Menu

Leasie van het corpus callosum:

Soms wordt bij epilepsie patiënten het corpus callosum doorgesneden, zodat bij een aanval maar 1 lichaamshelft betrokken is. Bovendien blijken het aantal en de duur van aanvallen dan te verminderen. Wat zijn de verdere gevolgen?

Proefdieren blijken normale sensorische- en bewegingscontrole te houden. Ook leren, geheugen en gedragsmotivatie verandert niet. Responsen worden alleen abnormaal wanneer een stimulus maar aan 1 kant van het lichaam wordt gegeven. Bij mensen is dat ook zo. Hun motoriek is goed wanneer ze beide kanten van het lichaam kunnen gebruiken. Hun coördinatie is soms langzaam en wat stuntelig. Ze kunnen hun handen Stuvia.com - De Marktplaats voor het Kopen en Verkopen van je Studiemateriaal 18 onafhankelijk van elkaar gebruiken (wat andere mensen niet kunnen). Hun intelligentie en motivatie blijft onveranderd. Alleen concentratievermogen wordt minder. Wanneer stimuli maar aan één kant van het lichaam gegeven worden zijn er toch subtiele gedragsveranderingen.

Bij een proef met flash-plaatjes links van hem bleek een split-brain patient alleen met zijn linkerhand (bestuurd door de rechter hemisfeer) de getoonde voorwerpen te kunnen pakken.

Wanneer de plaatjes aan de rechterkant werden vertoond gold het omgekeerde. Bij de meeste mensen zit de spraak in de linker hemisfeer. Wanneer een splitbrain patient plaatjes aan de rechterkant zag kon hij ze gemakkelijk benoemen (want ze werden via, via verstuurd naar de linkerkant).

Omgekeerd lukte het benoemen of beschrijven niet. Hij kon er wel naar wijzen met de linkerhand. Ook kon hij met links zo’n voorwerp pakken.

Lees meer...

Visuele verbindingen naar de hemisferen:

Omdat onze ogen vooruitkijken zien we b.v. de rechterkant van de wereld net zo goed met ons rechter- als met ons linkeroog. Maar informatie vanaf de rechterkant valt op de linkerkant van onze retina’s en omgekeerd. Informatie van de linkerkant van beide retina’s wordt naar de linker hemisfeer gestuurd (dit is dus informatie vanaf de rechterkant) en omgekeerd via het optisch chiasme (een soort kruispunt).

Oren ontvangen informatie van één kant van het hoofd en zenden deze informatie naar beide hersenhelften, zodat het geluid goed gelocaliseerd kan worden. Wanneer de oren verschillende informatie krijgen let een hersenhelft het meest op het tegenovergestelde oor.

Lees meer...

Lateralisatie van functie en het corpus callosum:

De linker hemisfeer van de cerebrale cortex is verbonden met huidreceptoren en spieren hoofdzakelijk aan de rechterkant van het lichaam (contralaterale controle). De rechter hemisfeer is verbonden met receptoren en spieren van de linker helft van het lichaam en ziet maar de helft van de wereld.

Beide hemisferen kunnen de spieren in het gezicht en in de romp besturen. De mate waarin een hemisfeer ook dezelfde helft nog kan besturen (ipsilaterale controle) is verschillend per individu. De beide hersenhelften wisselen informatie uit via een verzameling axonen; het corpus callosum en via de kleinere anterior commissure en hippocampal commissure. De uitwisseling gaat snel.

De functiespecialisatie van de hersenhelften heet lateralisatie.

Lees meer...

Hoofdstuk 14.

1. Het linker- en het rechter hersengedeelte communiceren met elkaar via het corpus callossum. Wanneer dit vernietigd is heeft elke hemisfeer alleen toegang tot informatie van de tegenovergestelde kant van het lichaam en het visuele veld.

2. Bij de meeste mensen is de linker hersenhelft gespecialiseerd in taal en analytische processen. De rechter hersenhelft is gespecialiseerd in bepaalde complexe visuele, ruimtelijke taken en synthetische processen.

3. De taalspecialisatie in menselijke hersenen zijn enorme complexe uitbreidingen van trekken die in andere primaten aanwezig zijn.

4. Afwijkingen in de linker hemisfeer kunnen leiden tot een grote variatie van specifieke taalstoornissen. Je hersens bestaan uit een veelheid van neuronen. Toch ervaar je jezelf als één bewustzijn. Wanneer de verbinding tussen hersengebieden (het corpus callosum) wordt verbroken handelen mensen alsof ze in twee werelden leven. Bij beschadigingen in bepaalde gebieden in de linker hemisfeer verliezen mensen hun taalvermogen, terwijl ze verder onveranderd blijven.

Lees meer...

Samenvatting:

1. Een vervelende ervaring, b.v. een gevecht, of directe stimulatie van het cortomediale gebied van de amygdala kan tijdelijk een verhoogde bereidheid tot aanval teweeg brengen.

2. Er zijn aanwijzingen voor erfelijke invloeden voor agressief en ongediciplineerd gedrag, zowel bij mensen als bij dieren. We kennen de route van de genen nog niet.

3. Testosteron kan de bereidheid tot aanval doen toenemen door cellen in de hypothalamus te stimuleren.

4. Delen van de hypothalamus en de amygdala zijn bijzonder belangrijk voor agressief gedrag. Stimulatie in deze gebieden kan agressief gedrag doen toenemen. Vernietiging kan leiden tot kalmte en verhindert aanvalsgedrag. 5. Een lage serotonine turnover wordt geassocieerd met toename van gewelddadig gedrag, inclusief suïcideneigingen.

6. Onderzoekers gebruiken de startreflex als indicatie voor angst of aangeleerde vrees.

7. De startreflex zelf hangt af van activiteit in de pons. Versnelling van de startreflex door leren hangt af van de amygdala. Stuvia.com - De Marktplaats voor het Kopen en Verkopen van je Studiemateriaal 17

8. Mensen met beschadigingen in de amygdala verliezen angst en vrees. Ze hebben ook moeite deze gevoelens van de gezichten van anderen af te lezen.

9. Tranquilizers doen angst afnemen door de hechting van GABA aan de GABAa , vooral in de amygdala te faciliteren. GABA is een inhiberende neurotransmitter. Hoofdstuk 14. Lateralisatie en taal.

Lees meer...

Angstremmende medicijnen:

CCK is de belangrijkste exitator van neuromodulatoren in de amygdala. Gaba (gamma amino butyric acid = gamma amino boter zuur) is de belangrijkste inhibiterende transmitter.

Tranquilizers kunnen werken doordat ze CCK en andere exiterende neurotransmitters blokkeren of doordat ze GABA-activiteiten bevorderen. De meesten werken aan de GABA-kant, want dat heeft minder bijwerkingen. Vroeger werden er barbituren gebruikt om angst te bestrijden. Ze zijn effectief, maar hebben 2 nadelen: ze zijn verslavend en er is een groot gevaar voor overdosering (met opzet of per ongeluk) vooral in combinatie met alcohol.

Tegenwoordig gebruiken we de benzodiazepinen b.v. diazepam = Valium, chlordiazepoxine = Librium en alprazolam = Xanax. Het neemt de angst weg, ontspant de spieren en vergemakkelijkt het slapen. Ze worden ook wel gebruikt als slaappillen en antiepileptica. De werking is vooral afhankelijk van de manier waarop het medicijn de amygdale- en in lichtere mate ook de hypothalamus bereikt. Afgenomen angstgevoelens leiden vaak tot toegenomen socialisatie.(bij dieren en bij mensen). We zijn niet bang meer voor de reacties van de ander. Hoe werken benzodiazepines: In het centrale zenuwstelsel bevinden zich speciale benzodiazephinebindingsplaatsen.

Deze receptoren zijn onderdeel van de GABAa –receptor. Zo’n complex heeft een plaats waar de neurotransmitter GABA zich kan hechten, maar ook plaatsen waar andere chemicalieën zich kunnen hechten die de gevoeligheid van de GABA-plaatsen wijzigen. Er zijn ook nog andere soorten GABA-receptoren b.v. de GABAb receptoren. Die hebben weer andere effecten op gedrag. Het hart van een GABAa –receptor complex is een chloridekanaal. Wanneer het open is kunnen chloride ionen over het membraan naar het neuron, terwijl ze de cel polarizeren (inhibitie van de synaps). Rondom het chloridekanaal zijn 4 units die elk één of meer GABA-gevoelige plaatsen bezitten. Drie van die vier units bevatten ook een benzodiazepine-bindingsplaats. Wanneer een benzodiazepinemolecuul zich hecht kan het zelf het chloridekanaal niet openen of sluiten, maar het verandert de vorm van de receptor zodat de GABA zich gemakkelijker en steviger kan hechten. Benzodiazepine faciliteert dus de effecten van GABA. Barbituraten en alcohol binden zich ook aan het receptorencomplex, zodat GABA zich gemakkelijker kan binden en angstvermindering optreedt.

Andere voorkomende natuurlijke chemicaliën hechten zich op dezelfde plaatsen als benzodiazepines b.v het proteïne diazepam-binding inhibitor (DBO). Dit verhindert de gedragsbeïnvloedende werking van diazapam en andere benzodiazepines. Men kent dit proteïne onde de naam endozepine, een samenvoeging van endogenous benzodiazepine, hoewel zijn effecten het tegenovergestelde zijn van die van benzodiazepine. Het is dus eigenlijk een endogeen anti-benzodiazepine. We weten nog niet precies wat het met gedrag doet.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen