Menu

Enkele algemene conclusies

Interpersoonlijk geweld daalde gedurende de laatste zes eeuwen en vooral vanaf de zeventiende eeuw. Er treden verschillen op in timing en per regio, maar er trad weinig verandering op in sekse en leeftijd van daders. De hoge graad van geweld viel dus samen met de hoge betrokkenheid van de elite. Er traden vooral conflicten tussen mannen op in verband met eer en pacificering van de publieke ruimte.

Lees meer...

Variabelen

We zien een groot op het vlak van sekse of gender. Over het algemeen gaat het vooral om mannen en is het percentage vrouwen beperkt, maar dit is ook afhankelijk van ruimte en tijd. We kunnen wel stellen dat gender geen relatieve variabele is om de daling in geweld te verklaren.

Op het vlak van leeftijd is weinig onderzoek verricht. Op het vlak van sociale status zien we enkele verschillen. Is er een oververtegenwoordiging van sociaal minder bevoorrechte groepen=? In de middeleeuwen was interpersoonlijk geweld geen klassenspecifiek fenomeen, maar vanaf de zestiende eeuw ontstond een dalende betrokkenheid van hogere klassen bij criminaliteit. Dit ondanks regionale verschillen. Deze daling ging vergezeld met een verminderd gebruik van fysiek geweld bij elites.

Wat betreft het geslacht van de slachtoffers, zijn er ook weinig onderzoeken. Wel is duidelijk dat de proportie van vrouwelijke slachtoffers stijgt. Een daling van de doodslagcijfers blijkt in de eerste plaats, maar niet exclusief, een daling van de gewelddaden van man tot man.

Ook de persoonlijke relatie tussen dader en slachtoffer is van belang. Dankzij een pacificering in de publieke ruimte groeide de weerstand tegen fysieke confrontatie bij een conflict, werd de eer als een culturele code om dagelijks gedrag te reguleren verbannen en treden veranderingen op in de notie van eer. Wel is er een stijging van gewelddelicten binnen het gezin.

Lees meer...

Vaststellingen

We kunnen uit onze bronnen vaststellen dat er op lange termijn een dalende trend in frequentie van moord en doodslag is die begon in de vijftiende eeuw en aanzienlijk versterkte tussen de zeventiende en twintigste eeuw. De variaties in de hoogste en laagste schattingen verminderen vanaf de negentiende eeuw.

We zien in de middeleeuwen een relatieve homogeniteit in de cijfers. Vanaf de zestiende eeuw zien we een toename van geografische verschillen en in de negentiende eeuw treden verschillen op tussen centrum en periferie. De periode 1880-1950 toonde een daling van geweld tot het laagste niveau ooit bereikt en traden steeds minder verschillen op tussen de Westerse landen. In de periode 1950-1990 ontstond opnieuw een lichte stijging. We zien schommelingen in de geschiedenis gevolgd door een verdere daling van de doodslagcijfers.

Lees meer...

Onderzoek naar criminaliteit in het verleden: doodslag en moord

Uiteraard treden hier problemen van methodologische aard op. Hoe betrouwbaar zijn de doodslagcijfers uit het verleden? Ten eerste is er een andere definieerring van doodslag in het verleden namelijk onvrijwillige doodslag versus intentionele agressie. De kwaliteit van de cijfers en de juridische documenten is ook niet duidelijk. Is doodslag een indicator voor andere vormen van geweld? Er is sprake van regionale verschillen en een interactie tussen veranderingen in technologie en medische kennis.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen