Daggeld (overnight money)
- Gepubliceerd in Economie
- Reageer als eerste!
=ontleningen voor 1 dag om tussentijdse kastekorten op te vangen
=ontleningen voor 1 dag om tussentijdse kastekorten op te vangen
= maximale bedrag dat de tegenpartij kan opnemen. De grootte van de toegstande kredietlijn die KI’en aan elkaar toestaan hangt af van de kredietwaardigheid van de ontlenende instelling.
= tegoeden die in Rekening Courant (R/C) worden aangehouden bij andere KI’en.
Rekeningen die bank A heeft bij een andere KI’en (staan op de actiefzijde van de balans van bank A)
Rekeningen die andere banken aanhouden bij bank A (staan op passiefzijde van de balans van bank A)
= rekening waarvan de houder of begunstigde de laatste 5jaar geen transactie heeft uitgevoerd en er geen relatie meer is tussen de houder en de bank. Banken worden verplicht een lijst van slapende rekeningen op te stellen. Is het bedrag groter dan 50 euro moet de bank een brief schrijven aan de houder of rechthebbende van de betrokken rekening. Ontvangt de bank binnen 5 jaar geen reactie dan worden de gelden overgemaakt aan de deposito en consignatiekas (overheid)
= bestaat uit een geheel van vorderingen en schulden op ten hoogste 1 jaar die aangehouden worden tussen 2 banken. Op het einde van de dag moeten banken een balans opmaken als dan een bank kampt met een tijdelijk liquititeitstekort dan kunnen zij dit financieren bij the lender of the last resort tegen een plafondrente maar dan kan de bank ook ontlenen bij Belgische of buitenlandse banken die met een liquiditeitsoverschot zitten tegen een goedkoper tarief.
Er zijn ook andere doeleinden zoals de financiering van vaste termijnen ( straight loans ): KI die een straight loan hebben toegestaan kunnen deze financieren op de interbankenmarkt en aldus hun rentespread veilig stellen. (alternatief=repomarkt)
De looptijd van een interbancaire lening wordt vaak aangeduid met een lettercombinatie (O/N, T/N, S/N, S/W)
Opdeling in verschillende segmenten (afhankelijk van looptijd van de vorderingen en schulden):
Ontstaan in 1947 toen regent prins Karel in het na-oorlogse belgië de jongeren een financieel duwtje in de rug wilde geven. Eerst werd dit via ziekenfondsen georganiseerd (want op dat moment enige goed georganiseerde instellingen die grootste gedeelte van de bevolking kon bereiken): jongeren tussen de 14 en 30 jaar konden jrl tussen de 18 en 48 euro storten aan het ziekenfonds. Op hun 30e konden ze dan tussen de 2200 en 2500 euro terugkrijgen en bij huwelijk of samenwonen kregen ze nog eens een extra premie soms.
= gereglementeerde spaarrekeningen voor consumenten die niet toestaan dat hun geld voor eender welk krediet wordt aangewend of bereid zijn een deel van hun interestinkomen af te staan voor een goed doel. Fondsen enkel aangewend in –door de bank bepaalde- maatschappelijk verantwoorde projecten. (vb: krekelsparen(fortis) )