Menu

Sofian Bouazzaoui

Sofian Bouazzaoui

Oorzaken van vooroordelen

1) Ongelijkheid en sociale afstand: als SA groot is dan schrikken we terug van ander, het leidt tot minachting. We wantrouwen ze

2) Economische competitie: als er niet genoeg is voor iedereen gaat men anderen benijden. Zo ontstaan vooroordelen tussen profiteurs en mensen die wel werken

vb. blanke Amerikanen die net iets meer verdienen als zwarte Amerikanen vrezen dat zwarten hun jobs gaan afpakken.

Bestaan dus bij mensen in bevoorrechte posities tegen mensen in minderheidsposities MAAR ook tussen verschillende minderheidsgroepen(immigranten uit verschillende landen)

vb. in Bronx: er kwamen duizenden immigranten uit Puerto Rico aan vlak na WOII, ontstaan van conflict tussen de zwarten die er al woonden. Vooroordelen bij beide groepen.

3) Zondebok aanwijzen: een onschuldige persoon of groep de schuld geven van je eigen problemen. Werkt best als deze persoon/groep makkelijk herkenbaar is.(vb bij inbraak zeggen dat dit Oost-Europeanen waren)

4) Conformisme aan sociale normen: men heeft onbewust de neiging om de situatie te willen houden zoals die is(betekent vaak dat men de vooroordelen in stand houdt)

vb. bepaalde beroepen zijn typisch mannelijk zoals garagist, mensen vertrouwen het niet als ze plots vrouwelijke garagist zien. Ook zo bij bv mannelijke vroedvrouwen.

5) Stereotypering in de media: media houdt bepaalde foute normen in stand, we denken ten onrechte dat iets de norm is maar dit is vaak niet. Vb. nieuwslezers zijn altijd mensen tussen

25 en 45, dit schept gevoel dat alleen deze mensen dit kunnen.

Op TV werden vroeger Afrikanen afgebeeld als trage, domme mensen  klopt natuurlijk niet

6) Dehumanisering: men gaat bepaalde mensen of groepen als minder dan menselijk beschouwen.

vb. bij experiment met de schokken, tegen ene groep zei men dat groep lui was en dat het beesten waren. Andere groep zei men dat ze wel leuk waren. De luie groep kreeg zwaardere schokken dan de ‘leukere’ groep.

vb. Genocide in Rwanda: Hutu’s zeiden dat Tutsi’s slechte mensen waren, vijanden, kakkerlakken -> men vermoordde er plots miljoenen

! men kan het proces omkeren in de beginfase

Lees meer...

Vooroordeel en discriminatie

Def. Vooroordeel: een negatieve attitude tegenover een individu die uitsluitend gebaseerd is op diens lidmaatschap van een bepaalde groep

Groep kan echt bestaan(vb groep studenten TEW) maar ook alleen in het hoofd van iemand(vb nerds)

Bestaat uit drie componenten: cognitieve, emotionele en gedragsmatige -> meestal negatief

Er is groot verschil met discriminatie(=een negatieve actie die wordt ondernomen tgo een individu als gevolg van diens lidmaatschap van een bepaalde groep.

Drie belangrijke termen:

- In-group: de groep waarmee een individu zich conformeert

- Out-group: iedereen buiten de eigen identificatiegroep

- Sociale afstand: het gepercipieerde verschil of gelijkenis tss zichzelf en een andere persoon

Ingroepfavoritisme: neiging van leden van de groep om eigen leden van de groep superieur te beschouwen.

Onderzoek hiernaar: Er was een man aangevallen door groep jongeren. In 1 geval gaf men het slachtoffer de naam Aziz en in ander geval noemde men het slachtoffer Sander(namen omwisselen bij grafiek). Men vroeg aan krantenlezers om mate van zinloosheid te geven van het geweld. Als het Sander is dan vindt men het veel erger dan als de man Aziz noemde.

Lees meer...

Universele dimensies van sociale cognitie

Elementaire sociale perceptie -> anders als vriend/vijand beschouwen

Warmte en competentie -> 2 universele dimensies van menselijke sociale cognitie

We maken onderscheid tussen mensen die we aardig vinden(warmte/betrouwbaarheid) en respecteren (competentie /efficiënte)

Warmte: vriendelijkheid, behulpzaamheid, oprechtheid, betrouwbaarheid en moraal

Competentie: kundigheid, intelligentie, vaardigheden, creativiteit en effectiviteit

Hiermee kunnen we mensen inschatten:

I. Hoge warmte, lage competentie
Mensen voelen medelijden, gaan hen actief proberen te helpen(ouderen, invaliden)

II. Hoge warme en hoge competentie
Vinden we aardig, bewonderen we, willen we mee omgaan(mensen met wie we ons identificeren, willen omgaan: filmsterren, sporthelden)

III. Lage warmte en lage competentie
Voelen minachting, willen we mijden, negeren, r(minderheidsgroepen, uitkeringstrekkers)

IV. Lage warmte en hoge competentie
Beschouwen we als bevoorrecht maar ook onaardig, we zijn er jaloers op(politici, advocaten, buitengewoon rijken

Lees meer...

Vertekend denken over jezelf

Als we denken over onszelf -> 2 andere criteria:

- Als we succes boeken wijten we dit aan interne factoren (ik ben erg goed in meerkeuzevragen)

- Als we falen -> externe factoren (docent stelde lastige vragen)

Deze neiging -> self-serving bias(=vertekend denken over jezelf: een attributiepatroon waarin je in geval van succes de nadruk legt op je eigen (dispositioneel) aandeel, maar in geval van mislukking enkel de situationele verklaringen(het L ambiksyndroom) ziet)

Reden: we willen geen gezichtsverlies lijden

Komt ook vooral voor in individualistische culturen

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen