Menu

Item gefilterd op datum: december 2012

Genen en angst

  • Genetische factor niet predisponeert tot specifiek angstsyndroom, maar tot meer algemene neurotische aanleg kan vervolgens tot uiting komen in specifieke angst stoornis.
  • Bijdrage diverse genen leidden tot kwetsbaarheid voor ontwikkeling van angst
  • Verschillende angststoornissen hebben vergelijkbare genetische achtergrond en vermoedelijke overlap in genetische factoren die invloed hebben op ontstaan van angststoornis en stemmingsstoornis. (Uitzondering specifieke fobie, modelling)
  • Sterk verhoogde neuroticisme-scores bij angststoornis en depressie. Tot uiting komen in stoornis lijkt zaak omgevingsinvloeden. (correlatie gevonden en comorbiditeit)

Concordantie Concordantie

Eeneiige tweelingen twee-eiige tweelingen

Schizofrenie 50% 10%

Bipolaire stemmingsstoornissen

(Manisch depressief) 70% 15%.

Unipolaire stemmingsstoornissen 60% 30%.

Kanttekeningen Genetische factoren:

  • Psychische stoornissen geen ‘’single-gene disorders’’ waarschijnlijk dragen meerdere genen bij aan ontstaan psychopathologische stoornissen.
  • Genetische factoren leveren een bijdrage aan etiologie psychische stoornissen maar hoe groot die bijdrage is en langs welke weg genen hun effect hebben is onduidelijk.
  • Genetische afwijkingen hoeven niet ongevoelig te zijn voor omgevingsinvloeden

Lees meer...

Genen en stemmingsstoornissen

  • Bipolaire stoornissen blijken grotere genetische component te hebben dan unipolaire stoornissen. Omgevingsfactoren zijn van belang in etiologie beide typen.
  • Familie van iemand met bipolaire stoornis dan verhoogde kans op bipolaire stoornis of unipolaire depressie. Familie van iemand met unipolaire stoornis dan alleen risico op unipolaire stoornis verhoogd
  • Sekseverschil genetische kwetsbaarheid depressie, bij vrouwen groter, bij mannen spelen omgevingsfactoren belangrijke rol bij ontstaan
  • Genen betrokken bij metabolisme neurotransmitters noradrenaline serotonine en dopamine zijn mogelijk van invloed op ontstaan stemmingsstoornis.
  • Serotoninetransportgen (5-HTT-gen) heeft drie varianten een korte (stressvolle gebeurtenis leidt vaker tot depressie), lange (biedt bescherming tegen depressie) en gemengde. (Typisch voorbeeld van gen-omgevinginteractie)
  • Recent aandacht voor genen in verband met hyperactiviteit HP-as (betrokken bij regulatie stress)
Lees meer...

Genen en schizofrenie

  • Aanwijzing dat genetische factor niet predisponeert tot specifiek subtype maar tot meer algemene aanleg voor ontwikkelen psychotische stoornis.
  • Iemand kan drager zijn, dus genotypische kwetsbaarheid hebben die op fenotypisch niveau niet altijd tot uiting hoeft komen.
  • Genetische kwetsbaarheid door combinatie genen (chromosomen 6 en 11)
  • Schizofrenie en stemmingsstoornis met psychotische kenmerken zijn genetisch gerelateerd. Mogelijk algemeen genetische kwetsbaarheid voor ontwikkelen van psychose die bij schizofrenie en ernstige vormen depressie en manie
  • Etiologie schizofrenie, verstoorde dopaminehuishouding speelt rol dus meer geïnteresseerd in gen verantwoordelijk voor productie dopamine dan schizofreniegen
  • Bij ontwikkeling psychotische stoornissen gaat het om interactie tussen genen en omgevingsfactoren
Lees meer...

Fenotype

observeerbare fysieke en gedragsmatige kenmerken die het resultaat zijn van de interactie tussen genotype en omgeving.

Lees meer...

Concordantie

mate waarin eenzelfde eigenschap bij 2 familieleden voorkomt. Als psychische stoornis volledig terug te voeren is op genetische kenmerken is concordantie bij eeneiige tweelingen 100%. Komt de stoornis voort uit omgevingsinvloeden dan kan concordantie bij eeneiige tweelingen hoog zijn omdat ze in de regel in dezelfde omgeving opgroeien. Als concordantie bij 1 eeneiige aanmerkelijk hoger dan suggereert dat een genetische invloed.

Lees meer...

Genetische factoren

  • Familiestudies (omdat families zowel genetische als omgevingsfactoren delen)
  • Adoptiestudies
  • Tweelingstudies: Eeneiige tweelingen genetisch identiek en twee-eiige tweelingen gemiddeld de helft genetisch materiaal identiek (ook zo bij andere broer en zusters)
Lees meer...

Evolutiebiologische verklaringen

Gedrag wordt door hersenen gestuurd. Structuur en functioneren hersenen wordt in hoge mate door onze genetische ‘’make-up’’ bepaald die het resultaat is van evolutie-biologische selectiemechanismen. Genetische variaties (verankerde eigenschappen) die kans op nakomelingen bevorderen, gehandhaafd blijven, terwijl eigenschappen die daarbij eerder een nadeel zijn, worden geëlimineerd.

2 evolutiebiologische verklaringen om psychopathologisch gedrag te begrijpen:

  • Aanname dat afwijking of abnormaliteit met evolutionair voordeel gepaard kan gaan.
  • Sommige gedragingen hebben vroeger in de evolutie ooit een voordeel opgeleverd, maar zijn door een veranderde omgeving nu eerder nadelig geworden.

Preparedness-theorie over fobieën: neiging om met angst en vermijdingsgedrag te

reageren op slangen en spinnen zou de overlevingskansen hebben vergroot.

Evolutie zou dus geselecteerd hebben op mensen met genetisch verankerde predispositie (preparedness) om angstig te reageren op slangen en spinnen.

Angst voor auto’s/elektriciteit is van te recente datum om genetisch verankerd te liggen.

Kanttekeningen evolutiebiologischeverklaringen:

  • Moeilijk in onderzoek te toetsen evolutionaire selectiemechanisme van de mens zijn niet in laboratorium te manipuleren.
  • Hierdoor verklaringen psychopathologisch gedrag vaak hoogst speculatief.
  • Toch bijdrage leveren aan theorievorming psychopathologie (grenzen stellen aan theorievorming) – voorbeeld: inteelt à aversie tegen incest ß à Freud: belangstelling voor ouder van andere geslacht = dus onwaarschijnlijk
Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen