Logo
Print deze pagina

ORGANISERENDE (PERMANENTE) EFFECTEN

Deel dit artikel:

  • geslachtsontwikkeling in 3e/4e maand van zwangerschap (8 cm, 30 g) (<8-10 weken: embryo, > 8-10 weken: foetus)
  • mannelijke foetus
    • SRY gen (Y chromosoom) laat testes ontstaan  testosteron  mannelijke ontwikkeling
    • positieve feedbacklus: testosteron versterkt testosteronaanmaak
    • indien testosteronproductie of -werking wordt geblokkeerd (zoals bij castratie, alcohol, cocaïne, marijuana)  geen mannelijke ontwikkeling
  • vrouwelijke foetus
    • geen SRY gen
    • dieronderzoek: bij voldoende testosteron  ook mannelijke geslachtsorganen en mannelijk gedrag (sexueel, agressie, mannelijke interesses)
    • bij onvoldoende oestradiol  wel vrouwelijke geslachtskenmerken, later geen sexueel gedrag
  • dus foetus is vrouwelijk ‘by default’; testosteron bewerkstelligt mannelijke ontwikkeling
  • SRY gen: buizen van Wolff  testes  testosteron

versterkt de ontwikkeling testes & prostaatklier, bijbal, zaadleider (vas deferens), zaadblaasjes (seminal vesicles) (degeneratie buizen van Müller)

  • geen SRY gen: buizen van Müller  baarmoeder, eileiders en bovenste deel vagina (degeneratie buizen van Wolff)

Copyright © 2019. All rights reserved.