels verdwijnen ook door de online aankoop.

Lees meer...

Wat is het belang van ‘authenticiteit’ (echt en origineel zijn) in subculturen. Illustreer eventueel met het voorbeeld van Nikki S. Lee.

Subculturen zetten zich af tegen een hoofdcultuur bv. de punkers met hun bekende slogan ‘no future’ waarbij ze zich afzetten van de recessie in de jaren ‘80 en het gevoel hebben geen toekomst meer te hebben. Maar tegelijk vormen ze op die manier ook een ‘imagined community’, met eigen waarden en normen. Hierbij gebruiken ze gemeenschappelijke codes: leden van de subcultuur weten wat deze codes betekenen, en weten waarvoor ze staan. Het is een vorm van identificatie. Je kan bij de subcultuur dan ook niet zomaar toetreden. Zo moet je ‘echt’ zijn om erbij te horen, en de codes kennen.

Nikki S. Lee probeert codes te ‘lezen’, als het ware te kraken. Ze gaat zich volledig inleven in verschillende subculturen, en gaat zich ook met deze groepen gaan identificeren. Nikki zorgt ervoor dat voordat ze erin treedt, ze de gebruiken kent en een onderzoek daar rond voert. Ze wil zo echt mogelijk overkomen als onderzoekster binnen een subcultuur. In de video hebben wij gezien dat ze daarvoor gebruik maakt van: gym (vermageren om jonger uit te zien), visagisten/make-up artiesten (om oud uit te zien), boeken (om gebruiken te leren),... en vooral: de gewone camera (zodat de foto echt lijkt te zijn en niet geforceerd in de studio of een professionele fotoshoot).) Zo treed ze bijvoorbeeld binnen in de hiphopcultuur: ze maakt haar deze cultuur helemaal eigen en probeert dus de codes te kraken, de betekenissen die aan bepaalde zaken verleend worden, op te sporen en over te nemen.

Op die manier maakt Niki S. Lee echter iets oppervlakkigs van subculturen: het lijkt immers gemakkelijk om de codes te kraken. De vaag hierbij is of ze wel ‘echt’ is. als je de codes van bepaalde subculturen gaat kraken, dan neem je deze subculturen mee in de mainstream, en dat is nu net hetgene waar subculturen zich tegen willen afzetten.

Lees meer...

Vanuit welke verschillende perspectieven kan het fenomeen ‘Graffiti’ benaderd worden. Illustreer eventueel met het voorbeeld van Banksy.

Vanuit een relationeel perspectief kan graffiti enerzijds gezien worden als een 'imagined community', of verbeelde gemeenschap. Alle naties en gemeenschappen zijn hier voorbeelden van. Het deel uitmaken van zo'n imagined community kan zorgen voor een samenhorigheidsgevoel, waarbij het geheel meer is dan de delen. De graffiti en het 'taggen' (= aanbrengen van tekens, tags, in de openbare ruimte) kan gezien worden als een imagined community, waarbij de eigen ruimte als het ware 'afgebakend' wordt (eigen territorium).

Vanuit een verbeeldend perspectief concurreren verschillende taggers met elkaar, maar zenden ze tegelijk ook boodschappen uit naar elkaar, door middel van ‘codes’ = tags. Ze creëren hun eigen symbolen. Deze geven uitdrukking aan een beleving van hun werkelijkheid. Deze codes moet je leren lezen om niet vast te zitten of geen negatieve gevolgen te dragen. Identiteitsvorming staat hierbij enigszins centraal. Vanuit een publieksverdiepend perspectief creëren ze een bewustzijn rond maatschappelijke uitdagingen. Zo is graffiti een soort afzetten van de hoofdcultuur (= subcultuur).

Als voorbeeld zijn de aangebrachte werken van Banksy in de openbare ruimte één voor één vormen van maatschappelijke kritiek. De boodschap is anti-kapitalistisch, tegen de gevestigde orde en sprekend voor vrijheid. Dit brengt meteen informele leerprocessen met zich mee. De werken van Banksy (en andere graffiti-artiesten) kunnen als kunst beschouwd worden. Zo worden de werken van Banksy vaak opgenomen in kunstgalerijen en musea. Graffiti van Bansky is een bepaalde taal, niet zomaar iets vuil maken. Het is een soort van hoge kunst (met codes en hiërarchie). Toch beschouwen heel wat mensen graffiti als vandalisme. Mensen zoals Banksy immers muren vies en dat is niet toegestaan. Zo wordt er elk jaar miljoenen uitgegeven om de stad 'schoon' te houden. De cultuur van graffiti wordt dus gecriminaliseerd.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen