Menu

Involvement

Een van de meest belangrijke aspecten voor het denken. Twee soorten:

Enduring involvement. Het continue (wel of niet) betrokken zijn bij een specifiek onderwerp. Als je van skieën houdt, zul je continu je ‘oren openhouden’ voor skigerelateerde informatie. Als je niet van skieën houdt, zul je continu er niet voor openstaan en is je endurig involvement op een laag level.

Situational involvement Involvement tijdens situationele/specifieke voorwaarden. Als deze voorwaarden weg zijn, verdwijnt de betrokkenheid weer. Bijv. je koffer gaat kapot, dan houd je je ogen open voor koffer aanbiedingen. Als je het gekocht hebt verdwijnt je betrokkenheid weer.

Lees meer...

Zanna and Rempel’s model

Laat zien dat attitudes gebaseerd zijn op:
1. Cognition (beliefs)
2. Affect (feelings, moods, emotions)
3. Behavior. Bijv. je hebt een ijsje verdiend, omdat je een moeilijke taak hebt volbracht.

Attitude kan andersom ook deze ‘bases of attitudes’ (bovenstaande waardes) beïnvloeden. Er is een wederkerig verband (reprocical relationship)

Lees meer...

Evaluative judgement: attitudes and their properties

Attitudes zijn evaluatieve oordelen of rating van hoe goed of slecht een persoon, plek, ding of issue is. Evaluative judgements hebben twee componenten. Richting (positief, neturaal, negatief) en extremiteit (zwak, normaal, sterk).

Hoe positieve attitude te krijgen? Als een consument vindt dat een product veel attributen heeft die met hun ‘needs’ overenkomen.

Evaluative-cognitive consistency: sterke attitudes zijn makkelijk uit het geheugen te halen, zwakke attitudes moeilijk.

Lees meer...

Beliefs (nonevaluative judgements)

Nonevaluative judgements zijn het gevoel van een consument dat tussen een merk en een attribuut of benefit een relatie is. Bijv. Starbucks koffie is sterk (er zit geen oordeel in, want er wordt niet aangegeven of sterk goed of slecht is).

Likelihood judgements: Omdat consumenten vaak incomplete en imperfecte informatie hebben over merken en producten schatten ze de ‘likelihood’ (waarschijnlijkheid) van een product in dat het een attribuut heeft.

Soorten attributen:

  • Search attributen: waar je op kunt vergelijken zonder het te kopen (kleur, prijs, etc.)
  • Experience attributen: kun je alleen beoordelen door het product te gebruiken (bijv. geur)
  • Credence attributen: kun je alleen na uitgebreid gebruik beoordelen. Bijv. veiligheid, duurzaamheid, etc.

Soorten

  • Descriptive beliefs—based on direct experience.
  • Informational beliefs—based on indirect experience.
  • Inferential beliefs—go beyond the information given. Het aannemen van informatie die niet gegeven is. Bijv. een auto is duurzaam en stevig, dan zal hij ook wel veilig zijn (consumenten nemen dus aan dat er een correlatie is tussen duurzaamheid en veiligheid)
  • Halo effect: als een belangrijk attribuut aanwezig is, zal de rest ook wel goed zijn
  • Devil effect: als een belangrijk attribuut niet aanwezig is, zal de rest ook slecht zijn.
Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen