1. Mensen met een depressie voelen zich weken achter elkaar droevig, hulpeloos en lusteloos. Meestal is depressie het gevolg van ingrijpende gebeurtenissen of biologische veranderingen.
2. Major depressie hangt samen met afgenomen activiteit in de linker frontale cortex an toegenomen activiteit in de rechter frontale cortex.
3. Depressie lijkt samen te hangen met de genen die ook andere risico’s doen toenemen, niet alleen die van depressie. Sommige gevallen van depressie kunnen een gevolg zijn van de (virus) ziekte van Borna.
4. Drie soorten antidepressiva worden veel gebruikt: tricyclics, MAOIs en tweede generatie antidepressiva. We weten nog niet precies hoe ze werken.
5. Andere therapieën voor depressie zijn cognitieve psychotherapie, electroconvulsieve therapie en slaaptherapie.
6. Een aantal genen lijken samen te hangen met bipolaire depressie, waarbij mensen wisselen in stemming van manisch naar depressief en omgekeerd. Lithiumzout werkt meestal, hoewel we nog niet weten hoe dat komt.
7. Seizoensdepressie wordt gekenmerkt doorterugkerende depressie in een seizoen, meestal in de winter. Lichttherapie kan verlichting brengen.