Menu

Iemand stelt dat hij kasbons, aangekocht door iemand anders, gekregen heeft en dat hij daarom eigenaar is. niettemin werden de coupons niet geïnd.

Voor roerende goederen geldt bezit als titel, dit is echter een weerlegbaar vermoeden. Tegenbewijs is mogelijk. Het bezit moet dan wel: deugdelijk (= vreedzaam), voortdurend, openbaar en ondubbelzinnig zijn.

Deze voorwaarden zijn in dit geval niet vervuld, want het bezit is niet openbaar. Daarom is een andere titel vereist, indien niet: bezitter is geen eigenaar. In dit soort gevallen zal de echte eigenaar vaak de voormalige eigenaar zijn.

Lees meer...

Jan Janssens verkoopt zijn handelszaak “Slagerij Janssens” met inbegrip van het hele handelsfonds. Nadien begint hij een nieuwe zaak op enige afstand en noemt die ook Slagerij Janssens. Mag dat?

De naam van de handelszaak is onderdeel van de handelszaak en dus van het handelfonds dat in zijn geheel verkocht is. Bij verkoop van een handelszaak geldt automatisch niet-concurrentiebeding. Als je je handelszaak verkoopt, mag je niet binnen een bepaalde straal een concurrentiele zaak beginnen. Anders neem je namelijk “verkochte” klanten terug. Als de handelszaak ingebracht is in een vennootschap (bijvoorbeeld als onderdeel van de BVBA Janssens), zijn er aandelen beschikbaar. Bij verkoop worden de aandelen verkocht. In dit geval geldt de regel van automatisch niet-concurrentiebeding niet, tenzij uitdrukkelijk in het contract staat dat deze wel geldig is.

Lees meer...

De factuur van €920,38 voor een houten trap wordt niet betaald. De klant zegt dat hij nooit iets gekocht of gekregen heeft. Hoe levert u bewijs?

Een verkoop is een rechtshandeling:

  • Alle middelen van recht mogen aangewend worden tegen de leverancier
  • De leverancier zelf mag enkel schriftelijke bewijzen aanwenden.

Omdat het hier hoogstwaarschijnlijk gaat over een bedrag dat hoger is dan 375 euro, is een geschrift sowieso vereist.

Lees meer...

U bent garagist en hebt een herstelling verricht. Uw facturen worden niet betaald. De bezitter van het autovoertuig beweert echter dat het voertuig slecht hersteld is. er is een olielek geweest en de motor is verbrand. Wat nu?

Wie neemt initiatief? Beiden hebben namelijk belang om te procederen. Een overeenkomst voor herstelling is een rechtshandeling:

  • Alle middelen van recht mogen aangewend worden tegen de garagist
  • De garagist zelf mag enkel schriftelijke bewijzen aanwenden.

In dit geval zal het bestaan van het contract niet betwist worden, omdat beide partijen hier belang bij hebben.

Een slechte herstelling is een feitenkwestie, daarom mag de klant ter bewijs alle middelen van recht gebruiken: expertise, vermoedens, etc. Indien men de klant gelijk geeft, zal de factuur niet betaald moeten worden, de garagist zal een schadevergoeding moeten betalen voor fatsoenlijk herstel.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen