Menu

Item gefilterd op datum: december 2012

Aristoteles (385-322 B.C.) empiricism (tabula rasa), inductie,

associationism (filosoof) (eerste "natuurwetenschapper')

In tegenstelling tot Plato bezag Aristoteles wiskunde niet als de bron van tijdloze "Ideeën", maar als middel om tot deductie te komen van duidelijke assumpties en heldere definities. Hij ging niet uit van experimenten maar van stellingen. Daarbij ontdekte hij het belang van zorgvuldige observatie en voegt daarmee inductie toe aan methoden om kennis te verkrijgen.

Vanuit de observatie van cognitieve processen ontwikkelt hij basis principes t.a.v. het

menselijk geheugen. Deze principes kunnen worden bezien als fundamentele ideeën voor

(psychologische) theorieën t.a.v. het geheugen.

Associatie theorie:

Aanwezigheid van drie basis principes van associatieve processen:

1. gelijkheid

2. contrast

3. tijd en ruimte (tegelijkertijd verschijnen)

Aangevuld met twee andere invloeden:

1. frequentie (hoe vaker vertoond, des te beter herinnerd)

2. gemak (sommige associaties ontstaan gemakkelijker dan andere) Het geheugen is erg belangrijk omdat het onze ervaringen reflecteert. Ervaringen zijn verantwoordelijk voor de inhoud van onze geest. Bij de geboorte heeft de geest de potentie om gedachten in zich op te nemen, daartoe moet de wereld op de geest kunnen reageren (de geest wordt gemeubileerd door ervaringen, zoals schrijfpapier zich vult met letters ( "tabula rasa" theorie ). Al onze ideeën, ook diegene die door sommigen als aangeboren worden beschouwd, zijn het resultaat van ervaringen (empirisme). De ideeën van Aristoteles beïnvloedden John Lock (empirisch filosoof) en vervolgens John Watson (behaviorist). Theorie van oorzaken (teleologie: concept van het intentionele doel is in de psychologie bruikbaar):

1. materiële oorzaak (de materie waaruit een object is opgebouwd)

2. formele oorzaak (essentie van de vorm)

3. efficiëntie (het middel waardoor de materie zijn vorm krijgt)

4. "uiteindelijke" oorzaak (het product)

Theorie over "catharsis"(begrip van Freud):

1. visie: een drama dat emotie provoceert heeft een zuiverende werking

Theorie over verschillende niveaus van leven (evolutieladder):

1. nutritief (planten)

2. sensitief (dieren)

3. rationeel (mensen)

De "scala natura" van Aristoteles heeft het denken van Descartes en Darwin positief beïnvloedt. Bij tijden is de "scala natura" ook misbruikt b.v. in het graduele dimensionele denken t.a.v. de wereldorde (dier-mens-God). Misconcepties (gevolg van de inductieve methode zonder rationele kritiek):

1. hart als zetel van de geest

2. beweringen t.a.v. gedrag van dieren

Aristoteles belangstelling voor psychologische topics als de theorieën t.a.v. het geheugen, catharsis en de evolutieladder geven hem de status van "Vader van de psychologie II".

Lees meer...

Plato (427-347 B.C.) (filosoof) (leerling van Socrates) nativism

Evenals Zeno en Socrates erkende hij de onbetrouwbaarheid van zintuiglijke informatie. Volgens hem werd kennis ("Ideeën) verkregen tijdens te redeneren over gewaarwordingen. Vanuit zijn visie werd het vermeerderen van kennis en het vinden van de waarheid d.m.v. meten en deductie verkregen. Pythagoras had laten zien dat sommige aspecten van de psychologische menselijke ervaring kunnen worden gemeten. Plato ontdekte dat mensen verschillen in hun vaardigheden, mogelijkheden, talenten en neigingen. Volgens Plato zijn deze eigenschappen in verschillende gedeelten van het lichaam gelokaliseerd: de rede in het hoofd, de moed in de borst en de begeerte in de buik. Door het meten van de verschillenden lichaamsdelen, kwam hij tot individuele verschillen (meetbaarheid van menselijke eigenschappen). Met deze verschillen als uitgangspunt categoriseerde hij hen in individuen van goud, zilver, koper en ijzer (psychologische sterkte). Deze verschillen moesten hun weerslag vinden in de maatschappelijke organisatie. Sommigen moesten regeren anderen dienen. Om voor de maatschappij noodzakelijke kwaliteiten te selecteren moesten huwelijken worden gearrangeerd en bevruchtingen gecontroleerd. (psychometrie met politieke consequenties). Zijn opstelling kwam vanuit het idee dat het karakter en de intelligentie van de mens door erfelijkheid wordt bepaald (nativisme).

Lees meer...

Socrates (469-399 B.C.)rationalisme

Hij was van mening dat de waarheid niet gedefinieerd kan worden door een absolute autoriteit, maar verborgen ligt in de geest van een ieder. De rol van de leraar is om deze waarheid bij zijn leerling naar boven te laten komen m.b.v. de Socrates dialoog

Lees meer...

Zeno (495-435 B.C.)

De relatie tussen geest en materie werd in toenemende mate belangrijke toen de Grieken de betrouwbaarheid van het zintuiglijke systeem gingen onderzoeken. Zeno bestreed het atomisme en materialisme (aanname dat gedachten processen bij mensen kunnen worden begrepen in termen van natuurkundige wetten) door zijn bewering dat beweging slechts een illusie is van de waarneming (race tussen Achilles en de schildpad / een persoon zal nooit de kamer verlaten waarin hij zich bevindt)

Lees meer...

Democritus(460-370 B.C.)

Wetenschappers hielden zich bezig met de kosmos (astronomie: door Eratosthenes

sterke verbetering wereldbeeld). Onderzoek op dit gebied leidde tot de visie dat het

universum begrepen kon worden in termen van basale materiële elementen (atomen). Democritus geloofde dat objecten in de externe wereld atoomstralen uitzonden die de

geest van de waarnemer beïnvloeden om waarnemingen te produceren. de atomenstraal

is een representatie van het object: een rechthoekig object zend een rechthoekige straal

uit; een rond object een ronde straal; een zuur smakend object een straal van hoekige,

kleine, dunne atomen enzovoort. Iconen in de hersenen representeren waargenomen

Lees meer...

Pythagoras (584-495 B.C.)

De wiskunde werd de taal van de wetenschap en modelleerde denkbeelden

t.a.v. de wereld en zijn bewoners. Deductie werd gebruikt als methode om de waarheid

te ontdekken. Voorloper "meten" psychologische constructen (motivatie, creativiteit en

intelligentie)

Lees meer...

Galen(A.D.130-200)

Studeerde in Alexandrië (museum met literatuur over het menselijke lichaam verkregen

na systematische ontleding van menselijke lijken ), geneeskunde en ontleedkunde. Zijn

biologische kennis, beschrijvingen van persoonlijke observaties en experimenten

beïnvloedden de wetenschap tot de 16e eeuw (zijn eigen klinische ervaringen als chirurg

bij de gladiatoren en zijn sectie op dieren en waarschijnlijk ook op lijken)

Inzichten die tot in de 16e eeuw werden gevolgd:

1. Hij zag een bewijs van het goddelijke in de harmonische en mooie bouw van het

lichaam

2. Hij bezag het hart als het verwarmingselement van het lichaam

3. Ziekte van de ziel komt voort uit heftige gevoelens zoals woede, angst, smart,

vijandschap en heftige begeerte. Om zichzelf daarvan te bevrijden moet een mens

streven naar algemene kennis en zelfkennis. Daartoe heeft hij een mentor nodig.

De door Galen beschreven relatie tussen de counselor en de zichzelf

onderzoekende mens staat nog steeds model voor een goede cliënttherapeutrelatie.

Lees meer...

Hoofdstuk 1

Vanaf 500 BC (Alcmaeon) ontwikkelde zich vanuit objectieve observaties van b.v.

dierskeletten een minder mythische en meer rationele benadering van de geneeskunde.

De opvolger van Alcmaeon, Hippocrates, (geboren in 460 B.C. op Kos) (medicus), familie van Aesclepius en Hercules. Zijn patiënten schreef hij rust, oefeningen, dieet, muziek en het gezelschap van vrienden voor. 1. Lateralisatie; de rechterhelft van het lichaam wordt gecontroleerd door het linker

gedeelte van de hersenen en v.v.

2. Beschrijving van psychologische fenomenen zoals melancholie, manie, depressie,

fobie, paranoia en hysterie (ronddolende uterus).

3. Vloeistoffentheorie: beschrijving van vier lichaamsvloeistoffen te weten zwarte en

gele gal, bloed en slijm (beredeneerd vanuit de basiselementen lucht, aarde, vuur

en water). Als deze vloeistoffen niet in balans zijn, wordt de mens ziek.

4. Beschrijving van temperament gebaseerd op de basale lichaamsvloeistoffen.

- teveel zwarte gal >snel ontstemd of melancholisch

- teveel gele gal >lichtgeraakt, opvliegend en manisch (humeurig).

- teveel slijm >apathisch, dom en traag (flegmatisch)

- teveel bloed >te opgewekt en optimistisch

5. Beschrijving van epilepsie; een natuurlijke ziekte veroorzaakt door een

disharmonie in hersenen (i.p.v. een directe goddelijke interventie)

6. Theorie van de dorst; ademen veroorzaakt het droog worden van de membranen

in de mond en in de keel. Dit veroorzaakt zekere gewaarwordingen die we

interpreteren als dorst (weersproken door Claude Bernard in 1855).

Lees meer...

Vijf-stadia model van expertise (Dreyfus & Dreyfus)

1. Beginneling (werkt met context-vrije elementen: dat-kennis)

2. Gevorderde beginner (werkt ook met ‘situationele’ elementen: vroege hoe-kennis)

3. Competentie (werkt planmatig, met doelen en procedures)

4. Vaardigheid (holistisch denken en handelen: intuïtie / hoe-kennis)

5. Expertise (vloeiende vaardigheden met weinig reflectie)

Lees meer...

Hoofdbenaderingen in het AI-onderzoek

  • Symbolische AI (= klassieke AI)

Argumenten voor (sterke) symbolische AI

- Successen van de symbolische AI

- Plausibiliteit van de hypothese

- Psychologische aanwijzingen

- Gebrek aan goede alternatieve hypotheses / theorieën

Argumenten tegen

tegen sterke SAI: o.a. het argument van Searle

  • Syntax op zich impliceert geen semantiek (betekenis)
  • Computer programma's zijn louter formeel (syntactisch)
  • Menselijke geesten bevatten betekenissen (semantiek)
  • Dus computerprogramma's komen niet overeen met de structuur van de menselijke geest

Kritiek op het Chinese kamerargument en tegenwerpingen daarop kennen!

tegen zwakke SAI: o.a. het relevantieargument

  • computers kunnen niet op een natuurlijke manier relevante van irrelevante gegevens scheiden.
    • Echte kennis is toepasbaar
    • Toepassing vereist interpretatieregels (volgens de symbolische AI)
    • Interpretatieregels zijn ook kennis en vereisen dus zelf int. regels
    • Er zijn dus oneindig veel regels nodig
    • Conclusie: Echte kennis is voor symbolische AI-systemen onbereikbaar. Mensen doen dit zonder regels met hun ‘gezond verstand’
  • Connectionistische AI

Dit hieronder stond niet als stof in de tentamenwijzer, maar het zou kunnen dat hij dat gewoon vergeten is. Dus voor de zekerheid. Verder staat er ook nog iets meer over het connectionisme (voor- en tegenargumenten) in de sheets.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen