AUDITION
- Gepubliceerd in Psychologie
- Lees 1040 keer
- geluid: longitudinale luchttrillingen, golffront van verdichtingen en verdunningen
- heen en weer bewegende luidsprekerconus, slappe spiraalveer
- amplitude: het verschil tussen de laagste en hoogste luchtdruk (=objectief)
- luidheid(loudness): waargenomen geluidssterkte (=subjectief)
- hangt af van o.m. de aard van het geluid
- N=10log (I/I0)
N: luidheid (dB)
I : intensiteit (µPa)
I0: standaard intensiteit (1µPa)
- log schaal vanwege groot bereik: verschil
0.000000000001 watt/m2 – 1 watt/m2 = 120 dB
- (dus) verdubbeling van intensiteit I
geeft minder dan een verdubbeling van luidheid N : N=10log(2)=+3 dB
- 3 dB (verdubbeling!) is net onderscheidbaar
- frequentie: trillingen per seconde (in ‘Hertz’)
- (jonge) mens 15-18000 Hz
- bereik is afhankelijk van biologisch
nut (olifant < 10kHz)
- golflengte(λ): lengte van een golf (in ‘meter’)
- λ = v/f, waarbij
λ (lambda): de golflengte
f: de frequentie (in Hz)
v: de voortplantingssnelheid
(~344 m/s)
- grotere frequentie kleinere golflengte
bv. f=1000 Hz λ =0,344 m
f=50 Hz λ = 6,9 m
- pitch: waargenomen (subjectieve)
- toonhoogte (muziek: A-G)
- bv. 220 vs. 440 Hz: x2 = octaaf