Menu

Item gefilterd op datum: december 2012

MIDDLE COLONIES

NEW YORK

NEW JERSEY

DELAWARE

PENNSYLVANIA

Werd in 1681 geschonken door Charles II aan William Penn, het was dus een eigenaarskolonie.

William Penn was op religieus gebied een quaker, deze streefden religieuze tolerantie na. Ze waren voorstander van een directe relatie met God. Verder waren ze tegen de slavernij en pacifistisch. Verdraagzaamheid trok ook andere kolonisten aan, bv. uit Duitsland.

De hoofdstad werd Philadelphia, het werd een erg belangrijke stad en concurrent van Boston

Lees meer...

MASSACHUSETTS

Het oorspronkelijke Massachusetts was groter dan nu, er was ook een deel dat nu bij Maine hoort.

De kolonie kende een grote groei qua bevolking in de periode 1650- 1700 van 23.000 naar 93.000 inwoners.

Er waren twee grote groepen kolonisten:

1) Pilgrim Fathers die in 1620 aankomen op het schip de Mayflower. Het was een groep die zich had afgescheurd v/d Anglicaanse Kerk en daarom werd vervolgd, hierdoor kwamen ze naar Amerika.

2) De Puriteinen wilden de Anglicaanse Kerk hervormen en werden in Engeland vervolgd. In 1630 gingen ze met 11 schepen naar Amerika waar ze de Massachusetts Bay Colony stichten met Boston als hoofdstad. De leider was John Winthrop (wordt de eerste gouverneur).
Hij heeft op het vlagenschip Arbella een preek gehouden over het doel van de kolonisatie “A Model of Christian Charity”. “ons gezamenlijk belang voor het individueel belang”. Hij had advies gekregen van John Smith (Virginia, waar er problemen zijn geweest in Jamestown) dat de Kerk een overheersende rol moest spelen. Uit deze tekst zal het latere “God Bless America” komen. Ook idee van “City Upon a Hill”, dat Amerika als stad op een berg was; waarmee ze bedoelden dat alle ogen van de wereld naar hen gericht waren.
Het gebied waar de Puriteinen gingen leven was religieus orthodox. Er waren strikte morele codes, dissenten met afwijkend gedrag werden verbannen (naar Rhode Island & Connecticut).

De landbouw bestond uit kleine boerderijen.
Maar in tegenstelling tot andere kolonies is in New Engeland de handel en scheepvaart (& scheepsbouw) erg belangrijk.
Er ontstaat een handelsaristocratie in steden zoals Boston, dat de belangrijkste handelsstad was.
Rijkdom was, in de ogen v/d Puriteinen, een beloning van God voor het harde werken en een teken van uitverkoren te zijn.


De mensen moeten leren lezen en schrijven om de bijbel te kunnen lezen om zo anderen te kunnen veroordelen. In 1647 kwam er een Wet die bepaalde dat elke plaats met meer dan 50 gezinnen een lagere school moest hebben. Harvard College werd in 1637 gesticht.

Lees meer...

GEORGIA

Werd in 1732 gesticht als een eigenaarskolonie, de eerste kolonisten stichtte Savannah.

Maar door de slechte economische situatie wordt de eigenaarskolonie in 1752 echter een kroonkolonie in 1752.

Lees meer...

CAROLINA (NORTH & SOUTH)

Werd in 1663 door koning Charles II aan eigenaar geschonken.

Charleston wordt het economische centrum van Carolina

In 1729 wordt Carolina opgesplitst in N- en Z- Carolina

Er werd rijst en indigo geteeld.

Lees meer...

MARYLAND

Werd in 1634 gesticht en was een eigenaarkolonie, ze werd door de Engelse koning aan Lord Baltimore geschonken. Lord Baltimore wou er een katholieke kolonie van maken. Toch kwamen er veel protestanten en andere religies.

Hierdoor kwam er een verdraagzaamheidwet in 1643: het Verdrag ter Bescherming van de Christenen.

Maryland had een plantage-economie die ook toegespitst was op de tabaksteelt.

Lees meer...

VERSCHILLEN TUSSEN DE BRITSE KOLONIËN

Was de allereerste kolonie van Engeland in Amerika. Ze was op winstbejag, rijkdom en avontuur gericht en niet op religieuze motieven.

De eerste stad is Jamestown (1607). Aanvankelijk was er grote ellende met veel ziektes door het moerasklimaat waardoor veel mensen stierven. Vaak waren de kolonisten geen landbouwers van afkomst en het was dus moeilijk om aan voedsel te geraken. Enkel door sterke discipline, ingevoerd door John Smith (“You have to work or die”), konden enkelen het overleven. De naburige indianen hielpen met maïs te verbouwen. Na 9 maanden waren er nog 34 van de 104 kolonisten in leven.

Er is een verbetering na ± 10 jaar door de overschakeling naar tabak. Dit zal de basis leggen voor de economie van deze staat. Tabak werd imméns populair in Engeland en de productie ervan moest worden verhoogd. Men had nood aan werkkrachten. De Engelsen lieten ter dood veroordeelden, gevangenen, oproerkrakers,… kiezen tussen de strop of Virginia. Men ondertekende met hen een contract als Indentured Servants. Na 4 à 7 jaar gewerkt te hebben kregen ze een stuk grond, werktuigen en kleding. Dit systeem slaagde niet omdat maar liefst 40% van de Indentured Servants stierf voor de afloop van het contract .

Men had dus andere en nieuwe werkkrachten nodig. Zo komt in1619 het eerste slavenschip aan.

In de 17e Eeuw zijn ongeveer 1,7 miljoen slaven aangevoerd, gedurende de 18e Eeuw ongeveer 7 miljoen. De meerderheid van de slaven gingen echter naar Brazilië en de Caraïbische eilanden op de suikerplantages werken. Tussen 1670- 1770 gingen er ongeveer 260.000 slaven naar de huidige V.S.

Virginia was een op slavernij gerichte plantage-economie, voor de rest waren er weinig steden en was het erg agrarisch, het had veel bevaarbare rivieren die de plantages verbonden met de kust, waarna een directe verbinding met Londen wachtte.

Immigratie werd aangemoedigd met vooruitzicht op democratisch bestuur. In 1619 werd het House of Burgesses in Jamestown opgericht, maar het evolueerde al snel naar een plaats waar vooral de grote plantage-eigenaars het voor het zeggen hadden i.p.v de man op de straat.

Lees meer...

OORZAKEN AMERIKAANSE KOLONISTATIE

De 15de en 16de eeuw is de periode van de grote ontdekkingsreizen, deze worden mogelijk gemaakt door allerlei nieuwe technologische ontwikkelingen in Europa, bv. de kompasnaald, nieuwe scheepsbouw- en vaartechnieken, ontwikkeling van de musket.
Verder wakkerde de boekdrukkunst de interesse aan voor andere wereldstreken

Bij kolonisering ,in het algemeen, speelt er altijd een politiek en economisch motief, dit was deze keer zeker niet anders…

Om de machtspositie in Europa te verzekeren hadden de Europese vorsten nood aan geld om hun macht te behouden en/of te vergroten…

Aangezien het Europese vasteland al grotendeels verdeeld was moest men ‘nieuwe’ gebieden veroveren… Eerst hield men zich bezig met Afrika, dan Azië en dan pas Amerika.

Men was vooral op zoek naar goud, zilver, specerijen, zijden,…

Zo ontdekt Columbus, in dienst van Isabella en Ferdinand van Spanje, in 1492 Amerika.

Hij was in westelijke richting op zoek naar een kortere weg om naar Azië te gaan in plaats van rond Afrika te varen.

In 1492 ontdekte Columbus als eerste San Salvador, later ook Cuba.

In totaal is Columbus 3 keer naar Amerika gegaan. Columbus bleef tot zijn dood in 1506 geloven dat hij Azië had bereikt.

Amerigo Vespucci is de eerste die ontdekt dat het om een nieuw gebied ging en zijn naam wordt dan gebruikt om het nieuwe continent aan te duiden…

Verschillende Europese Machten hadden bezittingen in Amerika:

Spanje had Mexico (+ Golf van Mexico), Californië en Florida

Frankrijk had in Canada Quebec en Montreal, en in de VS had het verschillende posten i/h Mississipi-gebied (New-Orleans, Louissana)

Emigratie naar deze gebieden werd door Frankrijk verwaarloosd. In 1758 waren er ± 80.000 Franse inwoners, Engeland had er ca. 1 miljoen. Frankrijk vond de politiek in Europa interessanter.

Nederland werd gestimuleerd door de Verenigde Oost-Indische Compagnie. Hudson bevaarde de (uiteindelijke) Hudson-rivier en stichtte in 1614 Ford Oranje (het later Albany).

New Amsterdam het latere New-York werd in 1624 gesticht. Deze stad had veel te weinig kolonisten (± 5000 inwoners) waardoor het in 1664 door de Engelsen overgenomen werd. Dit gebied noemt men New-Netherland, het was verspreid over 4 staten.

Engeland zat ingebed tussen de Atlantische Oceaan en de Appalachian Mountains.

De Fransen, Nederlanders en Spanjaarden wilden zich er kort vestigen om snel rijk te worden en dan terug te keren. De Engelsen wilden er zich permanent vestigen, vooral in New-England (= Massachusetts, New-Hampshire, Connecticut en Rhode Island )

De monarchen streefden economisch en politiek gewin na, maar voor de particulieren was er de hoop om een nieuw en beter leven uit te bouwen…zo kon men vluchten uit de slecht economische toestand in Engeland, en van de Anglicaanse Kerk

Lees meer...

Typologieën van nationalisme

Hoe nationalisme zich ontwikkelt is sterk afhankelijk van de nationale en internationale condities. Er is een verschil tussen gematigd en extreem nationalisme met een scheidingslijn door de rivier de Elbe. Beide vormen van nationalisme kwam voor, maar in het Westen bleef het gematigd nationalisme dominant en in het Midden en Oosten voornamelijk het extreem nationalisme.

Deze verschillen bestaan dankzij structurele verschillen in economische ontwikkeling en sociale gelaagdheid, staatsvorming en culturele ontwikkeling.

In het Westen ontstond staatsvorming onder de vorm van een natie, de vraag naar nationaliteit was grotendeels opgelost, nationalisme ging samen met liberalisme en ontplooide zich zo verder tot op het einde van de 19de eeuw en 20ste eeuw.

In het Oosten en Midden was nationaliteit eerder problematisch, maar aanvankelijk de zaak van intellectuelen. Ze is gericht op collectieve nationale identiteit en de bepaling en afgrenzing ervan. Vaak wordt dit gesteld in termen van etnie en soms verbonden met religie. Hierdoor is er een sterker karakter van het nationalisme en dit bleef werken gedurende de 20ste eeuw vanwege zwakkere democratieën en vormen van autoritair bewind.

Lees meer...

Veranderingen nationalisme

In de 18de eeuw was nationalisme oppositioneel, radicaal en modern maar met twee visies (civiel en etnisch). Ze was gericht tegen de heerschappij van de dynastieke vorst wiens macht getransponeerd diende te worden naar de natie.

In de 19de eeuw was er een liberale en democratische inslag gericht op politieke en culturele emancipatie van de burgerij. In de late 19de eeuw ontstonden twee vormen. De een verbonden aan imperialisme en conservatisme en de ander aan volk en populisme. Dit werd stilaan rechts revolutionair.

In het interbellum ontstonden vormen van extreem nationalisme met strekkingen als het fascisme en het nazisme. Na 1945 onder invloed van de bevrijding en dekolonisatie ontstond bevrijdingsnationalisme.

Vanaf de jaren 70 ontstaan langzaamaan terug extremere vormen van nationalisme.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen