Item gefilterd op datum: december 2012

• Propagandisten gebruiken negatieve labels voor diegenen die ze willen veroordelen: terroristen, extremisten, dictators

• Veel voorkomende vorm van propaganda

• Periode: einde 19de Eeuw – jaren ’30 van de 20 ste eeuw

Effectenonderzoek heeft eerst plaatsgevonden.

• Metaforen: magic bullet = media boodschap als soort kogel, hypodermic needle= onderhuidse inspuiting media heeft invloed, lont-in-kruitvat= directe reactie oproepen door media , one-step-flow= i ndirecte manier ieder van ons beinvloed
• Uitgangspunten:
• Weerloze massa / beinvloedbaar .
• Directe effecten
• Stimulus-respons/ stimuli, responsreactie bij het publiek.
• Korte termijn / onmiddelijke reactie.
• (vooral) persuasieve inhoud / wat voor effect heeft deze media boodschappen.
• “Geloofsovertuiging” : in begin meewarig, verwacht negatieve aspecten, daaruit volgt wetenschappelijke intresse,
• Startend onderzoek: psychologische invalshoek eerst vooral psychologen, daarna sociologen 2 disciplines , daarna volgde com wetenschap.

Onderzoek naar propaganda

• Lasswell (1927)
• Institute for propaganda analysis (1937)

n Zeven technieken

• Zwart maken (name-calling) : labels/ waarde gebruiken die negatieve connotatie hebben. vb politicus = dictator
• Mooi maken (glittering generalities) : positieve kenmerken hanteren ‘ verbloemen’
• Prestige verlenen (transfer) : dmv associaties werken, vb huis en vliag, met positieve symbolen
• Autoriteit geven (testimonial) : vaak in reclame, iemand bekend steunen, vb bekende persoon zegt zelf voor Obama te zijn.
• De burger bereiken (plain folks) : vertrouwen winnen van de massa.
• Samenhorigheid veinzen (band wagon) : iedereen doet het dus we moeten meedoen
• Slim selecteren (card stacking) : verdraaien en omkeren van ideeen, negatieve delen weglaten of net niet. vb van soldaten zeggen dat ze kids hadden vermoord

1^ste periode = paradigma media

2^de periode

3^de periode = fase waarin men idee omkeert

4^de periode= terugkeer van machtige media paradigma

Men vindt in soap opera’s een weerspiegeling van normen en waarden (bv. op vlak van interpersoonlijke relaties) van de Westerse maatschappij. Vb. wie de wet overtreedt, wordt gestraft

Soaps zijn ook vrij conservatief wat betreft hun afbeelding van sekserollen. Zo worden vrouwen nu nog steeds positiever afgebeeld als ze voor familie en kinderen zorgen dan als ze een carrière nastreven.

Soaps hebben een tijdsgebonden karakter: vb. de look uit een bepaalde periode is duidelijk terug te vinden.

Men kan soaps ook doelbewust gebruiken om bepaalde waarden over te brengen vb. alfabetisme, vrouwenrechten bevorderen.

Doordat vrouwen vroeger vaak thuis werkten, waren zijn dus de belangrijkste doelgroep. Nu vrouwen meer en meer buitenshuis werken, is dit aan het verminderen. Kijkcijfers zijn een directe indicatie voor het succes van een soap bij het publiek. Ze geven niet alleen informatie over hoeveel, maar ook over welke soort mensen er gekeken hebben. Het publiek kan ook feedback geven d.m.v. bv. brieven.

Soaps die uitgezonden worden tijdens “familie”-uren mogen geen seks of geweld bevatten. Dit op aanvraag van drukkingsgroepen die bestaan uit sociale wetenschappers, leerkrachten, ouders, … . Soap opera’s worden gerekend tot ontspanningsprogramma’s en die moet men bij wet aanbieden. In soaps is er ook minder sprake van verbaal geweld. En als er geweld aanwezig is, speelt dit zich meestal af tussen familieleden, en niet door vreemden.

Werken met video maakt het makkelijker, zien de tijds- en budgetdruk.

Soap opera’s zijn een belangrijk middel voor adverteerders om de kijkers op een regelmatige en voorspelbare basis te bereiken. Eens een serie gevestigd is, blijft het publiek bijzonder loyaal.

Een belangrijke functie van soap opera’s is om het er voor te zorgen dat de soap aanslaagt, men moet dus de onzekerheid reduceren. Dit kan men doen door mensen in te huren die zich reeds bewezen hebben in vorige soaps bijvoorbeeld. Op lange termijn is dit contraproductief want dan is er niet genoeg innovatie maar op korte termijn is dit zeer efficiënt.

Adverteerders willen ook een rechtstreekse invloed op de inhoud van televisiefictie hebben. Zij willen thema’s en personages die hun doelgroep aanspreken en bevorderlijk zijn voor de verkoop van hun producten.

Media-organisatie:

Soaps zijn een belangrijk aspect van kijkcijferstrategie en het imago van de zender. zij trekken een kleiner publiek aan dan prime-time programma’s maar zijn wel veel goedkoper. Ze hebben dus vrij veel macht maar toch moeten ze concurreren met andere programma’s om middelen te verkrijgen.

Organisatiegeoriënteerde routines:

Efficiëntiedruk geeft aanleiding tot routinewerk bij de productie van fictie. Dit helpt dus om de kosten te minimaliseren want men heeft een klein budget. Daarom gebruikt men gestandaardiseerde formules, korte repetities, beperkte hoeveelheid locaties.

Publieksgeoriënteerde routines:

Soaps steunen op “habitual viewing”: kijken uit gewoonte (vast tijdstip), ze willen kijkers binden aan een bepaalde zender. Vele typische, inhoudelijke kenmerken van soaps zijn gericht op het bereiken (en vasthouden) van een zo groot mogelijk publiek

- Zoals gezegd verlopen de gebeurtenissen zeer traag, men wil vermijden dat iemand die toevallig een aflevering mist, niet meer kan volgen.

- De verstrengelde verhaallijnen rond de diverse personages zorgen voor variëteit en sporen de kijker zo aan om verder te kijken.

- De kijkers moeten de personages kennen om de verhaallijn te kunnen begrijpen. Het is ook belangrijk dat de kijkers zich met een bepaalde figuur kunnen identificeren.

- Cliffhanger werkt nieuwsgierigheid op en zorgt er op die manier voor dat de meeste kijkers de volgende aflevering ook willen zien.