Individuele, culturele en leeftijdsgerelateerde perspectieven op gezondheid
- Gepubliceerd in Psychologie
- Lees 1171 keer
Aan leken gevraagd wat gezondheid is (onderzoek Bauman). Daar kwam uit dat het is gerelateerd aan: gevoel, gerichtheid op symptomen, prestaties. Oudere mensen maakten vaker melding van gezondheidsproblemen, terwijl jongeren gezondheidsgedrag (bijv. eten van gezonde voeding) noemden. Herzlich deed ook onderzoek. Daar kwam uit dat er onderscheid werd gemaakt tussen gezond zijn, gezondheid hebben en gezond doen. Bij Bauman zagen respondent gezondheid eerder als een toestand van ‘zijn’ en ‘doen’. Niet zozeer van hebben. Dit verschil kan komen doordat Bauman ernstig zieke mensen ondervroeg, en Herzlich niet-zieke mensen.
Ander onderzoek was ‘Health and Lifestyle’ van Blaxter. Categorieën die naar voren kwamen waren:
- Gezondheid als niet ziek -> geen symptomen, geen bezoek aan arts.
- Gezondheid als bezitting -> ik kom uit sterke familie.
- Gezondheid als gedrag -> ik zorg goed voor mezelf, ik sport.
- Gezondheid als lichamelijke fitheid en vitaliteit
- Gezondheid als psychosociaal welzijn -> m.b.t. geestestoestand.
- Gezondheid als functie -> vermogen om taken te verrichten.
Definitie van gezondheid van de WHO (Wereldgezondheidsorganisatie): Een toestand van volledig lichamelijk, geestelijk en sociaal welzijn en niet alleen als de afwezigheid van ziekte of invaliditeit.
-> Er is een duidelijk relatie tussen gedrag, levenswijze en gezondheid. Minder duidelijk zijn de sociaaleconomische en culturele invloeden op gezondheid.
Crossculturele perspectieven op gezondheid
Wat wordt beschouwd als een normale gezondheid verschilt per cultuur en is afhankelijk van het economische, politieke en culturele klimaat van het tijdperk waarin de betrokkene leeft. Westerse mensen delen de geest, het lichaam en de ziel zodanig dat elk van deze terreinen aan afzonderlijke zorgverleners wordt toegewezen. In sommige Afrikaanse culturen is dat niet het geval -> de drie elementen van de menselijke aard worden daar geïntegreerd. In bepaalde Afrikaanse streken werken groeps- of familieleden samen voor het welzijn van allen. Dit is een collectivistische benadering en verschilt sterk van onze individualistische benadering. In verschillende oosterse culturen wordt een soortgelijke holistische en collectivistische benadering toegepast. Holistisch -> niet alleen het zuiver lichamelijke of waarneembare wordt aangepakt, maar het hele wezen en het welzijn wordt in beschouwing genomen.
Levensduur, ouder worden en aannamen over gezondheid
Het ontwikkelingsproces is een functie van de interactie tussen drie factoren:
1) Leren
2) Ervaring
3) Rijping
Erikson -> 8 belangrijke levensfasen, die m.b.t. verschillende dimensies verschilden, waaronder:
- Cognitief en intellectueel functioneren (bijv. invloed zijn op medische instructies begrijpen)
- Taal- en communicatievaardigheden (bijv. geen melding kunnen maken van pijn of zorgen)
- Inzicht in ziekte (bijv. voor inroepen van medische hulp)
- Gezondheidszorg en verzorgingsgedrag (bijv. van invloed op vermeende risico van ziekte)
Tijdens de ontwikkeling van kind tot volwassene wordt het verstandelijk vermogen, waarmee de werkelijkheid begrepen kan worden, rijper. Piaget meende dat deze cognitieve ontwikkeling in opvolgende vaste stadia verloopt:
1) Sensomotorisch stadium -> baby verkent wereld d.m.v. zintuigen
2) Preoperatief stadium -> magisch aandoende opvatting van de wereld, er is nog geen sprake van het leggen van objectieve concrete nauwkeurige relaties.
3) Stadium van concrete bewerkingen -> kind kan juiste relaties leggen tussen dingen, mits deze dingen in werkelijkheid ook aanwezig zijn.
4) Stadium van abstracte bewerkingen -> de concrete aanwezigheid van de dingen is niet meer vereist.
Ziekteconcept op de leeftijd van 3 tot 7 jaar
Het is belangrijk dat kinderen in de loop van de tijd enige verantwoordelijkheid aanleren voor het onderhoud van hun eigen gezondheid. Onderzoek van Bibace en Walsh toonde aan dat kinderen jonger dan 7 jaar ziekte verklaren op magisch niveau; verklaringen zijn gebaseerd op associatie
- Onbegrip -> kind geeft irrelevante antwoorden of ontwijkt vragen.
- Fenomenalisme -> ziekte is meestal een teken of geluid dat met de ziekte in verband wordt gebracht, maar er is weinig begrip van oorzaak en gevolg.
- Aangestoken worden -> ziekte is meestal afkomstig van persoon of voorwerp dat dichtbij is.
Ziekteconcept op de leeftijd van 8 tot 11 jaar
Verklaringen van ziekte rond acht tot 11 jaar zijn concreter en gebaseerd op een logische reeks van gebeurtenissen van oorzaak en gevolg.
- Besmetting -> begrijpen dat ziekte verschillende symptomen kan hebben en ze erkennen dat bacteriën of zelfs hun eigen gedrag ziekten kunnen veroorzaken.
- Internalisatie -> begrijpen dat de ziekte zich in het lichaam bevindt, maar het proces waardoor symptomen zich voordoen, wordt slechts gedeeltelijk begrepen.
Tijdens deze ontwikkelingsfase kunnen kinderen ertoe worden aangezet enige persoonlijke controle over de ziekte of behandeling uit te oefenen; hierdoor kan het kind worden geholpen met de ziekte om te gaan.
Ziekteconcept vanaf de puberteit
Ziekteconcept is nog een abstract begrip: verklaring zijn gebaseerd op interacties tussen de persoon en zijn omgeving.
- Fysiologisch -> de meesten kunnen ziekte nu definiëren in termen van specifieke lichamelijke organen of functies.
- Psychofysiologisch -> tijdens de latere puberteit en volwassenheid begrijpen veel mensen dat lichaam en geest interactie vertonen.
Pubers nemen van zichzelf aan dat ze meer controle hebben over het ontstaan en de genezing van ziekte en zijn zich er beter van bewust dat persoonlijke acties van invloed kunnen zijn op de resultaten.
Vroege volwassenheid is de leeftijd van 17 tot 40. De kans dat ze nieuwe gedragingen gaan vertonen die een risico vormen voor de gezondheid is kleiner dan bij pubers; de kans dat ze preventief gedrag vertonen is groter. Accent bij gezondheidsvoorlichting ligt hier op praktische toepassingen.
Bij het ouder worden blijft het zelfconcept (bewuste gedachten en aannamen over jezelf) relatief stabiel. Veranderingen van het zelfconcept maken niet onvermijdelijk deel uit van het ouder worden.