Georg Wilhelm Friedrich Hegel
- Gepubliceerd in Wetgeving
- Lees 1522 keer
duitse idealisme
Basisprincipe 3 pijlers
- over Zijn van God voor de Schepping logica; zijnsleer
- God bestaat zonder enige innerlijke tegenstelling
- door de schepping ‘vervreemdde’ God zich id materiële wereld natuurfilosofie; aliënatie
- bijgevolg onstaat er een ongelooflijk contradictie tss zuivere geest en stof
= motor van verdere ontwikkeling
- pas in de mens begint de terugkeer vd geest naar zijn oorsprong filosofie vd geest
de ontwikkeling is dus een terugkeer van de geest uit het ‘anders zijn’
de mens maakt hier verschillende fasen door mee:
1) bezield, intuïtief wezen (zoals puber)
2) bewuste denken (filosofie)
3) de mens ziet zijn eigen geestelijke substantie als identiek met zijn bewuste handelen
verbonden met deze evolutie: evolutie van de ‘objectieve geest’ (het recht, de moraal, de zedelijkheid)
dit alles culmineert in moderne staat ; ‘de verschijnende God’
=> samenvattende en verklarende encyclopedie
Optimisme -> we ontwikkelen ons tot een steeds grotere rijkdom
-> uiteindelijk komene we terug tot bij God
Dialectiek krijgt moderne betekenis Thesis -> Antithesis -> Synthese
- elke ontwikkeling dus doorheen negatie
- synthese is een resultaat van een botsing tussen T en A, dus een vooruitgang
- synthese is dus geen compromis