Logo
Print deze pagina

Een Organisationele benadering van de fictieproductie (in casu: de soapproductie)

Deel dit artikel:

Massacommunicatie is een georganiseerde activiteit.

Tot stand komen in creatie van Tv-fictie: soap opera’s

Chandler (1994): p. 162

  • Serial: vertonen verhaallijnen die over/doorlopen in verschillende afleveringen
    • Bv: familie

Onderscheid:

  • Traditionele soaps
    • Iedere weekdag in namiddag of vroege avond worden uitgezonden
    • ‘daytime serials’
  • Prime time/evening serials
    • Duurder
    • Minder frequent op het scherm, maar langer, meer actie en snelheid en op diverse locaties
    • Serie: ook opgebouwd rond bepaald personage maar elke aflevering heeft een apart/centraal verhaal
      • Bv: Beverly Hills, Baywatch

De soap opera:

  • Best bij ‘klassieke soap’
  • Worden door productieafdeling binnen televisiemaatschappij, of door onafhankelijke productiefirma gemaakt
  • Bandwerkmodel

De inhoud van soap opera’s

Kenmerkend:

  • Beperkte aantal, klassieke thema’s
  • Beperkt aantal personages en locaties

Meestal: familie, ouderschap, liefde, jaloezie, huwelijk, misdaad, psychologische problemen

  • Centrale thema = sociale problemen

Kaminsky en Mahan (1985): klassieke plots:

  • Liefde die geconfronteerd wordt met obstakels
  • Langzame dood
  • Onverwachte ongeluk, plotse ziekte
  • Persoonlijke spanningen die uitmonden in moord en proces
  • Komst van een psychopaat
  • Verschijning van gespleten persoonlijkheid
  • Romeo en Julia verhaal
  • Geheugenverlies
  • Bigamie
  • Het streven naar een carrière
  • Romantische en seksuele avonturen

Personages: 5 overheersende archetypes:

  • Romantische personages
  • Sexy personages
  • ‘heilige’ of ‘vrome’ personages
  • Aristocratische personages
  • ‘big Daddy’ personages

Sociaal gezien 5 primaire types:

  • Stijlvolle voorstedelijke type
  • Subtiele alleenstaande persoon
  • Traditionele familiepersoon
  • Succesvolle ‘workaholic’
  • Elegante ‘socialite’

7 secundaire types:

  • Personages die zich omhoog gewerkt hebben in zakenwereld

= self-made business persons

  • Tevreden, blije adolescenten
  • Ontevreden adolescenten
  • Gelukkige huisvrouwen
  • Ongelukkige, ontevreden huisvrouwen
  • Gepensioneerden
  • Gefrustreerde arbeiders, ontevreden met werk

Demografische kenmerken:

  • Evenveel mannen als vrouwen

35 – 55

Hogere klasse

  • Soaps zijn representatief voor de werkelijkheid

Dehouck (1995): maakte analyse van 3 drukbekeken soaps in Vlaanderen

  • Demografische kenmerken
  • Burgerlijke staat

% getrouwde mensen is lager dan in werkelijk leven

Prime time: % alleenstaande en gescheiden mensen is hoger

  • Soaps leggen vaak de nadruk op relaties – realistischer beeld

Cantor & Pingree (1983): onderzoek naar door personages uitgeoefende job:

  • Soaps overdrijven op vlak van:
    • Tewerkgestelden
    • Professionals

Intintoli (1984): onderzoek naar plaats van gebeurtenissen

  • Thuis, café, restaurant, hospitaal, werk, straat
  • Nadruk op de sociale problemen en individuele belevingen ‘binnenshuis’
    • Gesloten ruimtes om te bezinnen, discussiëren,…
    • Ziekenhuis: voor leven en dood
    • Rechtszaal: omgaan met goed en slecht, schuld en onschuld
    • Restaurant en café: socializing
    • Eigen huis: settings voor meest persoonlijke obsessies

Kilborn (1992), Chandler (1994), Mumford (1995): typisch narratieve elementen van soaps

Karakteristiek is de organisatie van de tijd

Gebeurtenissen spelen zich af in het heden en de tijd lijkt op hetzelfe tempo te verlopen als in de buitenwereld

  • Samenvallen met reële tijd op speciale gebeurtenissen
  • Soms verwijzen naar belangrijke gebeurtenissen

Soap opera is ‘never ending story’:

  • Bestaat uit individuele verhalen, die zich ontwikkelen over verschillende episodes/afleveringen
  • Individueel verhaal bestaat uit conflict dat pasna enkele episodes wordt opgelost

Trage ontwikkeling van gebeurtenissen

  • Opbouw en nasleep van dramatische gebeurtenis wordt benadrukt
  • Trage verloop heeft meer realistischer karakter
  • Creëert illusie dat acteurs een ‘unrecorded existence’ leiden

Grootste verschil soap opera’s met supersoap = snelheid:

  • Soap opera: over verschillende afleveringen heen climax proberen op te bouwen
  • Supersoap: verschillende hoogtepunten in iedere episode proberen te verwerken

Bestaat uit verstrengelde verhaallijnen

  • Zorgen voor welbepaalde, narratieve structuur
    • Verhaallijnen worden geconstrueerd rond personages
    • Constant heen en weer gaan tussen deze verhaallijnen

Groot aantal personages

  • Meeste soaps meer dan 25 regelmatige personages
  • Worden op snelle en scherpe manier gekarakteriseerd en getypeerd

Cliffhanger

  • Aan het einde van elke episode/ elk deel gebeurt er iets spannends
    • Close-up (emoties – spanningen)

Subgenres van soaps:

  • Dynastic: 1 familie centraal en anderen (bv: Dallas)
  • Community: gemeenschap (van zelfde straat/buurt) (bv: Neighbours)
  • Dyadic: nadruk op koppels, relaties tussen mensen van ongeveer zelfde leeftijd (bv: The bold and the beautiful)

Organisatie-interne en –externe drukkingen die de inhoud van soaps beïnvloeden

Invloeden op het individueel niveau van de mediawerkers

De invloed van diverse personen/functies die betrokken zijn bij de productie van soaps, op de inhoud ervan.

  • Prime televisie: producer heeft meeste controle

Producer zal zelden grote veranderingen aanbrengen aan zijn teksten

  • Soap televisie: schrijversmedium

Verhaal, plots en personages zijn belangrijker dan de acteurs en de productiekwaliteit

Hoofdschrijver heeft meeste macht

Producer:

  • Zorgt voor goede verloop van soapproductie
  • Stelt productieschema’s op
  • Legt deadlines vast
  • Superviseert het schrijversteam
  • Geeft richtlijnen voor de regie
  • Kiest acteurs
  • Eindverantwoordelijke voor de creatieve aspecten, maar rechtstreekse invloed op de inhoud van de soap is beperkt.
  • Onderhoudt relaties met de pers
    • Belangstelling mbt toekomstige verhaalontwikkelingen

Produces creëren zelf ‘selectieve lekken’

Cantor (1971): onderscheiden 3 types van producers:

  • Filmmakers:
    • Jongere, goed opgeleidde mensen met ambitie om filmregisseur te worden
    • Bereid om doeleinden van tv-organisatie te aanvaarden (willen ervaring opdoen en geld verdienen)
    • Schrijvers-producers:
      • Willen verhalen met waardevolle boodschap vertellen aan breed publiek
      • Meeste conflicten met management owv andere houding tov inhoud die ze moeten produceren

Tv-makers wille product dat aanslaat en niet te vernieuwend is

Producers willen waardevolle boodschap overbrengen

  • Carrière producers:
    • Ouder, minder goed opgeleid
    • Zijn vooral begaan met carrière binnen televisiemaatschappij
    • Heeft minder conflicten met het management
    • Willen zo groot mogelijk publiek bereiken

Acteurs in soaps:

  • Meestal niet sterk in hun schoenen
  • Kunnen gemakkelijk uit het stuk worden geschreven (gebeurt regelmatig)

Soapregisseurs:

  • Hebben vaak minder sterke invloed op de media-inhoud die ze creëren dan andere regisseurs (Kilborn)
    • Iedere aflevering moet toon en stijl hebben die over de tijd geen voor die soap ontwikkeld is. (door verschillende andere regisseurs)
    • Taak: scripts vertalen naar episodes die klaar zijn om uitgezonden te worden
      • Proberen beste te halen uit acteurs en technische personeel in situatie die weinig repetitie toelaat.

Invloeden op het niveau van de mediaroutines

Organisatiegeoriënteerde routines

Efficiëntiedruk geeft aanleiding tot routinewerk bij productie van fictie.

  • Binnen organisatie behoefte om de continuïteit van het programma-aanbod te verzekeren en de kosten te minimaliseren.

Budget voor productie soap: beperkt

  • Geen tijd/ geld voor echte creativiteit

Gestandaardiseerde formules om snel voldoende materiaal te produceren (op economische en winstgevende manier)

Concrete gevolgen van efficiëntiedruk:

  • Grote hoeveelheden scripts/tekst die op korte termijn geschreven moeten worden en de complexiteit van het verhaal, hebben geleid tot verregaande arbeidsverdeling

Hoodschrijver: ontwikkelt verschillende plots en verhalen, personages

Team van dialoogschrijvers: instaan voor concrete uitwerking

  • Tijdsdruk:

Voelbaar bij eigenlijke opnames (gebeuren routinematig)

  • Omwille van tijd en geld beperkingen worden meeste scènes maar 1 keer opgenomen
  • Om productiekosten laag te houden:

Settings voor soaps (in beperkt aantal decors – die steeds opnieuw worden gebruikt)

Weinig buitenopnamen

Schrijvers moeten verhaal aanpassen aan de decors

Publiekgeoriënteerde routines

Soaps steunen op ‘habitual viewing’

  • Soaps worden door omroepen gebruikt om kijkeraandacht te regulariseren, om het publiek aan een zender te binden.

Veel inhoudselementen van soaps erop gericht zo groot mogelijk publiek te bereiken en zo lang mogelijk vast te houden:

  • Gebeurtenissen gebeuren traag
    • Men wil vermijden dat iedereen die ‘toevallig’ een aflevering mist, niet meer kan volgen en afhaakt
    • Verstrengelde verhaallijnen rond verschillende personages zorgen voor variëteit en sporen de kijker aan verder te kijken
    • Kijkers moeten personages kennen om verhaallijnen te kunnen begrijpen

Snelle en scherpe karakterisering in de hand werken door kleding, stem

Kijkers moeten zich met bepaald figuur kunnen identificeren

Groot aantal acteurs

Alledaagse situaties en problemen waarmee ze geconfronteerd worden

  • Cliffhanger wekt nieuwsgierigheid op

Soaps worden vooral voor vrouwen geproduceerd:

  • Vrouwen worden er positiever in voorgesteld, mannen stereotieper
  • Door vrouwelijke personages, waarmee men zich gemakkelijk kan identificeren, ontstaat er sympathie en haalt men hogere kijkcijfers bij vrouwen

Invloeden op niveau van de organisatie

Soaps:

  • nemen belangrijke plaats in in programmatie van tv-station, door grote publiek dat ze aantrekken.
  • Voornaam onderdeel van kijkcijferstrategie
  • Bepalen voor een stuk het imago van de zender
  • Meestal winstgevende programma’s voor een zender
    • Trekken kleiner publiek aan dan prime-time programma’s maar zijn goedkoper
    • Maker van soaps meestal voorname functie in het tv-bedrijf
      • Wijzigingen in script: veranderen prominent deel van de tv-zender
      • frequent betrokken bij interne onderhandelingen
      • makers geconfronteerd met beperktheid van de middelen
        • rivaliteit met producenten prime-time
        • vinden vaak dat zij geld genereren dat terugvloeit naar meer ‘waardevolle’ programma’s

Drukkingen van buitenuit

Economische drukkingen

Soaps: band tussen media-inhoud en adverteerders is zeer sterk

  • naam: ‘soap’: fabrikanten van wasmiddelen die in jaren ’30 radiodramaseries sponsorden om op die manier een groot publiek (vrouwen) te bereiken.

‘opera’: melodramatische overdaad, die kenmerken is voor dit type series

  • soap opera’s zijn een belangrijk middel voor adverteerders om de kijkers op regelmatige en voorspelbare basis te bereiken
    • eens serie gevestigd: publiek blijft loyaal

Belangrijkste karakteristiek van het productieproces van soaps = reduceren van de onzekerheid.

Taak commerciële tv produceren: een zodanige programmatie te ontwikkelen die het hen mogelijk maakt om aan de adverteerders uur na uur, dag na dag een publiek te ‘leveren’.

  • Niet gemakkelijk:
    • Publiek is onvoorspelbaar
    • Men moet rekening houden met andere zenders

Gezien hoge productiekosten moeten manieren gevonden worden om mislukkingkansen te verlagen:

  • Inhuren van mensen met bewezen successen in het veld
  • Het in ere houden van bewezen formules en rituelen
  • Verklaren waarom alle tv-fictie uit 1 periode op elkaar lijkt.
  • Op lange termijn is deze strategie contraproductief

Afremmen van innovatie

Leiden tot eentonige; afgezaagde producten

  • Op korte termijn zeer succesvol

De behoefte van een regelmatig kijkend publiek te creëren leidt tot het overnemen van klassieke formules.

Adverteerders hebben vaak rechtstreekse invloed op de inhoud van televisiefictie.

  • Dingen die bevorderlijk zijn voor de verkoop van hun producten
  • Deze drukkingen ook bij openbare omroepen?

Openbare omroepen:

  • Bewegen zich nu in commerciële omgeving
  • Concurrentie met commerciële omroepen is zeer hard (aangaan met identieke programma’s)
  • Ook dit soort zender probeert haar legitimiteit te tonen door hoge kijkcijfers te halen (legitimiteit als ‘zender voor het publiek’)

Technologische drukkingen

Sinds ’70: soaps opgenomen op video.

  • Laat meer flexibiliteit toe
  • Maakt langere uitzendingen mogelijk

Politieke en sociale drukkingen

Soap opera’s: ‘ontspanningsprogramma’s’

  • Zowel publieke als private tv-stations moeten deze bij wet aanbieden (naast educatieve en informatieve uitzendingen)
  • Vermits in vroege avond wordt uitgezonden: verschillende sociale drukkingsgroepen ijveren voor inhoud zonder seks/geweld (want veronderstelde negatieve effecten op jonge kijkers)
    • Soaps veel minder opwindend in vergelijking met andere programma’s
    • Nationale verschillen op vlak van het vertonen van ‘seksuele handelingen’ in soaps
      • Bv: britse soap opera: gekenmerkt door gebrek aan romantiek (p.171)
  • In soaps minder geweld vertonen dan in andere tv-fictie
    • Meestal verbaal geweld
    • Soap-opera geweld is realistischer dan ander televisiegeweld

Drukkingen afkomstig van het publiek

Te bereiken publiek: vrouwen tussen 18 en 49 (door diegenen die soaps creëren en financieren) – consumeren de meeste huishoudproducten

  • Werkelijke soappubliek: omvat een groot segment van deze vrouwen, maar varieert van soap tot soap
    • Sommigen vooral jonge kijkers (-30 jaar)
    • Sommigen vooral oudere kijkers (+ 50 jaar)
    • Dit feit is adverteerders en tv-stations niet ontgaan – aanpassen van de inhoud aan dergerlijke specifieke doelgroepen.
      • Het ‘op-vrouwen-gerichte’ karakter van de meeste soaps komt tot uiting in de typisch ‘vrouwelijke’ thema’s.

Het vrouwelijk publiek is steeds meer aan het afnemen.

  • Kijken of niet: meer bepaald door het feit dat men thuis is of niet, dan door geslacht
  • Naast huisvrouwen, zijn ook werklozen, gepensioneerden en studerende vrouwen en mannen kijkers
    • Meer buitenshuis werken van vrouwen: geleid tot minder vrouwelijk publiek

Algemene daling van het kijkerspubliek:

  • Door video (zelf opnemen)

Kijkcijfers:

  • Zijn directe indicatie voor het succes van een soap bij het publiek.
  • Verschaffen informatie over hoeveel en welke soort mensen gekeken hebben.
  • Circuleren vrij – als evaluatiemiddel gebruikt.
  • Slechte cijfers: kritiek, aanpassingen, zelfs stopzetten
    • Directe vorm van feedback: kijkersbrieven

Het algemene kader waarbinnen de mediaorganisaties opereren: culturele/ ideologische invloeden

Soaps behandelen de morele standaarden van de maatschappij doorgaans op een conventionele manier:

  • Diegenen die normen overtreden worden gfestraft.
  • Soaps verdedigen morele waarden:
    • Voorhuwelijkse/buitenhuwelijkse seks is verkeerd
    • Bigamie is verkeerd
    • Kinderen moet binnen het huwelijk geboren worden
    • Abortus, incest, verkrachting is verkeerd
    • Scheiding moet overwogen worden, niet overhaast
    • Ouders mogen kinderen niet verwaarlozen, kinderen moeten gehoorzamen
    • Alcohol/drug gebruik/verslaving is verkeerd
    • Anderen bedriegen, chantage, moord is verkeerd
    • Soaps zijn vrij conservatief betreft afbeelding van sekserollen
      • Doorheen jaren verschillende veranderingen – maar maatschappelijke evoluties blijven toch altijd achterna hinken.

Tijdsgebonden (en cultuurgebonden) karakter van soaps blijkt uit de inhoudsanalyses.

Sinds ’70:

  • Meer vrouwen die buitenshuis werken
  • Toch familie en inter-personele relaties centraal blijven (als bij eerste radio-soaps)

Verschillen:

  • De werkplaats een setting is geworden (bijna even belangrijk voor persoonlijke interacties dan thuis)
  • Conversatieonderwerpen veranderen
  • Veranderingen op gebied van seksuele relaties en seksuele moraliteit (niet op vlak van sekserollen)

Tijd en cultuurgebondenheid blijkt ook uit kleding

  • Soaps worden doelbewust gebruikt om bepaalde waarden over te brengen en gedragingen te beïnvloeden
Copyright © 2019. All rights reserved.