Functies van het zelf
- Gepubliceerd in Sociologie
- Lees 851 keer
1) Organisatorische functie van het “zelf”
Gebruik van zelfschema’s: mentale structuren die we gebruiken om onze kennis over onszelf te organiseren en die invloed hebben op wat we opmerken, waarover we nadenken en wat we ons over onszelf herinneren
Self-reference effect: de neiging om informatie beter te onthouden als die iets met jezelf te maken heeft.
2) Uitvoerende functie
= het reguleren van gedrag, keuzes maken en dingen plannen voor de toekomst, zelfcontrole. Bewust regelen van je eigen gedrag, het onbewust in de hand houden, bewust plannen maken en onbewust plannen maken.
Zelfcontrole:
Bronmodel van zelfcontrole: self-regulatory resource model (Baumeister)
Sommige taken vereisen veel energie, veel zelfcontrole energie in het vat daalt . het gevolg hiervan is dat in de volgende fase te weinig energie aanwezig is om ons in de hand te houden. Bv diëten
- Mensen beschikken over gelimiteerde hoeveelheid zelfcontrole. Wanneer mensen die zelfcontrole gebruiken voor een bepaald taak, dan is er geen zelfcontrole meer over voor een volgende taak
- Bijvoorbeeld: meer impulsaankopen bij slecht weer (mensen hebben meer zelfcontrole nodig om de dag door te komen)
- Meer snoepen na een moeilijke taak
Als de taak anoniem is, vereist dit minder zelfcontrole, als de taak niet anoniem is vereist het veel zelfcontrole, je wilt het goed doen