Item gefilterd op datum: december 2012

Wetenschap is correspondentie aan de hand van referenties.

Grijze literatuur: posters, papers, rapporten. > oplage klein, lastig verkrijgbaar.

Doelgroep: Vakgenoten, collega’s, opdrachtgevers.

Poster; Opgemaakt papier, kort uiteengezet wat voorlopige resultaten zijn, 1 exemplaar.

Papers; Voordrachten die dikwijls ook op schrift zijn vastgelegd. Gemiddeld paar honderd exemplaren. 6-8 pagina’s. Worden vaak voorafgaand aan conferentie gepubliceerd in een special issue van een gewaardeerd tijdschrift.

Na het publiceren van grijze literatuur volgt meestal het schrijven van artikelen voor wetenschappelijke tijdschriften. Bevatten meest recente en robuuste resultaten van het onderzoek. Vergezeld van (statistische) analyses en uitgebreide literatuurverwijzingen of bibliografieën. Over artikelen vindt het meeste correspondentie plaats.

Binnen de wetenscha is een tijdschriftartikel de meer uitgekristalliseerde versie van een paper. Ongeveer 15 pagina’s.

Preprint sites- Adressen op het internet waar de leden van een wetenschappelijk netwerk hun onderzoeksresultaten ter beschikking stellen omdat voor tijdschriften soms een wachtlijst is.

• Proefschrift; proeven van bekwaamheid in het zelfstandig doen van wetenschappelijk onderzoek. Komt tot stand onder supervisie van 1 of mee promotoren en beoordeeld door een commissie. Daarna mag promovendus het verdedigen en volgt de erkenning.
• Reader; samengesteld boek. Boeken en readers komen in het algemeen tot stand op initiatief van uitgevers.
• Handboeken, encyclopedie, naslagwerken en leerboeken zijn de standaardwerken die de grondslagen van een discipline bevatten.

-Feedback.

-Erkenning; wanneer andere onderzoekers de resultaten gebruiken

> zo kan wetenschappers stijgen in lijst van wetenschappelijke hiërarchie

Promovendi: doet onderzoek in opdracht van senior onderzoeker.

Bij het kiezen van het kanaal; de meest geschikte publicatievorm, gaat het om de vraag; waartoe wordt gepubliceerd?

-Leveren van een bijdrage aan de wetenschap

Verschil tussen wetenschappelijke kennis en andere kennis ligt in het doel van wetenschap; dat is begrijpen, beschrijven en verklaren van gebeurtenissen.

Wetenschappen zijn van huist uit behoudend, ingericht als disciplines> dwingen onderzoekers te blijven denken in het klassieke mechanisme van negatieve feedback.

Negatieve feedback; als ontwikkeling afwijkt van gangbare aanpak wordt deze gecorrigeerd.

Positieve feedback; ontwikkeling die afwijkt wordt versterkt. > creatief!
-Verantwoorden van de resultaten
-Verwerven van status

Kennis wordt verspreid, er wordt over gediscussieerd en er wordt weer nieuw onderzoek gedaan. Empirische cyclus is een voorbeeld van dit proces.

-Bij bekendmaken van kennis maak je gebruik van een medium. Dit fungeert als (tijdelijke) drager van informatie. > er zullen bij elk medium beperkingen zijn aan tijd en ruimte.

In een viertal trajecten wordt kennis aan anderen overgebracht;

1- Onderzoekers melden hun bevindingen aan elkaar. = corresponderen.

Resultaten moeten door andere erkend worden. Paradigma functioneert als een stelsel van normen waarmee het wetenschappelijk forum beoordeelt of een bepaalde publicatie als wetenschappelijk kan worden aangemerkt of niet. Dwingt wetenschappers tot het onderling afstemmen van resultaten.

2-Onderzoekers rapporten hun bevindingen aan hun opdrachtgevers.

Overleggen over betekenis resultaten vooral bij nemen van beslissingen.

3-Onderzoekers parafraseren de uitkomsten van hun onderzoek voor beroepsgroepen die er specifiek in de praktijk mee te maken kunnen krijgen.

Dit is de maatschappelijke verantwoordelijkheid om de hulpverleners voor te bereiden op veranderingen.

4-Mediagerichte presentatie; onderzoeksresultaten bekendmaken aan brede publiek.

-> Dit alles wordt gestuurd door academische waarden welke tot uitdrukking komen in de regels en voorschriften die een onderzoeker in acht moet nemen. Bv de methodologische regels en regels over communiceren en distribueren.

Raadplegen literatuur vooral in beginstadia onderzoek om bekend te raken met het vakgebied en veld van het onderzoek. Via internet is een aantal elektronische databanken te raadplegen.

Een meta-zoekmachine zendt een zoekopdracht naar een verzameling zoekmachines, combineert de resultaten en sorteert het naar relevantie.

Abstracts; daarin vind je rubrieksgewijs korte samenvattingen van tijdschrifartikelen, boeken etc.

Indexen; zoek je via een trefwoord.

Meta-analyse; een kwantitatieve procedure om het gemiddeld effect vast te stellen van een hypothese die getoetst is in een groot aantal verschillende studies. Resultaten van een groot aantal experimenten worden dus samengevat. Mbv statistiek.

Data-archieven van eerdere sociaalwetenschappelijke onderzoeken.
Steinmetzarchief; lokaliseert en verzamelt data voor een secundaire analyse.
Alle disciplines worden hierin vertegenwoordigd.

Ambtelijke instellingen die statistische gegevens verzamelen. Zoals landelijk; CBS.

Goed voor beschrijvende en verklarende vragen.

Sociaal en Cultureel Planbureau is ook een overheidsinstantie dat gegevens verzamelt.

Dit gaat om alle producten die bewaard blijven uit enorme stromen informatie en communicatie.

Inhoudanalyse; speciale methoden voor analyse van inhoud van informatie- en communicatieboodschappen. = techniek om uitspraken te doen over de betekenis van de boodschappen op basis van een objectieve en systematische analyse van gespecificeerde kenmerken.

-Verbaal gedrag; kranten en tijdschriften, op geslagen in archieven.

-Ook politieke documenten worden gearchiveerd, net als documenten van sociale, economische en culturele organisaties in de vorm van verslagen, notulen, interne correspondentie en nota’s.

-Lastig om te achterhalen waar bronnen vandaan komen/ om er toegang tot te krijgen.

Belangrijke fase bij inhoudsanalyse vormt de keuze van eenheden en variabelen; wie,wat.

-De onderscheiden gedragingen moeten worden geclassificeerd via een categorieënsysteem.

De verschillende activiteiten zijn geoperationaliseerd tot variabelen in de inhoudsanalyse. Innterobservator-betrouwbaarheid; als je meerdere observatoren hetzelfde laat observeren.

Neerslag van verbaal gedrag heeft als voordeel dat het om niet-uitgelokte gegevens gaat. Indien er sprake is van officiële archivering, kan er door middel van aselecte steekproefprocedures en categorieënsystemen interne validiteit worden gegarandeerd. Bovendien kan het worden gegeneraliseerd en is daarmee de externe validiteit gewaarborgd.

Bij neerslag non-verbaal gedrag gaat het in eerste plaats om registratie. Bv watergebruik wordt geregistreerd. Sporen van non-verbaal gedrag kunnen letterlijk sporen zijn van bijvoorbeeld afval in omgeving. Er zijn methoden ontwikkeld om op basis van sporen kenmerken van gedrag te reconstrueren.

-Probleem: het selectieve karakter. Negatief voor validiteit

Optie 1: Gegevens zijn er al, hoewel ze niet met het oog op het specifieke onderzoek zijn verzameld.

Optie 2: Onderzoeksgegevens al door anderen verzameld en kunnen andere onderzoekers ze gebruiken. Deze vervolganalyse is de secundaire analyse.

Voor een aantal sociale wetenschappers is de reactiviteit van personen aanleiding om slechts vraagstellingen te formuleren die met behulp van niet-uitgelokte gegevens kunnen worden opgelost.

Gebruik van bestaande gegevens komt zowel voor bij verklarende als beschrijvende vraagstellingen. Het bespaart veel geld en biedt de mogelijkheid om te combineren. Ook hoeven ze geen participanten lastig te vallen.

Comparatief onderzoek: wanneer gegevens uit verschillende plaatsen met elkaar worden vergeleken.

Trendonderzoek: Wanneer soortgelijke gegevens van verschillende tijdstippen worden vergeleken.

Vooronderzoek kan nu leiden tot een nauwkeurig afgebakende vraagstelling, scherpere hypothesen en een goede onderzoeksopzet.

Nadeel gebruik maken van bestaande gegevens: doel waarvoor ze verkregen werden is anders. Gebonden aan gekozen eenheden, variabelen en waarden.