Een staafdiagram, wordt gebruikt voor:
Discrete variabelen - heeft slechts gehele getallen of klassen als mogelijke uitkomsten, kan geen tussenwaarde aannemen. Zoals aantal kinderen binnen een gezin, aantal fouten op een tentamen en aantal boeken in de kast.
Continue variabelen - kan in een bepaald interval iedere mogelijke waarde aannemen, zoals tijd, lengte, gewicht, etc.
Om te zien wat de relatie is tussen 2 nominale (categorieën) of ordinale (rang) variabelen.
Kruistabellen bestaan uit cellen. De kolommen worden bepaald door de waarden van variabele 1 en de rijen door de waarden van variabele 2.
Wanneer? Als de variabele continue verdeeld is, dus veel meetwaarden heeft (Lengte), kun
je beter meetwaarden samenvoegen tot klassen (grouped frequency distribution) Regels voor een klassenindeling:
•Klassen moeten elkaar uitsluiten
•Klassen moeten samen alle meetwaarden beslaan •Klassen zijn bij voorkeur even breed
Is stap 1 van het organiseren van data
Inzicht in de verdeling van de data. Handig voor alle soorten data. Illustreren van relaties tussen variabelen doe je met een cross-tabulation (kruistabel) Vereenvoudiging van verdelingen door middel van een gegroepeerde frequentie verdeling Frequentieverdeling is alleen mogelijk als:
De variabele niet continue is
De spreiding niet te groot is. Stuvia.com - The Marketplace to Buy and Sell your Study Material
Frequentie is het aantal keren dat een bepaalde waarde voorkomt: absolute frequentie relatieve frequentie (%) absolute cumulatieve frequentie cumulatieve proportie (%) (beide laatste worden niet gebruikt bij nominale waarden)
- Beschrijving van de data
- Verschillende soorten beschrijvende statistiek:
Frequentie verdelingen
Kengetallen (summary measures)
Grafische weergave van data
- Inzichtelijk maken van data
- Stap 1 van een statistische analyse Organiseren van de data De datamatrix
Helpt om de betekenis van de data te interpreteren. wordt gebruikt om gevolgtrekkingen te maken over de populatie parameters met behulp van de steekproefgegevens
Samenvatten, versimpelen en omschrijven van grote metingen
Onderzoeksgegevens (feiten)
Individuen verschillen van elkaar op een testvariabele
Groepen kunnen ook verschillen op een testvariabele
Voorbeeld: Het zelfbeeld van kinderen die autoritair zijn opgevoed zal negatiever zijn dan dat van kinderen die democratisch zijn opgevoed
Psychologische variabelen: kleine effecten vergeleken met individuele verschillen Statistiek is een manier om kleine verschillen te detecteren
“Understanding the concept degrees of freedom” op blz 106
“Standard scores” op blz 102 tot “statistical inference” op blz 103
“Analysis of variance” op blz 106 tot “ethical principles” op blz 107
Een vloer effect treedt op wanneer de test te makkelijk is. Goed/fout? FOUT - limiet aan de bovengrens. Kan niet beter gemaakt worden - plafond effect
Een voorwaarde voor een valide meeting is dat deze betrouwbaar is. Goed/fout? GOED
