Menu

Sofian Bouazzaoui

Sofian Bouazzaoui

Ingrijpen in de vruchtbaarheid

Er zijn verschillende methoden om een zwangerschap te voorkomen en af te breken. Er zijn voorbehoedsmiddelen, men kan zich laten steriliseren. Hierbij worden operatief de eileiders/zaadleiders verwijdert. 1 op de 6 paren in Nederland is onvruchtbaar. Door uitstellen van het krijgen van kinderen, de voedingstoestand, roken en alcohol, temperatuurstijging bij de geslachtsdelen worden de kansen op nakomelingen minder. Als een paar onvruchtbaar is maar toch kinderen wil krijgen kunnen ze kiezen voor reageerbuisbevruchting. De bevruchting vindt plaats in een schaaltje en na enkele delingen brengt de arts een klompje cellen via de vagina in de baarmoeder. Bij ICSI brengt een arts onder een microscoop met een glazen naald één zaadcel in een eicel. De rest van de behandeling is gelijk aan die bij IVF.

Morning-afterpil: Een kuur van een paar dagen om te voorkomen dat je na het onveilig
vrijen niet zwanger wordt. Moet binnen 48 uur na het vrijen
ingenomen worden.

Morning-afterspiraaltje: Een spiraaltje dat innesteling voorkomt na het onveilig vrijen. Moet
binnen 5 dagen worden geplaatst.

Abortus: Het proces waarbij de baby wordt weggehaald en de zwangerschap
wordt afgebroken.

Onvruchtbaar: Het niet kunnen krijgen van kinderen.

IVF: In verto (glas) fertilisatie (bevruchting), reageerbuisbevruchting.

ICSI: Intra cytoplasmatische spermacel injectie.

Lees meer...

Een oproep aan de organen

Door een verhoogde afgifte van geslachtshormonen aan het begin van de pubertijd krijg je last van o.a. puistjes, stemmingswisselingen, menstruatie. Bij een meisje gaan elke cyclus onder invloed van FSH enkele onrijpe follikels rijpen. Tijdens deze rijping maken de follikels oestrogenen. Deze hormonen remmen de FSH-productie en stimuleren en LH-productie door de hypofyse. De toename van LH veroorzaakt de ovulatie en de voltooiing van de meiose. De eicel barst uit de follikel en komt vrij uit het ovarium. De achterblijvende lege follikel neemt veel vetachtige stoffen op, krijgt hierdoor een gele kleur (het geel lichaam) en gaat het geslachtshormoon progesteron vormen. Dit zorgt ervoor dat een nieuwe menstruatie achterwege blijft.

Bij de zwangerschap maakt de trofoblast het hormoon HCG. Dit hormoon houdt het geel lichaam in stand. Na ongeveer 9 maanden is de foetus volgroeid. De foetus zorgt voor de aanmaak van prostaglandinen door de placenta. Deze hormonen veroorzaken samentrekkingen van de baarmoederwand. Onder invloed van de druk van de baby op de baarmoeder maakt de moeder oxytocine. Dit hormoon stimuleert de samentrekking van de spieren van de baarmoederwand. De geboorte komt op gang. Doordat de hypofyse van de moeder ook het hormoon prolactine vormt, komt de melkvorming op gang.

Geslachtshormoon: Hormonen die voor veranderingen in de pubertijd zorgen.
Pubertijd: De tijd waarin je verandert door een verhoogde afgifte van
geslachtshormonen.
Menstruatie: Maandelijkse afstoting van het baarmoederslijmvlies o.i.v.
schommelingen in concentraties vrouwelijke geslachtshormonen.
Zwangerschap: 9 maanden waarin er een baby groeit in de baarmoeder.
Geboorte: Het proces na 9 maanden waarin de baby ter aarde wordt gebracht.

Lees meer...

Zaadcel/eicel

Geslachtscellen van de mens zijn haploïd. Door bevruchting ontstaat er een diploïd. Voor een chromosoompaar geldt dat er altijd één chromosoom van de moeder is en één van de vader en dat ze dezelfde erfelijke informatie bevatten. Bij vrouwen begint de meiose al in het foetale stadium. Onder invloed van hormonen voltooit tijdens elke menstruatiecyclus meestal één follikel de meiose. Pas als er bevruchting optreedt, wordt meiose II afgemaakt. Dan zijn er uiteindelijk drie poollichaampjes en één eicel gevormd. In de eierstok (ovarium) zijn eicellen omgeven door follikencellen. Eicellen ontstaan uit oöcyten. Bij de geboorte van een meisje zijn zo’n 400 000 follikels aanwezig waarvan er maar zo’n 400 tot rijping komen. Als er 2 eicellen tegelijk uit follikel komen ontstaat er een twee-eiige tweeling. Dit kan ook ontstaan door een gelijktijdige rijping van twee follikels. Meiose begint bij mannen in de pubertijd in de testes. De wanden van zaadbuisjes bestaan uit oerkiemcellen en deze delen steeds mitotisch. Elke deling levert een spermaocyt plus kiemcel op. Na meiose 1 en 2 blijven de 4 haploide cellen even met elkaar verbonden (cytoplasma bruggen). Vervolgens differentiëren cellen zich tot zaadcellen. Bij de differentiatie stoten cellen bepaalde delen af en krijgen ze een staart. De vorming van een zaadcel duurt ong. 24 dagen.

Geslachtscellen: Gameten, een eindproduct van de meiose.
Haploïd: Set van 23 chromosomen.
Diploïd: Set van 2 x 23 chromosomen.
Meiose: Bij meiose 1 gaan de chromosomen van een paar uit elkaar en bij
meiose 2 gaan de chromatiden van elk chromosoom uit elkaar.
Bijbal: Onderdeel van de zaadbal waar de rijpe zaadcellen worden opgeslagen.

Lees meer...

Het begin is er

Bij de bevruchting dringen een aantal zaadcellen zich door de follikelcellen. De zaadcellen hechten zich aan receptoren van de eischil vast en geven enzymen af die de schil afbreken. De membramen versmelten en de zaadcel dringt binnen in het grondplasma van de eicel. Na ong. 30 uur vindt de eerste deling plaats en ong. 3 dagen later zijn er 16 cellen. Dit zijn klievingsdelingen. Als ze na ong. 5 dagen zijn aangekomen bij de baarmoeder zijn er ong. 100 cellen. Hierna nestellen ze zich in het baarmoederslijmvlies en is er een rangschikking ondergaan. De buitenste laag cellen, de trofoblast vormt vlokken die in het baarmoederslijmvlies groeien. Deze vlokken vormen het embryonale deel van de placenta. Het baarmoederslijmvlies vormt het moederlijk deel. Binnen de trofoblast ligt een laagje cellen dat het uiteindelijke embryo vormt, de zogenaamde kiemschijf. In de kiemschijf ontstaan twee holten gevuld met vocht: de amnionholte en de dooierholte. De amnionholte neemt sterk in omvang toe en de dooierholte verdwijnt. De wand van de amnionholte vormt samen met de trofoblast de vruchtvliezen. Na 8 weken zijn alle organen in aanleg aanwezig en spreken we van een foetus. De foetus is via een navelstreng verbonden met de placenta. Door de navelstreng lopen twee slagaders ( o.a. voor vervoer koolstofdioxide en een ader (o.a.voor vervoer zuurstof).

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen