Menu

Item gefilterd op datum: december 2012

Nadelen van een gemeenschappelijke munt

Nadelen

  • Het land verliest zijn wisselkoers en
  • Het land verliest zijn eigen monetair beleid om de economie tot een evenwicht te brengen wanneer die zich in een recessie bevindt
  • Er is geen mogelijkheid meer tot devalueren van je munt

Munt devalueren Voor dat er een eurozone was

  • Standpunt buitenland: De producten in eigen land werden voor de handelspartners in het buitenland spotgoedkoop en hierdoor kreeg de export een enorme boost
  • Standpunt eigen land: De producten in andere landen werden heel duur tov eigen producten. Dus men ging minder importeren en meer eigen goederen kopen

=> Goed om uit een recessie te geraken

Conjunctuurcyclus = Als verschillende landen min of meer dezelfde cyclus hebben, is het toegewezen om tot de eurozone te treden. Indien deze cycli wel afwijken is de eurozone niet optimaal voor de leden

Economen = Destijds hebben ze gewaarschuwd voor die asymmetrische schokken van de cycli en gaven hun advies om enkel de kernlanden lid van de unie te maken (As rond Frankrijk en Duitsland)
> Politici hebben dit advies naast zich neergelegd

Lees meer...

Griekenland, een verhaal van corruptie en verspilling

Griekenland = Voorbeeld van een luchtkasteel

Griekse banken = Leenden al hun geld uit aan hun eigen overheid

Rente voor de euro = Schommelde tussen 15%-20%

Criteria van Maastricht omzeilen = Met hulp van creatieve boekhouding en de stilzwijgende goedkeuring van andere lidstaten

Inflatie onder inflatiecriterium brengen = Prijzen bevriezen, taksen verlagen

Prijsindex meten = Dure goederen vervangen door goedkopere goederen

Begrotingsdoelstelling naleven = Allerlei uitgaven uit de boeken te halen

Lid van de eurozone = Er stroomden extra subsidies binnen ter financiering van bijkomende infrastructuurwerken.

Belastingen = De enige die met regelmaar belastingen betalen, waren werknemers in bedrijven
> Slecht 5000 inwoners van de 12 miljoen gaf toe dat ze meer dan 100.000 euro per jaar verdienden en belastingscontroleurs knepen een oogje dicht

Uitgaven = De gemiddelde overheidsbaan betaalde ongeveer driemaal zoveel als een baan in de private sector

Cover-upoperatie = De overheid kon inkomsten van de nationale loterij, tolwegen, subsidies van de Europese Unie omzetten in cash voor consumptie zonder dat dit in de begroting kwam

Premier Papandreou = Opvolger van premier Karamanlis (2009) kwam naar buiten met de problemen van Griekenland
> Ze moesten aankloppen het IMF voor noodfinanciering

Begrotingstekort 2009 = Het werd geschat op 3,7% van het bbp, maar was werkelijk 15% van het bbp
> Griekenland was virtueel bankroet

Lees meer...

Laat ze maar rollen

Leeftijdstructuur van de bevolking = De potentiële beroepsbevolking bereikte in veel landen een piek tussen 2000-2010. Vanaf 2010 gingen de babyboomers massaal op pensioen

Overheidsschuld = De rentesneeuwbal en de pensioenbonus volstonden niet om de schuld te financieren. De schulden werden steeds hoger
> Er was een illusie dat er geen falingsrisico meer bestond

Lees meer...

Irrationele financiële markten en overheidsconsumptie

Voor de totstandkoming van de euro = Er waren grote renteverschillen tussen de landen in Europa. Deze rente weerspiegelt de stabiliteit van de wisselkoers, verschillen in kredietwaardigheid en verschillen in de grootte en de liquiditeit van de markt
Griekenland, Spanje en Italië Hoge rente
Duitsland Lage rente

De convergentie van de rentevoeten = De renteverschillen tussen de landen daalden omdat het wisselkoersrisico verdween
> Dit leidde tot grote problemen

Kapitaalstroom = Er stroomde veel kapitaal van het centrum Europa (Duitsland) naar de perifere Europese landen (Griekenland, Italië, België)
> De stroom van goedkoop geld maakte het erg verleidelijk om veel te gaan uitgeven

Positieve rentesneeuwbal = Er is een daling van de rentevoeten en dus ook een daling van de rente-uitgaven jaar na jaar. Deze werd opgezet in consumptie door de overheid en niet om de overheidsschuld af te bouwen

Lees meer...

De criteria van Maastricht

Verdrag van Maastricht = Dit verdrag werd ondertekend in 1992 en bevatte 5 criteria waaraan een land moest voldoen om toe te mogen treden tot de euro

  1. De inflatie mag niet meer dan 1,5% hoger zijn dan de gemiddelde inflatie van de drie landen met de laagste inflatie
  2. De langetermijnrentevoet mag niet meer dan 2% hoger liggen dan het gemiddelde van de drie best presteren landen betreffende inflatie
  3. Er mag de afgelopen twee jaar geen devaluatie van de wisselkoers geweest zijn
  4. De overheidsschuld mag niet meer dan 60% van het bbp bedragen
  5. Het tekort po de overheidsbegroting mag niet eer dan 3% van het bbp bedragen

Convergentiecriteria van Maastricht = De criteria zorgde ervoor dat de landen economisch voldoende op elkaar leken om het europroject te starten

Griekenland, Italië en België = Er werd een oogje toegeknepen toen deze drie landen toetraden tot de euroclub, want de overheidsschuld was te groot om te kunnen toetreden

Groei- en Stabiliteitspact = Een beleidskader om na de toetreding de begrotingsdiscipline te handhaven. Indien deze niet werden gehandhaafd, volgende er een boete

Probleem = Sterke landen Frankrijk en Duitsland konden de regels ongestraft overtreden en dus konden andere, zwakkere landen dit ook doen

Lees meer...

Dexia

> Frans-Belgische Dexia

Herkapitalisatie in België = Gebeurde deels door de overheid en deels door de andere originele Belgische referentieaandeelhouders:

  • Acro = Financiële poort van het ACV
  • Gemeentelijke Holding = Investeringsvehikel van de lokale overheden
  • Ethias = Bank en verzekeraar

 Deze 3 referentieaandeelhouders waren na het ineenstorten van Dexia zelf waardeloos geworden

Oplossing = Om de kapitaalverhoging bij Dexia te financieren ging men lenen
> Bij wie lenen? Bij Dexia zelf..

Taak overheid

  • Kapitaalinjecties > Aandeelhouders onderschutten
  • Overheidsgaranties
  • Interbancaire garanties verschaffen

Oorzaken herval Dexia in 2011

  • De slechte stukken van FSA, die failliet gingen, bleven bij Dexia
  • In 2008 werd er niet geherstructureerd

Voorzitter Raad van Bestuur = Jean-Luc Dehaene
CEO = Pierre Mariani

Geen oplossing = De problemen werden onder de mat geschoven van de overheidgaranties

Eurocrisis 2011 = De referentieaandeelhouders konden Dexia niet meer helpen
> Opnieuw diep in geldbuidel tasten om Dexia te redden met als gevolg een herstructurering

Genationaliseerd = Dexia Bank België werd een overheidsbank Belfius

Bad bank Dexia = Structureer illiquide door de renteswaps en structureel verlieslatend door de negatieve rentemarge op haar andere activiteiten, waardoor ze in permanente geldnood verkeert

Cruciaal belang = Bad bank Dexia staande houden > Hoe?

  • Kapitaalinjecties
  • Garanties op interbancaire kredieten
  • Nationaliseren

Oplossing voor de bad bank Dexia = Activa verkopen tegen een zo hoog mogelijke waarde om daarmee de schulden te kunnen afbetalen
> Hoe? De restbank herkapitaliseren met een totale verwatering van de bestaande aandeelhouders

Lees meer...

Fortis

> Belgische-Nederlandse Fortis-groep

Moddergevecht = De regering van België kwam niet overeen met die van Nederland om het probleem van Fortis op te lossen

Oplossing = Het Belgische bankgedeelte werk verkocht aan de Franse groep BNP Paribas
> BNP Paribas Fortis

Bad bank Fortis = Deze bank werd opgericht om de toxische activa in onder te brengen
> In handen van

  • BNP Paribas
  • Belgische overheid
  • AGEAS (Juridische erfgenaam van het oude Fortis)

Overheidsgarantie = De regering schreef een garantie om de bad bank te financieren, waarvoor ze in de plaats een premie ontvangt

Nieuwe start = Voormalig Fortis bleef bestaan en behield zijn Belgische en internationale verzekeringsactiviteiten
> Later een onafhankelijke verzekeringsgroep AGEAS

Lees meer...

Hertekening van het Belgische bankenlandschap

Risico’s die Fortis en Dexia hebben genomen

  1. Met erg weinig kapitaal en erg weinig spaarmiddelen hebben ze een enorme beleggingsportefeuille aangekocht
    > Innovatieve en riskante gestructureerde producten
  2. Op het pad van schaduwbankieren hebben ze de banken zelf financiële lettersoeppoducten gemaakt
  3. 3. Internationale uitbreidingen om de grootste te kunnen zijn
    > Fortis nam ABN-AMRO over
    > Dexia nam FSA over en een hele reeks andere buitenlandse filialen

Deze investeringen werden gefinancierd door andere banken
Fortis 120 miljard schulden
Dexia 260 miljard schulden

FSA = Een monoliner die zich vooral bezighield met het verzekeren van ingewikkelde gestructureerde producten

Risico’s van KBC

  1. Erg gewaagd op het vlak van effectisering
  2. Overnamen in probleemlanden (Ierland en Hongarije)

Lees meer...

Zachte heelmeesters maken stinkende wonden

Probleem = De steun die de overheid bood voor de banken kon enkel slagen op voorwaarde van een grondige herstructurering van de ontvangende bank en transparantie over de financiële gezondheid van de bank

Stresstest = De transparantie over de gezondheid van de banken herstellen
> Uitgevoerd door nationale regulatoren (Te vertrouwen??)

Schuldeisers = Deze moesten betrokken worden in de herstructurering, zodat ze ook een deel van het risico dragen. Ze hadden jarenlang voordeel door de hoge rente

Debt-equity swap = De schuldeiser-obligatiehouders van de banken converteren in moeilijkheden hun schuld in aandelen

Oplossing= De bestaande aandeelhouders zien hun aandeel verwateren, wat ook zo hoort. Door deze operatie wordt de bank

  • Solvabeler = Schuld daal en het aandeelkapitaal stijgt
  • Meer liquide = De schuld moet niet terugbetaald worden waardoor er meer cash is
  • Winstgevender = Er drukt na de conversie een lagere interestlast op de resultaten

 Dergelijke operaties (=debt-equity swap) werden nergens toegepast tijdens de crisis

Bail-in = In tijden van crisis moet de regulator standaard debt-equity swaps laten opleggen

Coco’s = Speciale obligaties die automatisch worden geconverteerd in aandeelkapitaal, indien de bank in de problemen komt doordat het kapitaal onder een bepaalde grens daalt
> Contingent convertibles

Lees meer...

De heilige zes

Zes types reddingssloepen die de overheid gebruikte op de bankensector te redden

  1. Liquiditeitsinjecties van centrale banken om de interbancaire markt weer aan de praat te krijgen > Banken aanzetten om opnieuw geld uit te lenen aan elkaar aan een lage rente hierbij herstellen ze ook de kapitaalbuffers
  2. Staatgaranties op interbancaire leningen = De overheid verzekert de leningen die werden uitgegeven van een ene bank aan een andere bank en krijgt er in de plaats een verzekeringspremie voor
  3. Depositoverzekering = Spaargeld van de kleine spaarders verzekeren om paniekreacties te voorkomen
    Probleem: Het hangt af van een belofte, niet van een zekerheid
  4. Achtergestelde leningen = Werden boekhoudkundig als kapitaal gebruikt. Op die leningen rust een vrij hoge interestverplichting (ING en KBC)
    Rechtstreekse participatie = De overheid werd aandeelhouder van de bank met overeenkomstige stemrecht en dividendecht (Fortis)
    Nationalisatie = De bank wordt bezit van de overheid (Dexia)
  5. Bad banks = Banken terug gezond maken door de toxische effecten uit de bank te halen en onder te brengen in de aparte ‘bad) bank die wordt gefinancierd met overheidsgaranties
    > Deze bestaat foot Fortis en Dexia
  6. Onderstutting van activaprijzen = Het probleem bij de bron aanpakken en de prijzen van de toxische activa te garanderen of te verhogen
    > Aankoopprogramma’s voor toxische activa (ABS)

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen