Menu

Item gefilterd op datum: mei 2014

Sterfte.

de belangrijkste doodsoorzaak onder adolescenten zijn ongelukken met motorische voertuigen. De kans op een ongeluk is groter wanneer er meerdere adolescenten in een auto zitten. De derde doodsoorzaak in de VS is suïcide. In de helft van deze gevallen is zelfmoord gepleegd met behulp van een vuurwapen. Meisjes hebben over het algemeen meer zelfmoordgedachten en ondernemen vaker een poging dan jongens. Echter, jongens slagen vaker in hun zelfmoordpoging.

Lees meer...

Depressie.

depressie bij jongeren uit zich meestal niet in de kenmerkende somberheid. Symptomen zijn eerder geïrriteerdheid, verveling of een onvermogen om plezier te ervaren. Het is een serieus probleem vanwege de kans op suïcide. Vrouwelijke adolescenten zijn kwetsbaarder voor depressie dan mannelijke adolescenten. Risicofactoren zijn verder een erfelijke belastbaarheid, angst, stressvolle levensgebeurtenissen, angst voor sociaal contact, chronische ziekten, ouder-kind conflicten en mishandeling dan wel verwaarlozing. De meest effectieve behandeling bij depressieve pubers is een combinatie van fluoxetine en cognitieve gedragstherapie.

Lees meer...

Middelengebruik.

middelenmisbruik is schadelijk gebruik van alcohol of drugs. Misbruik kan leiden tot verslaving. Dit kan zowel fysiologisch als psychologisch zijn en duurt meestal ook tijdens de volwassenheid voort.

Het is vooral gevaarlijk tijdens de pubertijd, omdat het dan hersengebieden stimuleert die nog aan het ontwikkelen zijn. Binge drinkers, mensen die vijf of meer drankjes drinken tijdens een gelegenheid. Zij blijken slechtere schoolprestaties te leveren en deel te nemen aan ander risicovol gedrag. Pubers die rond hun elfde al beginnen te roken hebben twee keer zoveel kans dat zij deel zullen nemen aan risicovol gedrag. Dit is ook het geval bij vroeg gebruik van alcohol en marihuana.

Lees meer...

Lichamelijke en geestelijke gezondheid.

lichamelijke activiteit is goed voor de ontwikkeling van de botten en spieren en verminderd stress en angst. Ook vermindert het de kans dat pubers zullen deelnemen aan risicovol gedrag. Veel adolescenten slapen te weinig, en zijn hierdoor vermoeid gedurende de dag. een oorzaak van verandering van het slaappatroon (later op bed, later eruit) is fysiologisch van aard. Adolescenten ondergaan een verandering in het circulaire timing systeem. Het tijdstip waarop het hormoon melatonine wordt uitgescheiden, is een teken voor het brein dat het tijd is om te gaan slapen. Dit tijdstip verschuift naar een later moment in de puberteit.

Overgewicht wordt een steeds groter probleem onder adolescenten (vooral in Amerika). Gebrek aan lichaamsbeweging blijkt de belangrijkste risicofactor. Een ander punt is de opkomst van eetstoornissen. Zorgen over het lichaamsbeeld ontstaan vaak in de middenkindertijd en kunnen leiden tot obsessieve pogingen om het gewicht onder controle te houden. Overdreven zorgen over gewichtcontrole en lichaamsbeeld kunnen leiden tot anorexia nervosa (uithongeren) of boulimia (veel eten, dan overgeven). Bij beide stoornissen gaat het om een abnormaal patroon van voedselinname. Binge eating stoornis, lijkt op boulimia. Hierbij vindt het vele eten wel plaats maar het compenserende gedrag niet.

Lees meer...

Ontwikkeling van de hersenen.

Tijdens de adolescentie vinden er dramatische veranderingen plaats in de hersenen, waar het gaat om emoties, beoordeling, gedragsorganisatie en zelfcontrole. Dit is een verklaring voor de emotionele uitbarstingen en het risicovolle en gevaarlijke gedrag van pubers. Verder verwerken pubers informatie over emoties anders dan volwassenen doen: pubers gebruiken de amygdala, die betrokken is bij emotionele en instinctieve reacties, terwijl volwassenen de frontale kwabben gebruiken en zo tot weloverwogen beslissingen komen. De groei en het terugsnoeien van de grijze stof zijn belangrijke processen die bijdragen aan de veranderingen. De toename van de productie van grijze stof, zoals neuronen, axonen en dendrieten, begint vlak voor de puberteit en is waarschijnlijk gerelateerd aan de productie van sekshormonen. De groeispurt in de hersenen vindt voornamelijk plaats in de frontale kwab. Van hieruit worden processen als planning, redeneren, beoordeling, emotionele regulatie en impulscontrole aangestuurd.

Lees meer...

Fysieke ontwikkeling.

de biologische veranderingen in de puberteit bevatten snelle groei in lengte en gewicht, verandering in lichamelijke vormen en verhoudingen en het bereiken van seksuele volwassenheid. De puberteit wordt door twee onafhankelijke centra in gang gezet. Het ene systeem bevindt zich in de bijnieren.

Dit systeem begint met de hormoonproductie als een kind zes tot negen jaar is. De bijnier scheidt androgenen uit, welke hun piek bereiken in de leeftijd van begin twintig en zijn verantwoordelijk voor de productie van schaamhaar, huidveranderingen, veranderingen in lichaamsgeur en de eerste seksuele gevoelens. Ongeveer twee toto vier jaar later begint het tweede en belangrijkste systeem te werken wat in gang wordt gezet door de rijping van de geslachtsorganen. De androgene productie bereikt het volwassen niveau. Hierdoor neemt de concentratie oestrogeen en testosteron toe in het bloed, hierdoor vindt er lichamelijke verandering plaats. Oestrogeen is verantwoordelijk voor de vrouwelijke vormen, testosteron is verantwoordelijk voor de mannelijke veranderingen.

Leptin: een hormoon dat een belangrijke rol speelt bij het begin van de puberteit. Leptin is gevoelig voor de hoeveelheid lichaamsvet. Wanneer het percentage lichaamsvet te laat is komt de menstruatie niet op gang.

Meisjes bereiken gemiddeld zo’n drie jaar eerder de puberteit dan jongens. De lichamelijke veranderingen kunnen worden verdeeld in primaire geslachtskenmerken (= de verandering die een directe betrekking hebben op de voortplantingsorganen, dus de groei van het scrotum en de rijping van de eileiders) en secundaire geslachtskenmerken (=hebben een indirecte rol bij voortplanting, zoals ontwikkeling van borsten en breder worden van schouders bij jongens).

Groeispurt: kenmerkend voor de puberteit. Bij meisjes begint deze gemiddeld rond de leeftijd van twaalf jaar, bij jongens iets later. De groeispurt duurt gemiddeld twee jaar en kort daarna is de seksuele rijping voltooid.

De eerste tekenen van seksuele rijping in jongens is de eerste zaadlozing, of spermarche, welke gemiddeld rond de leeftijd van dertien plaatsvindt. Bij meisjes is het eerste kenmerk van seksuele rijping de menarche, oftewel de eerste menstruatie. Deze vindt gemiddel rond de leeftijd van veertien plaats.

Lees meer...

Veerkrachtige kinderen

kinderen die tijdens uitdaging of dreiging hun kalmte en competentie behouden of goed herstellen van traumatische gebeurtenissen. De twee meest belangrijke beschermende factoren hierbij zijn een goede familierelatie en een goed cognitief functioneren. Andere factoren zijn het temperament of de persoonlijkheid van het kind, het aantal compenserende factor en de mate van het risico.

Lees meer...

Geestelijke gezondheid.

de meest vastgestelde emotionele en gedragsmatige stoornissen bij kinderen zijn verstoorde gedragsstoornissen (CD/conduct disorder, asociaal gedrag) en angst- of stemmingsstoornissen. Agressief, opstandig en vervelend gedrag is gewoon voor een kind van vier a vijf jaar oud. Dit gedragspatroon verdwijnt vanzelf. Wanneer dit aanhoudt tot de leeftijd van acht, wordt bij kinderen de diagnose oppositional defiant disorder (ODD) vastgesteld. Het zijn meestal jongens, kenmerken van dit gedrag zijn ongehoorzaamheid, opstandig en vijandig gedrag richting gezaghebbende volwassenen, wat ten minste zes maanden duurt end e grenzen van de normale ontwikkeling overschrijdt. Een deel van de kinderen met CD ontwikkelt later een antisociale persoonlijkheidsstoornis. Dit is een chronische, psychiatrische aandoening welke wordt gekenmerkt door crimineel gedrag, waarbij anderen worden gemanipuleerd, uitgebu8it of de rechten worden geschonden.

Erfelijke factoren en/of kindermishandeling kunnen bijdragen aan de ontwikkeling van deze stoornis. Kinderen met schoolfobie hebben een onrealistische angst om naar school te gaan. Het kan dan dit een onderdeel is van verlatingsangststoornis: extreme angst die tenminste vier weken duurt en waarbij het gaat om het verlaten van het huis of de familie waaraan het kind gehecht is. Een sociale fobie is de angst of vermijding van sociale situaties. Sommige kinderen worden gediagnosticeerd met een algemene angststoornis: de angst heeft geen betrekking op een specifiek onderdeel, het kind maakt zich vrijwel over alles zorgen. Wat minder vaak voorkoment in de kindertijd is de obsessieve-compulsieve stoornis (OCS).

Kinderdepressie is een stemmingsstoornis die verder gaat dan normale, tijdelijke somberheid. Dit kan een aanwijzing zijn voor een stees terugerend probleem wat duurt tot in de volwassenheid. Ter behandeling van de problemen kan individuele psychotherapie worden toegepast, waarbij de therapeut een kind één op één ziet. Familietherapie, waarbij het hele gezin op gesprek komt en de omgangsvormen en manier van communiceren wordt geobserveerd. Gedragstherapie is gebaseerd op principes vanuit de leertherapie en heeft vaak veel effect bij kinderen. Wanneer kinderen verbaal minder sterk zijn of een emotioneel trauma hebben doorgemaakt kan creatieve therapie uitkomst bieden. Speltherapie is effectief wanneer ouders een onderdeel van de behandeling zijn. Het kind speelt terwijl de therapeut ondertussen allerlei vragen stelt. Medicamenteuze behandeling bij kinderen is de laatste jaren sterk toegenomen in de VS, maar is niet echt controlverieel. Volgens kinderpsycholoog David Elkin, neemt de hoeveelheid stress voor een kind de laatste jaren toe. Dit komt doordat er meer van kinderen verwacht wordt en zij al op jonge leeftijd worden blootgesteld aan volwassen problemen.

Reacties van kinderen op een traumatische gebeurtenis passeren twee stadia. Eerst is er de angst, ongeloof, ontkenning en verdriet. Na een aantal dagen of weken treedt er regressie van de ontwikkeling en tekens van emotionele stress op. Hoe ouders reageren op zo’n gebeurtenis en de manier waarop ze er met een kind over praten beïnvloedt sterk het vermogen van het kind om te herstellen. ‘

Lees meer...

Pesten.

kinderen in deze leeftijd zijn zich ervan bewust dat roddelen over andere kinderen als gemeen wordt gezien en dat een ander daarmee gekwetst kan worden. De meeste kinderen leren om hun agressie te beheersen. De mate waarin een kind agressief is, is mogelijk afhankelijk van de manier waarop zij dingen waarnemen en dat interpreteren. Instrumenteel agressieve kinderen zien macht en onderdrukkingk als effectieve manieren om te krijgen wat ze willen. Kinderen die vijandige agressie laten zien interpreteren situaties vaak volgens de ‘vijandige attributie bias’: zij gaan ervan uit dat andere kinderen hun pijn proberen te doen. Agressie gaat over in pesten wanneer het met opzet wordt gedaan, wanneer het aanhoudt en gericht is op één iets of iemand in het bijzonder: een slachtoffer die doorgaans zwak en kwetsbaar is en zichzelf niet goed kan verdedigen. Pesten kan proactief zijn (om dominantie te tonen of bewonderd te worden) en kan reactief zijn (als reactie op een echte of ingebeelde aanval). Patronen van pesten zijn vaak al zichtbaar op de peuterschool. Fysiek pesten neemt af met de leeftijd, maar andere vormen van pesten nemen toe, met name tussen de elf en vijftien jaar. Slachtoffers van pesten kunnen gedragsproblemen ontwikkelen en worden wellicht zelf agressief. Het optreden van de school is van belang voor het in toom houden van het pesten.

Lees meer...

Leeftijdsgenoten.

het contact met leeftijdsgenoten is belangrijk voor de ontwikkeling van het kind. Het helpt het kind onder andere sociale vaardigheden te ontwikkelen en geeft het een meer realistisch beeld van zelfeffectiviteit. Een negatieve kant van de vriendengroepen is dat zij soms kliekjes zijn, die vooroordelen ontwikkelen tegen buitenstaanders. Daarnaast kunnen zij antisociale neigingen oproepen, jonge kinderen zijn vaak erg gevoelig om onder druk dingen te doen om erbij te horen. De mate van populariteit wordt belangrijker in de middenkindertijd. Populariteit kan gemeten worden op twee manieren:

- Sociometrische populariteit: wordt onderzocht door kinderen te vragen welke andere kinderen zij het meest en het minst graag mogen. Hieruit omen vijf populariteit statussen naar voren: populair, afgewezen, genegeerd, controversieel en gemiddeld. Sociometrisch populaire kinderen bezitten vaak goede cognitieve vaardigheden, zijn strebers, zijn goed in het oplossen van sociale problemen. Helpen andere kinderen en zijn op een prettige manier assertief.

- Waargenomen populariteit: wordt gemeten door kinderen te vragen wie van de andere kinderen het meest geliefd is bij de rest van de groep. Kinderen met waargenomen populariteit bezitten vaak een hoge status, kunnen dominant zijn, arrogant en agressief. Vaak zijn deze kinderen fysiek aantrekkelijk, goed in sport en minder goed in school. Afwijzing door leeftijdsgenoten en moeite met het maken van vrienden kan lange termijn gevolgen hebben. Vriendschap tussen kinderen veranderd met de leeftijd. Jonge kinderen spelen vooral met elkaar, maar in de middenkindertijd is de vriendschap dieper en meer stabiel. Over het algemeen hebben jongens meer vrienden, maar zijn deze vriendschappen minder intiem en affectief dan de vriendschappen die meisjes hebben.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen