Bureaucratie
- Gepubliceerd in Sociologie
- Max Webers ideaaltype
Resultaten van het onderzoek:
1) Grote groepen hebben meer neiging om zich tot zichzelf te beperken. Ze zijn naar binnen gericht
2) Heterogene groepen richten zich naar buiten
3) Sociale…
Georg Simmel’s formele sociologie:
Sociale interactiepatronen bestuderen aan de hand van de vorming van groepen.
Hij was één van de eerste sociologen die aannam dat mensen een lichaam hebben. Bv. i.v.m. oogcontact
Met welk lijnstuk komt het gegeven lijnstuk overeen?
Iedereen zou zeggen: C
Maar als bijvoorbeeld het publiek zegt of verzint dat het B
A B C B is?
= Proefpersonen stellen hun mening bij aan groepsmening, ook al weten ze dat het onwaar is!
2. Stanley Milgram
Onderzoeker speelt onder één hoedje met degene die antwoorden geeft. Proefpersoon dacht dat deze de proefpersoon was, hij moest gewoon chocs geven.
= Zeer groot deel van de mensen deed dit omdat wetenschapper hem of haar opdracht gaf.
Uitbreiding:
Twee onderzoekers die onderling begonnen te twijfelen. Gevolg was dat de
bereidwilligheid van de proefpersoon om chocs te geven, daalde.
Besluit:
Er bestaan 2 types van leiderschap…
Vroeger: Man instrumenteel leider van het gezin
Vrouw expressief leidster van het gezin
Groepsconformiteit
: als lid van groep heb je neiging je te onderwerpen aan wat de groep van je verwacht
: maar soms voel je je verstikt door groepsconformiteit
Bij een vereniging is het intrinsieke doel dat je samenkomt om prettigheid, bij de organisatie staat het doel centraal.
Organisatie
: grote vereniging van mensen die met elkaar in hoofdzaak onpersoonlijke interacties onderhouden om specifieke doeleinden te bereiken.
: groepering met heel expliciet duidelijk doel, en de verschillende functies binnen de groep zijn helder vastgelegd.
Bv. Ondernemingen, scholen, culturele organisaties, vakbonden, mutualiteiten, media, …
Zijn vaak belangrijk omdat we in de moderne maatschappijen veel meer afhankelijk zijn van elkaar dan ooit voorheen. Daarvoor zorgen die organisaties.
In pre-industriële maatschappijen voorzagen familie, buren of gemeenschap voor
de meeste behoeften.
Vaak bij zeer formele organisaties heb je een reglementering!
Je hebt geen diepgaande contacten maar wel veel contacten waardoor je in verbinding staat met verdere contacten, waardoor je verre mogelijkheden kan bereiken
Positieve kant: Je kan een gemakkelijk flexibel veranderlijk leven leiden.
‘Optionele wereld’ (vele opties)
Negatieve kant: Nooit geborgen
Vaststelling:
Indien je deze netwerkanalyse zou nagaan bij de personen die deze individu contacteert, dan zou je inzien dat deze mensen dezelfde interacties hebben, en deze kennen.
Typisch gemeinschaftlich!
: intensieve sociale interacties
Nadeel
: Wat als je je niet goed voelt en in deze gesloten gemeinschaft?
: In gesloten gemeinschaft wordt alles gecontroleerd
= Moeilijk om hieraan te ontsnappen!
Open gesellschaftsnetwerk
Vaststelling:
Hierbij heb je een hele waaier van interacties,… voor je het weet zit je via via in een ander continent.