De ontwikkeling van het gezinsleven (Stone)
- Gepubliceerd in Sociologie
- Lees 1114 keer
Drie fasen in de ontwikkeling van het gezinsleven van de 16de tot 19de eeuw:
- Open gezin(open lineagez family)
= dominante gezinstype
= kerngezin met kleine huishouding die sterk ingebed zat in de
gemeenschap
= De familiebanden waren nauw verweven met gemeenschapsbanden.
= affectiviteit en emotionele gehechtheid stond niet centraal, maar het
groepsbelang.
“Het gezin stond open voor de steun en het advies, maar ook voor de
bemoeienissen van de buitenwereld, de buren en verwanten.”
= Geen privacy!!
Het gezin was een niet strikt van de buitenwereld afgesloten,
weinig emotionele, autoritaire institutie met een korte levensduur,
omdat het vaak ontbonden werd door de dood van man of vrouw
of door de dood of het vroege verlaten van de kinderen.
Bv. Nu werkte men nog samen, waarbij er al wel een
taakverdeling was, namelijk man buitenhuis en vrouw
binnenshuis. Maar dit was minder strikt.
Bv. akkers (vrouw)- erf (vrouw)- weiden(man)
- Beperkte patriarchale gezin (resticted patriarchal family)
= Populairste gezinstype in de 17de -18de eeuw,voornamelijk in de
hogere lagen. Het werd aanzien als een overgangstype.
= Kerngezin werd een meer afgescheiden entiteit.
= Onderscheid tussen houdingen met kernleden en de gemeenschap.
= Nadruk op liefde
= Autoritaire macht van de vaders steeg (patriarchaat!!)
- Gesloten kerngezin(closed domesticated nuclear family)
= Hechte emotionele banden en huiselijke privacy
= Gericht op grootbrengen van kinderen
= 20e eeuw!!
= Affectief individualisme staat centraal
huwelijken worden gesloten op basis van persoonlijke, op liefde en emotionele en seksuele
aantrekking gebaseerde, keuze.
Deze overgang werd veroorzaakt door verschuivingen binnen de landbouw en door de industrialisatie.
® 17de eeuw
: boerderijen plaats maken voor grote ondernemingen
Onstabiele situatie
Minder hechte plaatselijke gemeenschap (proces van onthechting) werd in
de hand gewerkt door industrialisatie
= scheiding gemaakt tussen werkplaats en thuis.
= Men moest buitenhuis gaan werken en de open lineage family
verloor haar kenmerk, de inbedding in de gemeenschap.
Het gezin werd meer gesloten, vooral in hogere lagen die zich los
probeerde te maken van traditie en gemeenschapsbanden.
Besloten patriarchale gezin dat zeer populair is in 20ste eeuw.
Invloed op verschuivingen in het rolpatroon:
- Na industrialisatie ontstond er een nieuwe taakverdeling:
- Man = kostwinner
buitenhuis en loon - Vrouw = huisvrouw
huishouden en opvoeding kinderen, zonder loon en
binnenhuis - Verschillende rolverwachtingen van kinderen:
- Man = kostwinner
Naar school gaan en niet gaan werken.
kind werd een afhankelijk, op zorg
aangewezen,lerend en spelend wezen.
- Vrouwen: hielden zich voornamelijk bezig met dagdagelijkse opvoeding en het bezighouden van de kinderen.
- Mannen: conflicten oplossen en belangrijke beslissingen nemen'rechter spelen'
- Gezin werd de plaats van affectieve en emotionele vervulling:
- Verandering op vlak van liefde en seksualiteit; verloren gaan van de economische betekenis dus richten op gevoelens van liefde en erotische aantrekking.
- Duidelijk onderscheid tussen persoonlijke, affectieve relaties in het gezin en zakelijke relaties op het werk werd scherper.
Het gezin werd een organisationeel centrum met veel contact met de buitenwereld.
- Duidelijk onderscheid tussen persoonlijke, affectieve relaties in het gezin en zakelijke relaties op het werk werd scherper.
- Verandering op vlak van liefde en seksualiteit; verloren gaan van de economische betekenis dus richten op gevoelens van liefde en erotische aantrekking.
Opmerking:
Gedachten dat men vrijwillig en vrij kon trouwen. Dit maakte het gezin en huwelijk heel kwetsbaar, waarbij enkel de barre kern werd behouden.