Verder met een nieuwe nier
- Gepubliceerd in Gezondheid
- Lees 780 keer
Bij transplantaties spelen de antigenen van het HLA-systeem (Human Leucocyte Antigen-systeem) een rol. Deze cellen zijn de MHC-eiwitten van witte bloedcellen, en elk mens heeft een unieke combinatie. Bij een transplantatie wordt het HLA-systeem bepaald en in de computer van
Eurotransplant gestopt. Dit gebeurt ook met beschikbare donororganen. De computer zoekt de best passende ontvanger. HLA-combinaties komen nooit voor 100% overeen, maar de patiënt krijgt medicijnen om de afweerreacties te onderdrukken.
Bloed van verschillende personen kan agglutineren (samenklonteren). Dit komt door de antigen van het ABO-stelsel. Je bloedgroep is erfelijk vastgelegd. Door de natuurlijke aanwezigheid van antistoffen in het ABO-stelsel zijn bij bloedtransfusies niet alle combinaties gewenst. Een kleine hoeveelheid samengeklonterd bloed wordt door fagocyten opgenomen en verteerd, een grote hoeveelheid is dodelijk. Voor een transfusie wordt een kruisproef gedaan, waarbij een analist rode bloedcellen van de donor met het bloedplasma van de ontvanger mengt.
Ook is er de resusfactor. Ong. 85% van de mensen in Nederland heeft het resusantigeen (D) en zijn resuspositief (Rh+ of D-pos). Vorming van antiresus (anti-D) wordt opgewekt wanneer een resusnegatief persoon resuspositief bloed ontvangen bij bloedtransfusie.