Menu

Sociaalpsycholoog Bargh

“The four horsemen of automaticity”

  • Niet bewust
  • Niet intentioneel: geen motivatie voor nodig, ze zijn er zo en verlopen quasi moeiteloos
  • Onvrijwillig
  • Quasi moeiteloos: meer moeiteloos dan niet automatische gedragingen bv. Ook fysiologisch (bv. Sport) minder energie voor getrainde sporter dan bij niet getrainde sporter
Lees meer...

Op de automatische piloot: denken zonder inspanning

Automatisch denken = denken dat onbewust, onopzettelijk, onwillekeurig en zonder inspanning geschiedt. Bv. Je ontmoet een nieuwe persoon, onbewust ga je nadenken of dat je die persoon nu leuk vindt of niet op basis van hetgene je juist via het gesprek te weten bent gekomen

Wij, de mens, kan als “superieure soort” op automatische wijze met complexe feiten omgaan, we kunnen snel conclusies trekken.

De wereld is zeer complex: het is moeilijk om artificiële intelligentie te doen slagen.
Artificiële intelligentie = ervaringen worden opgenomen in ons automatisch geheugen. Als je weinig beschikbare energie hebt, moet je investeren in moeilijke taken waar je geen automatische reactie op hebt (= moeilijkheid van het te doen slagen)

De mens structureert die complexe wereld op basis van ervaringen uit het verleden, daardoor wordt zelfs een nieuwe situatie snel voorspelbaar.

Lees meer...

Sociale cognitie

Hoe mensen denken over zichzelf en de sociale wereld. Hoe mensen sociale informatie selecteren, interpreteren, herinneren en gebruiken om oordelen te vormen en beslissingen te nemen.

Twee vormen/types van sociale cognitie:

1) Automatische processen: niet bewuste processen

= hoe iemand reageert wanneer heel snel een oordeel of beslissing nodig is (bv. Noodgeval)

= hoe iemand reageert wanneer er weinig bewuwste aandacht naar de beslissing gaat (keuze die je op automatische piloot neemt)

2) Deliberatieve, gecontroleerde processen

= beslissingen en oordelen waarbij we de sociale informatie bewust wikken en wegen, beïnvloedend voor welk gedrag we uiteindelijk stellen

  • De twee vormen gaan vaak goed samen
Lees meer...

Onderzoek Ross & Samuels

  • Deelnemers worden selectief gekozen op basis van oordeel van kennissen: competitieven versus coöperatieven (= Onafhankelijke Variabele 1)

Indeling in groepen op basis van wat andere mensen van ze denken

  • De deelnemers moeten een samenwerkingsspel spelen:

De regels van het spel zijn hetzelfde, enkel verschillende normen

De ene helft speelt “Wall street game”, de andere helft “Community game”

Verschil in namen= Onafhankelijke variabele 2

  • Je kan gaan voor het eigen maximale profijt of om samen alles te winnen
  • Hoe competitief speelt iemand? = Afhankelijke variabele
  • Voorspellingen:

Kennissen: eigen inborst speelt een rol (comperatief of competitief)  zelfde in de twee spelen

Situationeel element: Persoonlijkheid van de kennissen is belangrijk want mensen hebben dat geleerd door de persoonlijkheid te observeren. De vrienden hebben de deelnemers een comperatief of competitieve eigenschap aangemeten vanuit hun ervaring in een specifieke situatie. Bv. Die persoon speelt veel sport, hij is competitief, die persoon zet zich in voor het goede doel, hij is comperatief.

  • Duidelijke verschil: de naam van het spel

De naam van het spel roept allerlei associaties op:

Wall street: competitief interpreteren

Community: comperatief interpreteren

  • Los van de persoonlijkheid die hun eigen vrienden hen toelichten
  • De deelnemers werden sociaal beïnvloed:
    • Naam van het spel (via eerdere processen geassocieerd met cognities over hoe zo’n sociale situatie (wall street vs community) werkt.
    • Vanuit de cognities: veranderde perceptie van de eigen functie en die van de medespeler (cf. impliciete sociale rollen)
    • Resulteert in een verschil in observeerbaar gedrag
    • Dat verschil interpreteren we zo spaarzaam mogelijk naar onobserveerbare theoretische concepten.
  • Fundamentele attributiefout:

We laten ons misleiden om anderen een persoonlijkheid toe te kennen, we verwachten dat degenen die we als competitief beschreven competitief gaan handelen en degene die we als comperatief beschreven, comperatief gaan handelen. Terwijl ze in de werkelijkheid, handelen naar de echte situatie.

Lees meer...

Wat wel uniek is voor sociale psychologie:

  • Kijkt naar de door het individu geïnterpreteerde context (perceptie en cognitie)
  • Vertekende beslissingsheuristieken
  • Staat los van structuren
  • Kwantitatief empirisch

Sociale psychologie is geen wetenschap die voor jou persoonlijk natuurlijk moet aanvoelen, jij zou bijvoorbeeld helemaal anders kunnen handelen MAAR het is belangrijk je te realiseren dat het gaat over effecten waar je je niet helemaal bewust van bent. Het gedrag van anderen kan je best verklaren vanuit hun persoonlijkheid, je eigen gedrag vanuit de werkelijkheid.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen