Menu

Veranderingen nationalisme

In de 18de eeuw was nationalisme oppositioneel, radicaal en modern maar met twee visies (civiel en etnisch). Ze was gericht tegen de heerschappij van de dynastieke vorst wiens macht getransponeerd diende te worden naar de natie.

In de 19de eeuw was er een liberale en democratische inslag gericht op politieke en culturele emancipatie van de burgerij. In de late 19de eeuw ontstonden twee vormen. De een verbonden aan imperialisme en conservatisme en de ander aan volk en populisme. Dit werd stilaan rechts revolutionair.

In het interbellum ontstonden vormen van extreem nationalisme met strekkingen als het fascisme en het nazisme. Na 1945 onder invloed van de bevrijding en dekolonisatie ontstond bevrijdingsnationalisme.

Vanaf de jaren 70 ontstaan langzaamaan terug extremere vormen van nationalisme.

Lees meer...

Definities en theorievorming

Er is een verband tussen etniciteit en nationalisme. Etnie is een groep van mensen die een gemeenschap vormen in het bewustzijn van hun historisch gegroeide culturele eigenheid gekenmerkt door bepaalde karakteristieken. De natie ontstaat als een etnie zich politiek gaat organiseren of zijn etnische culturele eigenheid met politieke middelen wenst te affirmeren. Het nationalisme heeft dus een civiele en etnische component.

De civiele component verwijst naar het institutionele niveau van een op volkssoevereiniteit gebaseerde moderne staat, bevat een notie van het staatsburgerschap, is individualistisch liberaal democratisch en heeft een open en inclusief karakter.

De etnische component verwijst naar een volk met een eigen bestaan, oorsprong en verleden, is emotioneel beladen, organicistisch, anti-individualistisch anti-liberaal en anti-democratisch en heeft een exclusief karakter wat kan leiden tot onverdraagzaamheid.

Lees meer...

Wortels van het nationalisme

Nationalisme als ideologie of beweging die van een bepaalde natie die streeft naar de realisatie van een eigen staat (= politiek aspect) en/of het behoud van een eigen culturele entiteit (= culturele aspect). In praktijk is een nationale staat uitzonderlijk, bestaat een sterk emotionele lading en is er primordialisme versus contextualisme.

We vinden de wortels terug in de romantiek en de oorlogen van de Franse revolutie als aspect van liberale en conservatieve ideologieën en als product van een zeker moderniseringsproces. Er ontstond een massabeweging vanaf de tweede helft van de 19de eeuw. Oude dynastieke vorstendommen werden weggevaagd en nieuwe staten ontstonden op basis van het nationale principe (theoretisch).

Het is geen gelijklopende beweging aangezien het verschilt van land tot land, zich verbindt met ideologieën en diverse historische gedaanteverwisselingen ondergaat (= contextualisme).

Lees meer...

Engeland: veel kansen voor de burgerij

De sociale verhoudingen veranderde,. Er ontstond commercialisering van de landbouw versterkt door de enclosure beweging die de productiviteit bevorderde en het ontstaan van de markt voor industriële producten op het platteland. In de steden ontstond een sterke commercialisering dankzij de ontwikkeling van de wolhandel en de welstellende klasse van handelaren kregen veel aandacht voor infrastructuur. Er ontstonden betrekkelijk open relaties tussen de stedelijke elite en de commercieel ingestelde adel.

Er ontstond een overgang van persoonlijk bewind naar parlementaire, constitutionele monarchie tijdens de 17de eeuw. Dit dankzij grote interne spanningen en het dwarsbomen van het vorstelijk absolutisme door het parlementair stelsel dankzij financiële afhankelijkheid van vorst en een bloedige burgeroorlog.

De machtsverhoudingen werden vastgelegd op het einde van de 17de eeuw met de Habeas Corpus Act (1679) dat de persoonlijke vrijheid vrijstelde en gericht was tegen onrechtvaardige jurisdictie en de Bill of Rights. Deze laatste legde de basis van de parlementaire democratie, het ontstaan van een pluralistische samenleving en van een unitaire staat geregeerd door de vorst maar bestuurd door oligarchie vertegenwoordigd in de nationale vergadering en vormde een voorbeeldfunctie voor heel Europa.

De Bill of rights (1689) stipuleerde geen wetgevende macht door de koning, enkel belastingheffing van toestemming van het parlement, geen bestendig leger tijdens vredestijd, elke onderdaan mag petities tekenen, ieder parlementslid is vrij om te spreken en debatteren en het parlement moet geregeld samenkomen.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen