Menu

Beperkt inzicht in mentale leven

Bij kleuters is het inzicht in mentale leven nog onvolledig:

  • Ze denken dat mentale activiteit ophoudt als er geen uiterlijke tekenen van zijn
  • Besteden weinig aandacht aan het proces van het denken
  • Begrijpen niet dat mentale inferenties een bron van kennis kunnen zijn.
  • Bv. mensen kunnen niet denken als ze aan het wachten zijn, een boek lezen, ...

Conclusie:

  • Jonge kinderen zien de menselijke geest als een passief recipiënt. (= ‘container’)
  • Oudere kinderen zien de menselijke geest als actief en constructief
Lees meer...

Factoren die bijdragen tot ‘theory of mind’

  • Taal
    • Rijke woordenschat over mentale toestanden
  • Cognitieve vaardigheden
    • Ongepaste reactie onderdrukken (=inhibitie)
    • Flexibel denken
    • Plannen
  • Sociale vaardigheden
    • Moeders (veilige gehechtheid)
    • Oudere broers/zussen
    • Leeftijdgenoten (verbeeldingsspel)
    • Volwassenen

> Hoe meer contact met andere mensen, hoe meer verschillende perspectieven men hoort

  • Kinderen moeten biologisch voorbereid zijn om een theory of mind te ontwikkelen
    • Ontbreekt bij kinderen met autisme
Lees meer...

Bewustzijn van mentaal leven

1 jaar: interactieve vaardigheden (bv. gedeelde aandacht)

2 jaar:

  • Inzicht dat perspectief van anderen verschillend is van hun eigen perspectief (bv. broccoli)
  • Eerste werkwoorden: “denken”, “onthouden”, “doen alsof”

2 – 3 jaar:

  • Kinderen realiseren zich dat het denken zich afspeelt in het hoofd van iemand en dat een persoon kan denken over iets zonder het te zien, erover te praten of het te voelen.
  • Kleuters denken dat mensen zich altijd gedragen op manieren die consistent zijn met hun verlangen.
    Ze begrijpen niet dat overtuigingen ook een invloed kunnen hebben op gedrag, daardoor fouten in ‘false belief’ taak

3 – 4 jaar:

  • Gebruiken “denken” en “weten” om te verwijzen naar eigen gedachten / overtuigingen en die van anderen

4 jaar:

  • Zowel wensen als overtuigingen hebben invloed. Daardoor wel correct antwoord in ‘false belief’ taak.

4 – 6 jaar:

  • Inzicht in ‘false belief’ neemt toe

‘False belief’ taak:

‘False belief’ = overtuiging die niet overeenkomt met de realiteit. Het kan het gedrag van mensen beïnvloeden

Taak:
2 doosjes worden getoond waarbij op één doosje “Sesamstraat pleisters”staat en het andere doosje is blanco. Er wordt aan het kind gevraagd om het doosje te nemen waar volgens hem/haar de pleisters in zitten.
Bijna altijd nemen kinderen het doosje met “Sesamstraat pleisters” op. Vervolgens moeten ze het doosje opendoen en zien ze dat er geen pleisters inzitten. Dan laten ze zien dat de pleisters in het blanco doosje zitten.
Daarna wordt Pamela, een handpop, boven gehaald. Zij heeft een sneetje in haar hand en heeft een pleister nodig. Aan het kind wordt gevraagd waar Pamela de pleisters zal zoeken.
 Indien antwoord : andere doos, dan hebben ze geen idee van ‘false belief’
 Indien antwoord: “Sesamstraat pleisters” doos, dan hebben ze wel een idee van ‘false belief’.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen