Psychodiagnostiek en beperkte begaafdheid
- Gepubliceerd in Gezondheid
- Lees 1211 keer
Over de noodzaak van psychodiagnostiek bij mensen met een beperkte begaafdheid
- Beperking in de ontwikkeling waarvan de ernst en de aard zorgvuldig gepeild wordt voordat
men een opvoedings- begeleidings- en behandelingsbeleid bepaalt.
- Veel mensen met een verstandelijke beperking en zwakbegaafde vertonen psychische
stoornissen
- Vooral bij mensen met autisme
- Hoge frequentie van voorkomen van diverse bijkomende beperkingen bij mensen met verstandelijke beperking (motorisch, bewustzijnsstoornissen, visus en gehoorbeperkingen)
De keuze van instrumenten
Mensen met een verstandelijke beperking zijn in psychodiagnostische opzicht een zeer weerbarstige populatie. Het minste wat we kunnen doen is tests en schalen toepassen die aan zo hoog mogelijke eisen voldoen. We moeten ons kritisch opstellen
- TESTS:
een toetsing van kwaliteit of geschiktheid van personen of zaken. Het is een praktisch stuk gereedschap waarmee de ergotherapeut een bepaalde functie of vaardigheid kan toetsen. Een goed geconstrueerde test die op de voorgeschreven manier wordt afgenomen, levert objectieve
informatie op”.
- Handleiding van de test moeten duidelijk gevolgd worden
- VRAGENLIJSTEN:
een opsomming van onder elkaar geplaatste vragen. De vragen staan in een bepaalde volgorde
op papier en zijn gericht op een bepaald onderwerp.
- Vragenlijsten worden veel gebruikt
- SCHALEN
hier gaan we na of bepaald in het instrument genoemd gedrag wel of niet aanwezig is.
- Gradaties uitwisselen
Criteria voor test, schalen en vragenlijsten
VOLDOENDE PSYCHOMETRISCHE BASISKWALITEIT
- Hoge betrouwbaarheid
- Een hoge tussenbeoordelaarbetrouwbaarheid: als meerdere verschillende mensen het afnemen mag je geen ander resultaat bekomen + een hoge stabiliteit
- Validiteit: meet het wat het moet meten?
- Normering: gebaseerd op duidelijk omschreven, omvangrijk en representatieve
normgroepen
OPTIMALE TOEPASBAARHEID BIJ MENSEN MET VERSTANDELIJKE BEPERKING
- Voorwaarden gesteld aan de groep onderzoeksgroep:
- minder begaafde onderzoekpersonen dienen ook betrokken te zijn.
- Normering voor duidelijk omschreven categorieën personen met een verstandelijke beperking
- Aanwijzingen voor de toepassing bij mensen met een verstandelijke beperking
- Bv.: het berekenen van een profiel
VOLDOENDE PRAKTISCHE HANTEERBAARHEID
- De onderzochte:
Korte afneemduur: hoe korter de testafneming duurt, hoe beter. Mensen met een beperking hebben een korte concentratie duur
- Doelplezier uitlokkend: aansprekend materiaal, leuke opdrachtjes
- De onderzoeker:
- Korte afneemduur
- Heldere, eenvoudige instructie
- Overzichtelijk en gemakkelijk te hanteren materiaal
- Gemakkelijk in te vullen formulier
- Korte uitwerkingsduur, weinig potentiële foutenbronnen bij het scoren
- Een heldere basistheorie
- Algemeen:
- Stevig testmateriaal
- Zo laag mogelijke aanschafkosten
- Zo laag mogelijk (terugkerende) kosten van formulieren,….
Er dient op zijn minst een gestandaardiseerde, Nederlandse vertaling van handleiding en instrument te bestaan, die liefst in de handel verkrijgbaar is.
HET INSTRUMENT IS BEOORDEELD DOOR DE COTAN
COTAN = Commissie Testaangelegenheden van het NIP.
De 7 categorieën waarop beoordeeld wordt:
- Uitgangspunten van de testconstructie
- Het gebruiksdoel en de meetpretentie moeten zijn aangeven als ook de theoretische achtergronden en de operationalisatie worden beoordeeld
- De meetpreventie bepaalt welk type normerings-, betrouwbaarheids- en validiteitsonderzoek moet worden verricht
- Kwaliteit van het testmateriaal en de handleiding (2+3)
- De scoring, testopgaven, instructies
- Ondersteuning bij afneming van het instrument en interpretatie uitkomsten
- Normen
- Welke normen worden er gesteld? En wat is de kwaliteit ervan?
- Betrouwbaarheid
- De kwaliteit en de uitkomsten van de verschillende typen onderzoeken
- Begrips- en criteriumvaliditeit (6+7)
- De kwaliteit en de uitkomsten van het uitgevoerde onderzoek worden beoordeeld
- De hoogte van de uitkomsten worden beoordeeld
BEPERKTE KWANTITEIT TOE TE PASSEN TESTS, SCHALEN EN VRAGENLIJSTEN
Dit heeft niet direct met de tests of de schalen zelf te maken. Frequent gebruik van een
betrekkelijk klein aantal instrumenten of een zo uniform mogelijk instrumentgebruik is heel
belangrijk. De voordelen hiervan:
- Grotere inzichtelijkheid en vergelijkbaarheid
- Mogelijkheid tot langere termijnvergelijking en effectmeting van een behandeling
- Grotere eenduidigheid binnen allerlei vormen van onderzoek
- Betere basis voor registratie, epidemiologisch of zorgbehoeftenonderzoek
Tests versus schalen en vragenlijsten
- Zie definities
Test
- de te onderzoeken persoon moet zich in veel opzichten aanpassen
- Tijdstip
- Plaats : een speciale ingerichte ruimte
- Persoon van de onderzoeker: meestal een onbekend iemand
- Aard en hoeveelheid van taakjes: moeilijk of makkelijk
- De ergste mate verstandelijk beperkte mensen hebben veel tijd nodig om zich aan te passen
aan wijzigingen en min of meer onbekende situaties.
- Gevolg testonderzoek: een minder betrouwbaar resultaat
- Dergelijke reacties (angst, vrees,…) op de testsituatie vormen waardevol observatiemateriaal
- Een momentopname
Schaal:
- De persoon wordt beoordeeld op allerlei aspecten van zijn/haar functioneren in de natuurlijke, dagelijkse situatie
- Duidelijke voordelen boven de testgebruik:
- Betrokkene wordt niet verstoord
- Betrokkene wordt beoordeeld op zijn ‘gewone’ gedrag
- Begeleiders en/of ouders leveren een bijdrage aan de diagnostiek betrokkenheid
- De hulpverleners krijgen een zo zuiver mogelijk beeld wat aansluit bij de hulpvraag
- Geen vertaling naar de praktijk.
- Er kan heel veel berekend worden met schalen
- Als het echter gaat om nauwkeurige en gedifferentieerde meting van de functies die samen
de intelligentie vormen, of uitval van functies dan is testonderzoek in de een-op-een situatie
onmisbaar.
Vragenlijsten: tussen test en schalen
- Informant is de cliënt zelf -> HET GROTE VERSCHIL MET SCHALEN
- Slechts zwakbegaafde en licht verstandelijke cliënten komen in aanmerking
- Verschil tussen vragenlijst en test = het ongedwonge en minder prestatieve karakter van het
invullen van vragenlijst (geen tijdslimiet, geen kennisvragen). De persoon voelt zich meer op
ze gemak bij een vragenlijst.
-> CONCLUSIE: schaalonderzoek zijn het best in de zorgsector. Maar in een aantal opzichten blijft in het bijzonder testonderzoek onmisbaar
Andere indelingen in het psychodiagnostisch intertrumentarium
Beide instrumenten sluiten elkaar niet uit maar ze vullen elkaar aan
Meetpretentie: (1e indeling)
- De cognitie, ontwikkeling of de intelligentie
- Specifieke domeinen, vaardigheden of stoornissen (lezen, taal, dementie, ..)
- Sociale en emotionele, persoonlijkheid (sociale redzaamheid, gevoelens, beleving,…)
Doelgroep: = 2de indeling
- Een groot deel is ontwikkeld voor de gemiddeld-normale populatie
- Vergelijking van de mogelijkheden van mensen met een beperkte begaafdheid met die van gemiddeld- normale leeftijds- en seksgenoten is van fundamenteel belang
- Zo kan er gezien worden als en sprake is van een tekort en wel een zodanig tekort
- Zo kan de ernst en de aard van het tekort alleen aangegeven worden in vergelijking met de normaliteit . -> belangrijk voor ouders en begeleiders waar de tekorten zijn en hoe groot.
- Tenslotte is het kunnen vergelijken met de normale ontwikkeling in wetenschappelijk opzicht van belang
- Instrumenten specifiek voor mensen met verstandelijke beperking
Diagnostische instrumenten voor mensen met beperking
1) SIS = Schaal Intensiteit van Ondersteuning behoeften OF SUPPORT INTENSITY SCALE
- Meet: de aard en de intensiteit van ondersteuningsbehoeften van mensen met
verstandelijke beperking of andere ontwikkelingsstoornissen
- Doelgroep: volwassen en ouderen
- Soort instrument = schaal
2) AUTISME: AVZ – R
- Naam: Autisme- en Verwante Stoornissenschaal-Z-Revisie
- Meet: Als operationalisatie van het DSM- en ICD concept. Classificatie in de categorieën:
- N (= Niet- pervasief gestoord)
- T (= Twijfelachtig wel/ niet pervasief gestoord)
- Pervasief = stoornis die alle domeinen van de ontwikkeling bedreigd
- PDD (= Pervasief gestoord) = autisme
- Doelgroep: kinderen, volwassenen met een verstandelijke beperking van elle niveaus van
functioneren en zwakbegaafde personen. Leeftijdsbereik: 2-70 jaar
- Soort instrument: schaal
3) EMOTIONELE BELEVING: DE SEO
- Naam: Sociaal- Emotionele Ontwikkelingslijst of Schatting Emotionele Ontwikkeling
- Meet: het vaststellen van de sociaal- emotionele ontwikkelingsfase waarin betrokkene zicht
bevind. Het geeft begeleidingsadvies
- Doelgroep: Verstandelijk beperkte kinderen en volwassen van alle niveaus van functioneren
- Soort instrument: conflicthantering/ vragenlijst
4) MEERVOUDIGE HANDICAP: Fröhlich- observatieschaal
- Meet: de algemene ontwikkeling: beweging, waarneming, communicatie, somatisch
- Doelgroep: lagere ontwikkelingsleeftijd + 12 maanden
5) SOCIALE REDZAAMHEID: DE VINELAND-Z
- Meet: De sociale redzaamheid kwalitatief en kwantitatief vastleggen
- Doelgroep: Kinderen en jeugdigen van alle 4 niveaus van verstandelijke beperking. 0-18jaar.
Bij onze zorgsector ook volwassen en zwakbegaafden
- Instrument: schaal
6) STOREND GEDAG/ PROBLEEMGEDRAG: DE SGZ
- Meet: storend gedrag ofwel niet-adaptief, gedrag problematisch functioneren kwalitatief en
kwantitatief vastleggen.
- Doelgroep:
- bezoekers kinderdagcentra: 3-7 jaar
- zeer moeilijk lerende kinderen: 7-18 jaar
- inrichtingsbewoners: 7-45 jaar
- dagcentra voor volwassenen: 17 - … jaar
- matig- licht verstandelijke beperkt of lager niveau: 3- …jaar
- INSTRUMENT: schaal