Menu

Het Neoplatonisme

Plotinus (204-270 na Christus) was de grondlegger van het neoplatonisme.

Het was een tijd van oorlog, wanorde, verwoestingen, pestepidemies en verval, en waarschijnlijk juist daarom keerde Plotinus terug naar de schone schone en ideale wereld van Plato, een wereld van eeuwige goedheid, schoonheid en rust.

Opmerking

Naast deze twee stromingen zijn er nog twee andere: de cynici en de epicuristen

Lees meer...

Het Stoïcisme

Het woord stoïcisme gaat terug op de Stoa poikilè, een zuilengang in Athene, waar Zeno van Citium zijn studenten verzamelde, net als vroeger Plato dat deed in de Academie of Aristoteles in de Peripatos van het Lykeion.

Zeno (336-264) was vooral beïnvloed door Socrates en diens moedige houding tijdens zijn proces en terechtstelling: de waarheid en de deugd waren voor hem duidelijk belangrijker dan welstand, gezondheid of zelfs het leven.

Daarnaast voelde Zeno zich verwant met de cynici, een merkwaardige school van nogal extreme Atheense denkers. De cynici kunnen het best met de radicale groenen van alternatieven van vandaag worden vergeleken. Ze zagen in dat de meeste mensen hypocrieten waren en eigenlijk alleen aan hun profijt dachten. Ze wilden bewijzen dat je ook zonder al die welstand en die kruiperij goed kon leven.

Zeno en de stoïcijnen gingen niet zo ver als de cynici, maar hadden even weinig geduld met Plato’s ideeënleer of Aristoteles’ metafysica:

Je moet uitgaan van het gezonde verstand en op je ervaring vertrouwen. De natuurwetten liggen voor altijd vast en laten geen plaats over aan het toeval. Het heelal is ontstaan uit een oorspronkelijk vuur, waaruit de drie andere elementen zijn ontstaan (uit vuur ontstond lucht, daaruit water en daaruit aarde)

Je moet aanvaarden dat alles een begin en een einde heeft

→ reden tot een zekere bescheidenheid, want onze wereld is er maar één uit een oneindige reeks van werelden die elkaar zullen opvolgen

De rol van God en de centrale plaats van de mens

→ alles bestaat voor de mens

Vb.: een kip is er om ons te voeden, een wilde tijger om onze moed te testen en de vlooien dienen om ons s’morgens te wekken zodat we onze tijd niet verliezen in bed

God staat niet naast of boven de wereld, maar is er een deel van, en ieder mens heeft een stuk van die goddelijkheid in zich.

Het leven van de mens is goed als het in harmonie met de natuur verloopt. Geld, bezittingen,… zijn van minder belang. Een deugdzaam mens kan dus nooit in zijn echte waarde worden geraakt

→ de mens heeft een vrije wil, waardoor hij/zij in harmonie met de natuur kan leven of niet

Stoïcisme = eerste radicaal-democratische leer die ook door de slaven kon worden aanvaard en beleefd omdat ze echt alle mensen als gelijken beschouwden.

De volmaakte menselijke vrijheid bestaat erin zich niet door uiterlijkheden en bijkomstigheden te laten beïnvloeden: pijn, gevangenschap, foltering of zelfs de dood kunnen onze menselijke waardigheid niet wegnemen. Maar om deze deugd te bereiken moeten we uiteraard onze passies (hebzucht, afgunst, jaloersheid,…) leren beheersen. Daarom worden stoïcijnen vaak als koud bestempeld.

Deze leer zal een grote invloed uitoefenen op de eerste christenen (martelaren) en zal opnieuw tot bloei komen in het humanisme van de 18e eeuw.

Lees meer...

Algemene omschrijving

De politieke situatie verandert door de veroveringen van Alexander de Grote. Deze ongelofelijke uitbreiding had culturele gevolgen, want plotseling kwam de Griekse cultuur in contact met de Babylonische wereld, met de Perzische leer van Zoroaster en zelfs met het Boeddhisme in Indië.

Ondanks het superioriteitsgevoel van de Grieken, konden ze niet beletten dat bepaalde ideeën en godsdiensten en ook stijlvormen in de zuivere Griekse cultuur binnendrongen. Het resultaat hiervan is het hellenisme. Men kan dit omschrijven als de Griekse beschaving zoals deze zich vertoont in Europa, Azië en Afrika na de val van het Rijk van Alexander de Grote. Hellen is de mythische vader van het Griekse Rijk. Globalisering kwam voor het eerst tot stand. Het was ook de tijd waarin een nieuwe godsdienst uit het Oosten, het Christendom, doorheen het Romeinse Rijk verspreid werd, eerst als één van de vele vreemde sekten die vooral slaven aantrok (gelijkheid van alle kinderen Gods, naastenliefde, verlossing).

In de Hellenistisch periode ontwikkelden zich twee grote filosofische richtingen: het stoïcisme en het neoplatonisme.

Lees meer...

Aristoteles (384-322)

Aristoteles studeerde onder Plato en werd dan de opvoeder van Alexander de Grote. Op de eerste plaats was hij privé-leraar. Hij was een nuchtere, ongeloofelijk onderlegde pedagoog, die daardoor de grondslag heeft gelegd voor de filosofie als wetenschap, en meteen voor de meeste takken van de Westerse wetenschap.

Aristoteles stond veel dichter bij de natuurwetenschappelijke experimentele methode dan zijn beide voorgangers.

Plato verwijst naar de ideeën, daar waar Aristoteles eerder naar de realiteit zal gaan kijken.

Hij deelde de filosofie voor het eerst op in verschillende takken die nu nog steeds gebruikt worden, men onderscheidt twee grote delen:

(1) de logica

→ het juiste denken: wat is een begrip, een oordeel, een conclusie, een definitie, een bewijs?

gevolg: syllogisme = een bepaalde manier van denken

Vb.: goedkoop vliegen betekent meer vervuiling; meer vervuiling is een dure grap → goedkoop vliegen is dus een dure grap

(2) de metafysica

→ dat wat na de fysica komt, de vragen die na de studie van de fysica gesteld kunnen worden

→ categorieën (vb.: balans tussen kwaliteit en kwantiteit)

→ onderscheid tussen de stof (materie) en de vorm (de kracht, het denken) waaruit de werkelijkheid bestaat

→ hij zoekt naar de wisselwerking tussen stof en vorm

→ hiërarchie:

  • God: het denken van het denken, zuivere vorm, de onbewogen eerste Beweger
  • Rest: mengvorm van stof en vorm, zelfs in de zuiverste stof zit de mogelijkheid iets te worden

Aristoteles’ indeling van de filosofie

(1) de theoretische vakken: het ware → Alfa-wetenschappen: metafysica, mathematica, fysica, psychologie

(2) de praktische vakken: het goede → Beta-wetenschappen: ethica, politiek, economie

(3) de poëtische vakken: het schone → Kunst: techniek, esthetica, poëtica

Aristoteles’ visie op de mens

  • de mens is een gemeenschapsdier (politiek beest)
  • door zijn lichaam (voeding, voortplanting) met de planten-en dierenwereld verbonden
  • en door zijn verstand pas echt menselijk jkfjgkf jjfgk fjgk fjgkf
  • op dit niveau van het verstand vinden we ook de belangrijkste deugden en de bron van het ware geluk

De theorie van de gulden middenweg

Op praktisch alledaags niveau komt het erop aan extremen te vermijden en in alles realistisch te zijn (te kiezen voor de gulden middenweg).

Aristoteles was erg burgerlijk gematigd in zijn politieke opvattingen:

  • geen ideale staat nastreven
  • geen gemeenschap van goederen en vrouwen
  • verkoos de monarchie (de goede, wijze vorst) boven de tirannie
  • verkoos de aristocratie (de macht aan de besten en meest geschikten) boven oligarchie (een groep van machtshebbers)
  • verkoos democratie boven de heerschappij van het gepeupel

Hij neemt geen stelling, behalve in zijn vrees voor het extremisme van rechts of links. In elk van die staatsvormen moet de jeugd lichamelijk en geestelijk streng worden aangepakt, om ze tot waardige en gematigde staatsburgers op te leiden.

Het goede leven?

  • goed leven vertrekt vanuit de talenten van een individu
  • noodzaak aan economie

→ noodzaak aan materiële goederen, matigheid en rechtvaardigheid (deugden)

→ Koning Midas: hij wenste dat alles wat hij aanraakte veranderde in goud, zijn wens werd vervuld maar hij stier van de honger want een mens kan niet leven van goud

→ onderscheid tussen 2 menselijke activiteiten:

(1) wezenlijke activiteiten (vrije tijd)

activiteiten die je in je vrije tijd doet, belangrijkste

(2) noodzakelijke activiteiten (economisch)

dit zijn nuttige activiteiten, staan in functie van een ander doel

In het goede leven van een economist zijn er bepaalde waarden van deze noodzakelijk activiteiten die misvormd worden. Zo wordt vriendschap onder zakenmensen niet als evident beschouwd, het zijn twee zaken die niet verenigbaar zijn.

In de economie moeten er afspraken gemaakt worden op alle vlakken.

Vb.: Europa tikt België op de vingers omdat er te weinig regels zijn tussen werknemers en werkgevers

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen