Menu

Evaluatie Piaget

Sensorimotorische activiteit helpt baby’s om bepaalde vormen van kennis op te bouwen (zoals Piaget dacht)
 Het basisidee blijft overeind

MAAR er is ook veel meer “aangeboren uitrusting” dan Piaget dacht.

Ruimere consensus over 2 dingen:

> Vele cognitieve veranderingen gebeuren geleidelijk en continu (niet plots en onder vorm van stadia)

> De verschillende aspecten van het denken van baby’s ontwikkelen zich niet tegelijkertijd, maar elk op eigen tempo in functie van uitdagingen vanuit omgeving. (= basis voor informatieverwerkingstheorie)

Lees meer...

Basiskennis (‘core knowledge’)

Theorie = kinderen worden geboren met een reeks van aangeboren kennissystemen. Ieder van deze systemen laat toe snel nieuwe, verwante informatie te vatten en leidt tot vroege/snelle ontwikkeling van het denken.

Er zijn meerdere basisdomeinen:

> Taalkundige kennis

  • Zie later LAD

> Psychologische kennis

  • Zie hfst. 6

> Fysische kennis

  • Bv. object-permanentie, de graviteit (dingen zullen vallen als ze niet ondersteund worden)

> Numerieke kennis

  • Kleine aantallen.
  • Bv. Kinderen van 5 maanden zagen hoe een scherm een speelgoedbeestje verstopte. Daarna zagen ze een hand die een tweede speelgoedbeestje achter het scherm plaatsten. Vervolgens werd het scherm weggehaald. Sommige kinderen kregen 2 speelgoedbeestjes te zien (normaal) en andere kindjes kregen maar 1 speelgoedbeestje te zien (niet normaal). Deze laatsten keken langer naar de onverwachte situatie dan de andere kinderen. Deze resultaten illustreren dat kinderen het verschil kunnen zien tussen 1, 2 en 3 objecten. Meer kunnen ze niet onderscheiden.

Wat ook heel belangrijk is, is de ERVARING om deze kennis verder uit te bouwen.

Kritiek:

> Onduidelijkheid:

  • Welke ervaringen zijn in elk van de genoemde domeinen belangrijk?
  • Hoe halen kinderen daar hun voordeel uit?

Voordeel:

> Het heeft de focus van onderzoek over ontwikkeling van het denken scherper gesteld door:

  • Het uitgangspunt van het denken te belichten
  • De stappen die daarop volgen duidelijk in kaart te brengen.

Lees meer...

Evaluatie van het sensorimotorisch stadium

Sommige ontwikkelingen doen zich voor op het moment dat Piaget beschreef:

  • Object-zoeken
  • A-niet-B
  • Verbeeldingsspel

Vele andere ontwikkelingen lijken zich eerder voor te doen dan Piaget dacht:

  • Object-permanentie
  • Uitgestelde imitatie
  • Probleem oplossen via analogie

Sommige auteurs hebben gesuggereerd dat baby’s geboren worden met basiskennis in verschillende domeinen van het denken:

Lees meer...

Problemen oplossen door analogie

Vanaf 7 tot 8 maanden kunnen kinderen intentionele actiesequenties ontwikkelen die ze gebruiken bij het oplossen van eenvoudige problemen. Zoals bv. aan een tafellaken trekken om aan een speelgoed te kunnen dat op een te ver punt ligt. Niet veel later zijn kinderen tot meer in staat dan Piaget beweerde.

Bij 10 – 12 maanden kunnen kinderen problemen oplossen door analogie. Ze gaan de oplossingsstrategie van één bepaalde probleem ook toepassen op een ander relevant probleem.
In een bepaalde studie kregen kinderen 3 gelijkaardige problemen. Elk van hen kon opgelost worden door een barrière te overwinnen (achter het scherm gaan kijken/kruipen) en daar aan het touwtje trekken om zo een speelgoed naar zich toe te trekken. Het enige verschil zat hem in het soort barrière. De ene was doorzichtig de andere niet. Bij het eerste probleem deden de ouders de oplossing voor en moedigden het kind aan om hen na te doen. De kinderen verkregen het speelgoed sneller bij elk bijkomend probleem.

Samenvatting:

Leeftijd

Cognitieve verworvenheid

Geboorte – 1 maand

Secundaire circulaire reacties gebruiken gelimiteerde motorische vaardigheden

1 – 4 maanden

> Bewust zijn van vele eigendommen van objecten inclusief object-permanentie, zwaartekracht, ...

> Uitgestelde imitatie van de gelaatsuitdrukking van een volwassene over een korte periode (1 dag)

4 – 8 maanden

> Verbeterde fysieke kennis en de basis van numerieke kennis

> Uitgestelde imitatie van acties van volwassenen met objecten over een korte periode (1 dag)

8 – 12 maanden

> De mogelijkheid om te zoeken naar een verstopt object in verschillende situaties (verstopt onder een doek, wanneer het van de ene locatie naar een andere wordt verplaatst (juiste A-B search), ...

> Mogelijkheid om sensorimotorische problemen op te lossen door analogie met een vorig probleem

12 – 18 maanden

> Uitgestelde imitatie van de acties van een volwassene met objecten over een langere periode (op zijn minst enkele maanden) en doorheen veranderingen van situaties (van kinderopvang naar huis, van tv naar het alledaagse leven)

> Rationele imitatie en dus de doelen van het model mee in rekening brengen

18 maanden – 2 jaar

Uitgestelde imitatie van acties die volwassenen proberen te bereiken.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen