Menu

Kraakbeen

Kraakbeen bestaat uit 70-80% uit water, de rest is extracellulaire matrix (ECM) die door chondrocyten gemaakt wordt. Extracellulaire matrix bestaat uit collageen type II (50-60%) voor trekkracht, proteoglycanen (25-30%) voor veerkracht en niet-collagene eiwitten (15-20%). De proteoglycanen zijn negatief geladen en kunnen daardoor heel veel water vast houden. Het kraakbeen aan de kant van het gewricht heeft een andere organisatie dan het kraakbeen tegen het bot aan.

Kraakbeen wordt niet gevasculariseerd en niet geïnnerveerd! Wel reageren de chondrocyten op mechanische en chemische prikkels. Chemische prikkels zijn o.a. groeifactoren, enzymen en cytokinen. De chondrocyten zorgen dan voor meer aanmaak of afbraak van het ECM.

Lees meer...

Artrotisch gewricht

Artrose is een degeneratieve aandoening van het gewrichtskraakbeen. Er is schade aan het kraakbeen, verzwakking van spieren en ligamenten, sclerose van subchondraal bot, synoviale ontsteking en osteofytvorming.

Handen, heupen en knieën zijn het vaakst aangedaan.

Er zijn verschillende 'soorten' artrose te maken, maar onderscheiden is moeilijk. Vaak genoemde groepen: primair (onbekende oorzaak) ↔ secundair (trauma, aanleg), lokaal ↔ gegeneraliseerd, geïsoleerd ↔ meerdere gewrichten.

Lees meer...

Spieren

Spierdystrofieën zijn erfelijk en worden meestal gekenmerkt door progressieve spierzwakte die leidt tot ernstige beperkingen. Bij sommige is de levensverwachting verkort door cardiale stoornissen of het aandoen van de ademhalingsspieren. De behandeling is symptomatisch.

Spierdystrofieën van Duchenne en Becker

Bij deze ziektes is er een probleem met het eiwit dystrofine. Bij de ziekte van Duchenne is dit in zijn geheel niet aanwezig, bij Becker in afwijkende hoeveelheden. Dystrofine is nodig om de intracellulaire ruimte van spiercellen aan extracellulair te linken. Zo wordt het mogelijk de contractiekrachten van de myofibrillen op de pezen over te dragen. De ziektes zijn Xchromosomaal overdraagbaar. Ze worden gekenmerkt door toenemende zwakte van de ledematen. Duchenne begint bij de bekkengordel en bovenbenen en breidt zich later uit naar de schouders, bovenarmen, diafragma en de nek. De kuiten blijven lang onaangedaan. Er is vaak sprake van gedilateerde cardiomyopathie en mentale retardatie.

De ziekte van Becker is wat wisselender. Het klassieke beeld is hetzelfde als bij Duchenne, maar er kunnen bijvoorbeeld ook spierkrampen optreden of er is alleen sprake van een cardiomyopathie. Aanvullend onderzoek wat kan worden gedaan om de diagnose te bevestigen is CK meten. De behandeling is symptomatisch. Niet alleen de spieren worden behandeld, maar ook een eventueel aanwezige cardiomyopathie.

Facioscapulohumerale spierdystrofie

Het begint in de regel tussen 7 en 15 jaar. Er is sprake van asymmetrische spierzwakte in het gelaat, de schouders en de bovenarmen. Zeer grote variatie in expressie van de ziekte, het kan zich ook uiten in het heupgebied. De spierzwakte is langzaam progressief.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen