Menu

Voorwaarden van de consumer culture

  • Vrije tijd: nood aan strikte scheiding tussen arbeid en vrije tijd (rechtstreeks gevolg van industrialisering).
  • Capaciteit van het productieapparaat: massaal consumptiegoederen produceren. Overproductiecrisissen in de 19de eeuw betekenden een economische stimulans om mensen aan te zetten tot consumeren (massaproductie veronderstelt massaconsumptie).
  • Waardenverschuiving van arbeidsethos naar consumptie-ethos.
  • Hypothese van Campbell: de consumer culture heeft zijn roots in het piëtisme en de romantiek en gaat terug tot in de 18de eeuw (die moet al bestaan hebben in industriële maatschappij vanaf het begin, ze is niet nadien ontstaan).
  • Piëtisme (tak van het protestantisme): veel nadruk op het cultiveren van gevoelens en subjectieve belevingen: enkel oog voor de eigen innerlijkheid ~> kiem van narcistische consumentarisme ~> nadruk op zelfbeleving
  • McKendrick: ruimtelijke nabijheid van de verschillende sociale klassen versterkt het imitatiegedrag: navolgen van cultuur- en consumptiepatronen om op te klimmen op de economische ladder.
  • Kritiek: consumeren kan nog heel wat andere motieven hebben dan afgunst of de drang tot sociale mobiliteit.
  • Reclame speelt ook een belangrijke rol in de verbreiding van de massaconsumptiecultuur. De consument wil zijn verlangens realiseren, maar verlangen leidt onvermijdelijk tot frustratie. De reclame stelt betoverende werelden voor waartoe het product de toegang is. De frustratie die je oploopt door het kopen van het goed zal tot een nieuwe koopzucht leiden. Je blijft uiteindelijk consumeren; het is een zichzelf aanzwengelend proces.

Reclame zorgt ervoor dat verlangens opgewekt worden en zijn dus verleidelijk en prikkelend. Ook heeft het een moraliserende inslag: het poogt de traditionele producten belachelijk te maken en te doen verdwijnen: de conserverende houding moet afgebroken worden. De angst voor het nieuwe en onbekende wordt weggenomen door de reclamemakers die zich als missionarissen met een missie zagen.

Lees meer...

Consumer culture

Het begrip vond ingang na WOII n.a.v. de algemene welvaartsstijging. Het heeft niet zulk een uitgesproken normatieve connotatie.

Sommigen zeggen dat de consumptiecultuur even oud is als de kapitalistische economie; vanaf de 16de eeuw dus.

bv. Evolutie in de afschrijvingstijd ~> neiging om meer te consumeren + toenemende mate binnen het bereik van de opkomende middenklasse (ook luxegoederen): het daalt de sociale ladder af. Ook neemt de algemene duurzaamheid af (weggooien -> consumeren -> consumeren -> etc).

Meestal situeert men de oorsprong in de 19de eeuw: ontstaan van grootwarenhuizen ~> bedwelmende overvloed van consumptiegoederen ~> sfeer waar niets anders gedaan werd dan consumeren. Ontstaan van plaatsen van vermaak en consumptie ~> één groot complex gericht op consumptie en ontspanning: een afgebakende en gespecialiseerde consumptiesfeer.

Ontstaan van nieuw sociaal type, nl. Flaneur.

Lees meer...

Massacultuur als handlanger van het kapitalisme

De Frankfurter Schule brengt de massacultuur in verband met de kapitalistische economie. De cultuurindustrie heeft als enig doel winstbejag. Ze produceert sentimentele en andere bewustzijnsverstrooiende rommel om het publiek te verhinderen het ware gelaat van het kapitalisme te laten zien, nl. de klassenongelijkheid. Ze creëert dus een vals bewustzijn.

Lees meer...

Massacultuur als nivellering

Volgens pessimistische cultuurcritici werkte de industriële productie van de cultuurgoederen vervlakking in de hand. De notie van “cultuurgoed” scheen regelrecht in tegenspraak met de notie van “massaproduct”. Massaproducten werken enkel de nivellering in de hand; zo ontstond een cultuur van de grootste gemene deler.

T.S Eliot verdedigt een cultureel elitarisme: het behoud van het cultureel erfgoed mag niet aan de massa worden overgelaten. Er is dus nood aan een elite van gevormde en toegewijde cultuurminnaars. Ook het gezin speelt een grote rol: het fungeert als doorgeefluik van (traditionele) cultuur en houdt de massavorming tegen: individuen blijven gebonden aan hun sociale positie. Ook de traditionele volkscultuur werd aangetast door de massamedia.

Levis vreest dat de cultuur in verval is. Hij idealiseerde de oude organisch Engelse volkscultuur. De massacultuur biedt bevrediging op het laagste niveau, en wel meteen, zonder inspanning. Zijn standpunt komt neer op een complete verwerping van de technologische en wetenschappelijke basis van de moderne cultuur. Zijn kritiek was erg invloedrijk. De massacultuur is onderhevig aan de wet van Gresham (bad money drives out good money): bad taste drives out good taste.

De film is de kop van jut in de Amerikaanse massacultuurproductie. Duhamel analyseert de structuur van het filmisch beeld: “ik kan al niet meer denken wat ik wil, de bewegende beelden nemen de plaats in van mijn eigen gedachten”. Kijken= passief registreren.

De film wordt het symbool van de nivelleerde, passieve massacultuur (innerlijke betekenis verdwijnt en atmosfeer van intellectuele onverschilligheid).

Lees meer...

Massacultuur als massificatie

Het losmaken van het individu uit de traditionele banden leidde tot massificatie: het vrijmaken van het individu leidde vaak niet tot een sterkere individualiteit. Mannheim: het verschijnsel waarbij het individu totaal zijn individualiteit verliest en zich volledig identificeert met de ongedifferentieerde, traditieloze collectiviteit waartoe het behoort. Ze gaan volledig op in de grote aantallen en de nivellering van de collectiviteit. Daarbij verliezen ze ieder gevoel van differentie.

Bureaucratie: mensen zijn uit-, verwisselbaar. Alle individuen zijn gelijk; geatomiseerde maatschappij.

Le Bon: massa = fysieke samentroeping van mensen ~> altijd geweest en zullen er altijd. Maar de moderne massa is niet gevormd door slechte of gebrekkige organisatie maar door een verregaande organisatie en regeling. Ze zijn het gevolg van een mechanische verwerking van grote aantallen mensen, die numeriek maar niet kwalitatief verschillen.

Lees meer...

Massacultuur: gevolg van communicatietechnologie

Neutrale definitie van massacultuur = geheel van cultuuruitingen die hun verbreiding onder een breed publiek te danken hebben aan industriële reproductie- en distributietechnieken. Aanvang bij de boekdrukkunst; later massale reproductie en distributie van beeld en geluid. Ook advertentietechnieken zijn erg belangrijk.

Hierdoor ontstonden nieuwe waarden, normen en denkbeelden.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen