Transitie
- Gepubliceerd in Geschiedenis
- Reageer als eerste!
politieke verandering
politieke verandering
Sneeuwbal effect > als de een gaat gaat de ander ook.
Backwash effects = negatief
Spreadeffect = positief.
Minder mensen gevolgen:
- afname van de markt
- minder personeel
- minder werk
- verhuizen
Centrum
- economische activiteit
- infrastructuur
- veel personeel
- geschoold
- lokale markt
Zorgde voor sterke toename wereldhandel.
( = Europese kolonisatie)
Een VOC schip komt aan op een bepaald punt en wil van af daar alleen handel drijven. Het gaat om argarische producten als kruiden, koffie enz.
- ging om geld-goederen
- voc specerijen
Ontstaan van het centrum (Eu) – periferie (kolonies) tegenstelling.
Europa > Nl, Sp, Por, Fr, Vk, (niet Be, Du, It, bestonden niet > keizer. Later wel)
beïnvloeding van culturen
Europeaniseringproces:
- 1945 VS komt er bij
- 1960 Azië
- 2000 China
Zelfvoorzienend: voordeel = onafhankelijkheid.
Europese cultuur opgedrongen aan de inwoners
Vb. Europeanisering proces: normen en waarden, onderwijs, taal, kleding, eetgewoonten, democratie.
expansie proces met technieken en ideeën vanuit europa. (proces georganiseerd vanuit Europa)
Begin europeanisering proces 1500-2011
Ontstond na verovering gebieden. Die gebieden overstappen op Eu cultuur zie je aan:
- taal
- geloof (katholiek)
dichter bij elkaar” door internet. Samenhangend geheel, verandering hier of daar beïnvloedt alle andere gebieden
Eenheid in de wereld > wereld wordt 1 geheel > ontwikkeling v.a. 1500 vanuit Eu > voor 1500 weinig contacten tussen gebieden > zelfvoorzienend
· De industriële revolutie die in de westerse wereld de basis legde voor een industriële samenleving
· De opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen: liberalisme, nationalisme en socialisme,
confessionalisme en feminisme
· Voortschrijdende democratisering, met deelname van steeds meer mannen en vrouwen aan het
politieke proces
· De opkomst van emancipatiebewegingen
· Discussies over de sociale kwestie
· De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie
· Rationeel optimisme en verlicht denken dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving:
godsdienst, economie en sociale verhoudingen
· Voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse verlichte
wijze vorm te geven (verlicht absolutisme)
· De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten,
grondrechten en staatsburgerschap
· Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee
verbonden trans-Atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme
· Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie
· De bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel opzicht van de
Nederlandse Republiek
· Het streven van vorsten naar absolute macht
· De wetenschappelijke revolutie
· Het veranderende mens- en wereldbeeld van de renaissance en het begin van een nieuwe
wetenschappelijke belangstelling &De hernieuwde oriëntatie op het erfgoed van de klassieke oudheid
· Het begin van de overzeese expansie
· De protestantse reformatie die splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had
· Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van de Nederlandse staat