Maatschappelijke en intellectuele situering
- Gepubliceerd in Sociologie
- Lees 821 keer
a) maatschappelijke achtergrond
In Frankrijk was er in die tijd een sterke breuk tussen links en rechts -> veel spanningen, zoals de oorlog van 1870. De Franse Revolutie werd gevolgd door het absolutisme onder Napoleon, het streven naar Restauratie, twee nieuwe revoluties, Parijse Commune (arbeiders wilden zelfbestuur), Frankrijk weer terug naar een republiek, economische crisissen, en schandalen zoals het Panamaschandaal (corruptie bij aanleg bij Panamakanaal. Had internationaal financiële gevolgen).
Conflicten die hij van dichtbij beleefde en ervoor zorgde dat men twijfelde of de Franse Revolutie wel goed was geweest:
1. De schoolstrijd. Aanhangers van de republiek wilden dat de kerk niet langer een rol speelde in de organisatie van het onderwijs -> kerk verloor.
2. Dreyfus- affaire. Een franse officier van joodse afkomst werd valselijk beschuldigd van landverraad. Hij werd veroordeelt maar in hoger beroep vrijgesproken want het bewijsmateriaal leek vervalst. Frankrijk wilde zijn fouten in de schoenen van 1 pers schuiven. Frankrijk raakte hierdoor verdeeld.
Durkheim dacht dat de maatschappij slecht haar samenhang en duurzaamheid zou herkrijgen wanneer zij een sterke collectieve dwang op de individuen zou uitoefenen. Samenhang kon verkregen worden door:
1. De organisatie, met name arbeidsspecialisatie
2. Door een consensus over waarden en solidariteit
3. Door dit alles te onderbouwen met collectieve rituelen.
Durkheim is de socioloog van het crisisbesef -> er moest een nieuwe consensus komen; sociologie als moraalwetenschappen.