Logo
Print deze pagina

Een oproep aan de organen

Deel dit artikel:

Door een verhoogde afgifte van geslachtshormonen aan het begin van de pubertijd krijg je last van o.a. puistjes, stemmingswisselingen, menstruatie. Bij een meisje gaan elke cyclus onder invloed van FSH enkele onrijpe follikels rijpen. Tijdens deze rijping maken de follikels oestrogenen. Deze hormonen remmen de FSH-productie en stimuleren en LH-productie door de hypofyse. De toename van LH veroorzaakt de ovulatie en de voltooiing van de meiose. De eicel barst uit de follikel en komt vrij uit het ovarium. De achterblijvende lege follikel neemt veel vetachtige stoffen op, krijgt hierdoor een gele kleur (het geel lichaam) en gaat het geslachtshormoon progesteron vormen. Dit zorgt ervoor dat een nieuwe menstruatie achterwege blijft.

Bij de zwangerschap maakt de trofoblast het hormoon HCG. Dit hormoon houdt het geel lichaam in stand. Na ongeveer 9 maanden is de foetus volgroeid. De foetus zorgt voor de aanmaak van prostaglandinen door de placenta. Deze hormonen veroorzaken samentrekkingen van de baarmoederwand. Onder invloed van de druk van de baby op de baarmoeder maakt de moeder oxytocine. Dit hormoon stimuleert de samentrekking van de spieren van de baarmoederwand. De geboorte komt op gang. Doordat de hypofyse van de moeder ook het hormoon prolactine vormt, komt de melkvorming op gang.

Geslachtshormoon: Hormonen die voor veranderingen in de pubertijd zorgen.
Pubertijd: De tijd waarin je verandert door een verhoogde afgifte van
geslachtshormonen.
Menstruatie: Maandelijkse afstoting van het baarmoederslijmvlies o.i.v.
schommelingen in concentraties vrouwelijke geslachtshormonen.
Zwangerschap: 9 maanden waarin er een baby groeit in de baarmoeder.
Geboorte: Het proces na 9 maanden waarin de baby ter aarde wordt gebracht.

Copyright © 2019. All rights reserved.