Menu

Dominante strategieën

De dominante strategie hier is voor allebei bekennen.

= Nash evenwicht

Hierbij wenst geen enkele speler zijn strategie te wijzigen, ongeacht de strategie van de andere speler.

Nash evenwicht is hier niet het optimale resultaat.

Om het optimaal resultaat te bereiken zijn er bindende afspraken nodig zoals bij de maffia.

Er kunnen ook 2 Nash evenwichten zijn, welk dan gekozen wordt hangt af van de machtspositie.

Andere vbn zie cursus

Lees meer...

Spelers, strategieën en resultatenmatrix

De beslissingnemers = de spelers

De mogelijke acties van de spelers= zuivere strategieën

Speltheorie veronderstelt dat iedere speler door eigen belang wordt gedreven en voor zichzelf de best mogelijke uitkomst in het spel nastreeft.

De spelers worden dus verondersteld individualistisch te zijn.

Er is ook een rationaliteitsveronderstelling: de spelers verstaan de spelregels.

De uitkomsten worden weergegeven in een resultatenmatrix.

Het winstniveau hangt voor iedere speler niet alleen af van de eigen strategie, maar ook van de strategieën van de rivalen.

Vb.

Speler 2

bekennen

Ontkennen

Speler 1

Bekennen

8j,8j

1j,10j

Ontkennen

10j,1j

2j,2j

2 individuen hebben een roofoverval gepleegd, daarbij werd geschoten en zijn gewonden gevallen. Ze werden allebei gearresteerd, maar de politie heeft geen sluitende bewijzen. De politie kan alleen bewijzen dat de gebruikte wapens hun eigendom waren.

Ze worden apart gevangen gehouden en apart ondervraagd. Indien ze beide ontkennen krijgen ze allebei 2 jaar voor verboden wapenbezit.

Lees meer...

Oligopolie: een typologie

Oligopolie:

- Beperkt aantal aanbieders

- Iedere aanbieder heeft genoeg marktmacht om geen prijsnemer te zijn.

ð Hij kan dus meer verkopen als hij zijn prijs verlaagt.

- De vraag is niet gekend want men moet rekening houden met de reacties van de concurrenten op zijn actie.

Er zijn 2 mogelijke soorten oligopolies:

- Competitief oligopolie: de verschillende aanbieders maken onderling geen afspraken en staan in directe concurrentie met elkaar. Elke producent gaat zijn eigen winst maximaliseren.

- Coöperatief oligopolie: de verschillende aanbieders maken onderling afspraken omtrent de prijs en of de productiehoeveelheid. Ze treden daarom op als monopolist. Ze willen maximalisatie van de totale winst.

het marktresultaat bij een kartel is identiek als bij monopolie.

Nadelen:

  • Kartelvorming is onwettig
  • Stabiliteit van het kartel is problematisch (iedereen wil zijn eigen winst maximaliseren ten koste van anderen)
  • Kartel leidt tot een kleinere productie en een te hoge prijs.
  • Kartel is goed voor de producent maar slecht voor de consument.

Vb zie boek p 254 ev!!!

Lees meer...

Prijsdiscriminatie van de 1e graad

Voor elke eenheid van het verkochte goed wordt een verschillende prijs gevraagd = reservatieprijs.

Reservatieprijs: de maximumprijs die een koper bereid is te betalen om een bepaald goed te verwerven.

Indien een monopolist erin zou slagen om aan elke koper de reservatieprijs aan te rekenen zou zijn winst stijgen.

In praktijk kan dit niet want niemand gaat een eerlijk antwoord geven op hoeveel men maximum wil betalen.

Zie figuur p 244!

Lees meer...

Prijsdiscriminatie

De monopolist kan gebruik maken van prijsdiscriminatie of prijsdifferentiatie: de monopolist rekent dan verschillende prijzen aan voor verschillende eenheden. Verschillende klanten betalen dan verschillende prijzen.

Lees meer...

Technologische belemmeringen

  • Schaalvoordelen en natuurlijke monopolies:

- Schaalvoordelen vormen een natuurlijke drempel die ondernemingen uit de markt houden. Als de gemiddelde kostencurve op LT een negatief verloop kent over een groot domein van de mogelijke outputs, hebben grotere ondernemingen beduidend lagere gemiddelde kosten dan kleinere ondernemingen. Het aantal ondernemingen dat in een markt actief is, wordt bepaald door toetreding en uittreding op basis van winstperspectieven. De prijs wordt dan gelijk aan het minimum van de gemiddelde kosten.

- Natuurlijk monopolie: het minimum van de gemiddelde kosten valt samen met de marktvraag. De markt leent zich er van nature toe om de vorm van een monopolie aan te nemen. Er is maar plaats voor 1 onderneming, anders is er overproductie.

  • Absoluut kostenvoordeel: hier zijn de kosten van de concurrent altijd hoger. De redenen hiervoor kunnen zijn: uitzonderlijk goed personeel, uitzonderlijk goede locatie,…
  • Exclusief gebruiksrecht van productiefactoren: als een onderneming de exclusieve eigenaar is van een schaarse grondstof, ligt een monopolie voor de hand.
  • Technologische kennis: het gaat vaak om unieke, niet imiteerbare kennis, die ervoor zorgt dat een productieproces geheim is. Vb Coca cola

in veel gevallen is de kennis van het productieprocédé wel imiteerbaar maar wordt de namaak van het product van rechtswege verboden.

Lees meer...

Wettelijke belemmeringen

  • De overheid schrijft een wet dat er in België maar 1 bedrijf mag zijn dat postservice mag aanbieden.
  • Toekenning van octrooien en patenten

Als je een patent hebt ben jij de enige die x aantal jaar een product mag verkopen

  • Vestigingswetten

Een wet zegt dat er in een dorp met x aantal inwoners maar 1 apotheek mag zijn.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen