Veel betekenis van wat gezegd wordt, halen we niet uit de woorden zelf, maar uit de manier waarop datgene wordt gezegd.
Belangrijk bij kwantitatief onderzoek: waar ligt de klemtoon op, waar vallen de stiltes, waar zijn de haperingen,…?
“Para-taal” heeft betrekking op
- vocale kwaliteiten (stem, toon, intonatie,…)
- vocalizations: speciale geluiden waaraan betekenis kan worden toegekend (kreten, gegiechel,…)
- vocal segregations: pauzes en ‘vulmiddelen’ (‘euh’)
- beïnvloeden betekenis van gesproken woorden:
- kunnen emotionele toestand van de spreker beïnvloeden
- kunnen gebruikt worden om persoonlijkheidskenmerken af te leiden (zware stem geassocieerd met autoriteit)
Onze oordelen zijn vaak gebaseerd op de manier van spreken:
- bepaalde accenten: ‘prestige speech’
- afwijken standaardtaal: minder intelligent en geloofwaardig
- regionaal of subcultureel: hogere graden van aantrekkelijkheid
- perfect spreken: afstandelijk en snobistisch
- regionale taal spreken: sympathieker (de ‘gewone’ man of vrouw)
Stiltes:
- niet spreken: aanwezigheid van de persoon ontkennen
- aangeven dat men iets ongepasts heeft gedaan(bv: lachen bij racistische mop)
- teken van respect en ingetogenheid (bv: bij binnenkomen kerk)
- stilte bij in contact komen met iemand van hogere status
- in Westen: spreken belangrijker dan zwijgen