Menu

Groepsnormen en conformisme

Groepsnormen:

  • Ø Groep heeft “eigen waarden en normen” (die kunnen afwijken van algemene sociaal aanvaarde normen). Hoe meer een groep eigen normen heeft, hoe groter de saamhorigheid is.
  • Ø Die moeten (ten minste deels) onderschreven worden.
  • Ø Groepen ontwikkelen groepsjargon, -humor, -rituelen, -uiterlijkheden.
  • Uniformiteit:
  • Ø In onzekere situatie zijn mensen geneigd hun oordeel aan te passen aan dat van anderen

v Experiment van Sheriff (1936) autokinetisch effect (in een donkere ruimte werd een lichtje geprojecteerd, eerst waren de proefpersonen alleen, daarna te samen met gevolg dat er verschillende uitkomsten waren  informationele beïnvloeding).

v Experiment van Ash : nu was de prikkel zeker. Er waren drie lijnen op een kaart waarvan 1 lijn groter was dan de andere. Van de zes personen waren vijf personen tevoren ingelicht om het verkeerde aan te duiden. Wat bleek: veel mensen conformeerden zich aan de groep ook al wisten ze bv. dat het niet het juiste antwoord was.

Besluit: mensen conformeren zich zelfs in groepen die kort samenwerken en weinig betekenen voor hen.

  • Ø Mensen zijn zich niet bewust van dit uniformerend proces.
  • Conformisme is opgelegde uniformiteit.
  • Vier redenen om conformiteit na te streven:
    • Ø Om taken te regelen die van direct belang zijn voor de taak en de doelen van de groep.
    • Ø Om interactie te regelen binnen de groep met het oog op de taakverdeling en de sociale behoeften (vb. welke onderwerpen komen wel of niet aan bod)
    • Ø Om de eenheid van de groep tegenover de buitenwacht te beklemtonen (vb. eigen kledingsstijl)
    • Reacties op groepsovertredingen (van mild tot agressief)
      • Ø Men praat op dissident in zolang “kans op beterschap”
      • Ø “Bekeerde” wordt opnieuw aanvaard
      • Ø Volhardend dissident : wordt gemeden of uit groep gezet
      • Naast bestraffing van ongewenst gedrag, ook beloning van gewenst gedrag in vorm van aanvaarding, waardering, erelidmaatschap, oorkonde…
      • Drie fasen in proces van aanvaarding groepsnormen:
        • Ø Uiterlijke meegaandheid (wanneer andere groepsleden aanwezig zijn).
        • Ø Identificatie (via relatie met de leden wordt het gewenste gedrag vertoont).
        • Ø Verinnerlijking (het nieuw lid zal de normen volmondig onderschrijven, zich ernaar gedragen en overtreders bestraffen)
  • Wie mag afwijken van normen:
    • Ø Wanneer men reeds krediet heeft verworven
    • Ø Evidenter voor wie laag in status en wie hoog in status is
    • Ø Sterkste conformisme: gemiddelde status

HOOFDSTUK 6: ORGANISATIECOMMUNICATIE

De definitie van een organisatie

  • Groep mensen die taken uitvoeren om een doel te bereiken
  • Formeel opgericht op welbepaalde datum
  • Formele structuur (een duidelijke hierarchië)
  • Doelstellingen
  • Verdeelt werk tussen individuen en groepen
  • Noodzaak aan coördinatie en communicatie

Soorten organisaties

  • Profit organisaties met Bedrijfseconomische doelstellingen (bv. Mobistar, Philips, Sony, Interbrew, …).
  • Non-profit-organisaties of social profit-organisaties met sociale, politieke, ecologische…doelstellingen (bv. Green Peace, Kind en Gezin, Stad Antwerpen, SPa, school,…).

Soorten communicatie bij organisaties

  • Betrekking op de doelgroep: Interne (communicatie binnen de organisatie) en externe communicatie (naar organisaties in de samenleving waarmee gecommuniceerd moet worden).

Betrekking op het onderwerp: Corporate communicatie (voorstelling en doelstellingen van de organisatie zelf) en marketingcommunicatie (communicatie over een product van de organisatie).

Lees meer...

Groepsontwikkeling

Ook hier is er sprake van verschillende fasen die een groep doorloopt:

  • Groepsontwikkeling (sociaal-emotioneel)

Eerste kernthema: erkenning, behoefte om erbij te horen (‘dimensie ‘binnen of buiten’)

v Wil men deel uit maken van de groep of niet? Op dit punt begint groepscohesie of desintegratie (vb. In hoeverre kan ik hier mezelf zijn, willen ze me zien zoals ik ben ,…)

v Die onzekerheid geeft aanleiding tot allerlei gedrag:

  • Aanval: iemand die zeker is van zichzelf, grapjes maakt en druk praat.
  • Verdediging: iemand die zich terugtrekt, luistert en zich bezighoudt met andere dingen.

v Dit is vooral een explorerende fase (small talk), deze fase wordt ook wel eens omschreven als de beleefde fase of de oriëntatiefase.

Tweede kernthema: invloed (‘dimensie ‘onder of boven’)

v De meesten zijn over hun onzekerheden heen: uittesten op een voorzichtige manier wat de pikorde van de groep is.

v De groepsleden verdelen de invloed, hun plaats in de pikorde van de groep.

v De groepsleden testen de macht van de leiding uit (=kritiek op leider).

v Bij de belangenstrijd begint men ook verhulde negatieve gevoelens te uiten (groep wordt op sterkte en samenhang getest).

Derde kernthema: genegenheid (dimensie: dichtbij of veraf) (vb. hoeveel geef ik om de anderen en om de groep, en hoeveel geven de andere om mij?)

v Uitdrukken van positieve (en negatieve) gevoelens. Men gaat zich meer voor elkaar interesseren en men knoopt vriendschapsbanden aan.

v De groep krijgt een sterkere samenhang, ontwikkeld eigen gebruiken en jargon. Er wordt ook meer gesproken van “wij” en “onze groep”.

  • Groepsafbouw (omgekeerde volgorde):
    • Ø Affectie wordt afgerond :

v Deelnemers uiten hun positieve of negatieve gevoelens voor elkaar.

v Relaties worden in voltooid verleden tijd besproken.

  • Ø Invloed wordt afgerond: dingen die eerder door groep werden beslist, worden nu zonder discussie gedelegeerd aan lid of leiding; eerdere besluiten opnieuw besproken….
  • Ø Inclusie wordt afgerond: groepsleden komen te laat of vertrekken te vroeg, bagatelliseren belang dat groep voor hen heeft gehad, men belegt reünie…
  • Fasen van probleemoplossing (in taakgerichte groepen)
    • Ø Oriëntatie of beeldvorming (iedereen legt zijn oplossing(en) op tafel).
    • Ø Evaluatie of oordeelsvorming (men evalueert de voorstellen van elkaar).
    • Ø Controle of besluitvorming (men krijgt greep op het probleem, op de procedures die behulpzaam zijn kunnen zijn bij de oplossing ).
  • Groepsontwikkeling = sociaal-emotionele ontwikkeling + probleemoplossing (in een groep vinden vaak beide processen op dezelfde moment plaats).
  • Functie van groepscommunicatie (Bales)
    • Sociaal-economische groepen:
      • Positief: vertoont solidariteit, verlaagt spanning, gaat akkoord
      • Negatief: vertoont spanning, vertoont vijandigheid, gaat niet akkoord
      • Taakgerichte groepen
        • Pogingen tot antwoord: mening geven, informatie bieden, voorstellen maken
        • Vragen:informatie vragen, meningen vragen, voorstellen vragen

V.8 Groepsprocessen

  • Belangrijke aspecten bij groepsvorming, –werking, -samenhang:
    • Ø Waargenomen en toegeschreven gelijkheid van persoonlijkheidskenmerken en ideaalopvattingen (mensen sluiten zich vaker aan bij een groep met al redelijk gelijke mensen).
    • Ø Complementariteit (een democratische leider bij een democratische groep).
    • Ø Vooropstellen van groepsdoel, boven het individueel doel (zorgt voor een efficiëntere werking van de groep).
    • Ø Externe bedreiging creëert solidariteit binnen de leden.
    • Ø Bevrediging van taakgerichte behoeften (als de groepssamenwerking resultaten oplevert).

Lees meer...

Het binnenkomen in een groep

  • De nieuweling neemt meestal een voorzichtige opstelling aan.
  • Nieuwkomer moet van alles over de groep te weten komen, de nieuwkomer moet de cultuur van de groep “ontdekken”.
  • De groep let op de nieuweling, kijkt of hij/zij in de groep past:
    • Ø Mensen die contact opnemen met nieuweling zijn vaak minder in groep verankerd.
    • Ø Invloedrijke mensen aanvaarden nieuwkomer indien hij zich schikt in hiërarchie.

Wanneer meerdere mensen tegelijkertijd een groep binnenkomen, kunnen zij op korte termijn invloed krijgen in tegenstelling tot mensen die alleen in een groep komen. Bij hen kan het lang duren vooraleer ze invloed krijgen. Daarom heeft men ook liever niet dat grote groepen in de groep komen omdat ze de rust en veiligheid kan bedreigen

Lees meer...

Groepsstructuur

- Alle groepen , ook informele , hebben een bepaalde structuur

- Niet alle leden zijn gelijk ( er is altijd wel iemand die het voortouw neemt of actiever is, die de rol van leider op zich neemt )

- Sociogram : een visuele voorstelling van alle interacties binnen een groep.

Daardoor worden een aantal individuele- en groepsfenomenen duidelijk:

v Individuele:

  • Sterren (individuen die heel veel positieve nominaties kregen).
  • Geïsoleerden (mensen die vooral negatieve nominaties kregen).
  • Geesten (mensen die noch negatieve, noch positieve nominaties kregen).

v Groepsfenomenen:

  • Wederkerige keuzes (mensen die elkaar dezelfde nominaties gaven).
  • Kettingen (bv. A→B→C→A, driehoeken of cirkels kunnen zo gevormd worden).
  • Eilanden (kliekjes die ontstaan binnen een groep).

Groepsleider

  • Ø Alle groepen zijn min of meer hiërarchisch georganiseerd.
  • Ø De leider is in staat het niveau van de groepsprestaties te verhogen en de betrekkingen tussen de groepsleden te versterken.
  • Ø Leiderschap is afhankelijk van de eigenschappen die in een bepaalde groep worden gewaardeerd en van de situatie waarin de groep zich bevindt.
  • Ø Er is meer behoefte aan een leider naarmate:
    • Een groep groter wordt(en er dus meer chaos dreigt)
    • De taak van de groep ingewikkelder wordt (en er in sterkere mate nood is an iemand die taken verdeelt en coördineert)
    • Er sneller beslissing moeten genomen worden (in een crisis)
    • Het leiderschap wordt beïnvloed door:
      • Ø Mate van gespreksbijdragen (hoe meer men spreekt, hoe meer men wordt beschouwd als leider).
      • Ø Kwaliteit van gespreksbijdragen (de groep zal na een tijdje alleen gespreksbijdragen belonen die ze de moeite waard vindt).
      • Ø Plaats in communicatienetwerk (essentiële informatie is niet voor iedereen toegankelijk. Wie midden in het communicatienetwerk staat, zal eerder leider worden. Kennis => macht).
      • Ø Culturele factoren (bv. de oudste, diegene met de meeste titels, een man, de moedigste).
      • Ø Individuele eigenschappen (vb. autoritaire groepsleden kunnen het best opschieten met een autoritaire leider).
      • Er bestaan 2 soorten leiderschap:
        • Ø Instrumenteel of taakleiderschap: een ideeënspecialist die het groepsdoel wil halen.
        • Ø Expressief of sociaal-emotioneel leiderschap: iemand die de groep wil opbouwen en de groep in stand wil houden.

Opm.: dit zijn tevens de twee belangrijkste functies van een groep die vervult worden door de twee leiders. Als deze twee leiders samenvallen, komt dit de groep ten goede.

  • Er zijn 3 leiderschapsstijlen te onderscheiden:
    • Ø Autoritaire leider: beslist alles, dicteert wat er moet gebeuren zonder te zeggen waarom, bepaald wat iedereen moet doen en met wie en gaf subjectieve kritiek en waardering. Zelf werkte hij niet mee, hij deed slechts dingen voor.
    • Ø Democratische leider: alle beslissingen worden samen genomen, de activiteiten samen gepland, de groepsleden maaken zelf uit hoe ze het werk verdelen en met wie zij samenwerken. De leider probeert zoveel mogelijk een gewoon groepslid te zijn en geeft objectieve commentaar.
    • Ø Laissez-faire leider: de leden moeten zelf bekijken wat ze beslissen en hoe. De leider levert enkel de nodige spullen, doet niet mee en geeft uit zichzelf geen commentaar.

Lees meer...

Arbeidsgroep

Zij vervullen wel een taak, ze doen het in groep omdat één mens de specifieke taak niet aan kan. De grenzen van de groep zijn niet streng en het territorium is vaag. Men neemt vrijwillig aan de groep deel om aan het werk gebonden redenen. De interactie bestaat uit communicatie over het werk. Er is een formele leider aanwezig. De groepsnormen hebben betrekking om het werk natuurlijk.

Lees meer...

Adolescentengroep

Vriendengroepen bij jongeren tussen 12 en 20 jaar. Een zakelijk doel is er niet, ze komen gewoon samen om allerlei dingen samen te doen. Ze vormen de brug tussen de kinderwereld en volwassen wereld. Ze houden zich bezig met activiteiten als: sport, fuiven, .. ze zijn meestal klein en de interacties zijn intens. Doordat sociale acceptatie van groot belang is, worden de groepsnormen zeer strikt nageleefd.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen