Menu

Hoofdstuk 13 Minds and machines Artifical intelligence from the pascaline to general problem solver

Hoofdstuk 13 Minds and machines Artifical intelligence from the pascaline to general problem solver

Blaise Pascal (1623-1662) ontwerpt als eerste de “rekenmachine” waarvan het mechanische principe nu nog steeds wordt gebruikt.

  • de machine, genaamd Pascaline, doet iets wat op denken lijkt. Maar volgens Pascal waren emoties en wil alleen toegeschreven aan de mens.
  • Deze machine maakte het mogelijk om optel en aftreksommen te maken wat hoge mentale vaardigheden vereisten.
  • Er was een groot probleem in het rekenen met getallen groter dan 10. Dit wordt toegeschreven aan het feit dat men in deze periode nog met Romeinse cijfers werkte.


Thomas Hobbes (1588-1679) redeneren is een mechanisch proces. Hiermee werkte hij de hypothese van Galileo “wiskunde is de taal van de wetenschap”verder uit.

Midden 17e eeuw 3 belangrijke ontwikkelingen vonden plaats:

1. rekenmachines

2. dmv deze rekenmachines waren de rekenprincipes regelmatig en te specificeren

3. de 2e ontwikkeling is te vergelijken met de essentie van de menselijke ratio in het algemeen ( deze gedachte komt teug in de moderne Artificial Intelligence)

Gottfried Leibniz (1646-1716) ontwerpt een rekenmachine die het mogelijk maakt om te vermenigvuldigen en te delen.

  • nieuw universele taal voor filosofie (mens is een dier, een dier is een levend wezen dus een mens is een levend wezen)
  • met deze nieuwe taal is er ook een logica in rekenen.
  • Symbolic logica
  • Ontwikkelt binair systeem van nummerpresentatie (alleen nullen en enen)


Charles Babbage (1792-1871) vormt samen met andere wiskunde studenten van Cambridge de Analytical Society.

  • Hun eerste doel was het vervangen van de Newtonian notation. Ze slaagden hierin en werden zo internationaal erkend.
  • Een ander doel was het transformeren van de algabra in een meer generaal en abstracte discipline met nadruk op de algemene vorm van vergelijkingen en functies.
  • Een verder ontwikkelt rekenmachine difference engine, hiermee won hij de Societys Gold Medal
  • Ontwikkelt de Analytical Engine die het mogelijk maakt om alle soorten van rekenen te programmeren. Dus een universele machine, tegenwoordig programmeerbare computer genoemd. Deze machine bestaat uit input, processor, controle, geheugen en output.


Joseph Jacquard (1752-1834) ontwikkelt een programmeerbaar weeftouw via ponskaarten methode, wat Babbage verder uitwerkt tot zijn analytical engine

Ada Lovelace (1815-1852), of te wel Lady Lovelace

  • lovelace objection: computers kunnen alleen datgene dat geprogrammeerd is.
  • Toen zij overleed verloor Babbage zijn morele steun die hij van haar ontving.


George Boole (1815-1864) publiceerde een boek Mathematical analysis of logic, waarin hij zegt dat alle traditionele wiskunde gezien moet worden als een van de vele mogelijke vormen van systematische symbolen manipulatie.

  • logische operaties met and, or, if
  • investigation of the laws of thought : traditionele logica vertaalt hij hier naar formeel, wiskundeachtige terminologie: Boolean algebra
  • hiermee creëerde hij dus een nieuwe discipline van symbolische logica
  • Dit werd verder uitgewerkt door Alfred North Whitehead en Bertand
  • Russell tot wiskunde als symbolische logica: principia mathematica


Alan Mathison Turing (1912-1954) lost een complexe vraag op van formele nummer theorie bekent als de entscheidungsproblem of te wel beslissingsprobleem.

  • hiervoor ontwierp hij de Turing machine, een universele machine om elke bewerking mee uit te kunnen voeren
  • deze turing machine speelde een grote rol in de 2e wereld oorlog bij het ontcijferen van cijfercodes van de Duitsers.
  • Kritiek van Searle op de Turing Test: Searle deed een experiment, genaamd the Chinese Room. Een experiment waarin hij met alleen chinesen in een kamer is, terwijl hij geen chinees spreekt hij uiteindelijk met pen en parier toch met ze kan praten. Dit dmv syntactische operaties
  • Claude Shannon binaire systeem toepassen op de Boolean algebra en symbolische logica.
  • dit binaire systeem kan ook de elektronische schakelaars representeren


Warren McCulloch en Walter Pitts werkten de ideeën van Shannon verder uit.

  • hersenen als informatieverwerkend in binaire code
  • hersenen als netwerk van zenuwen - analogie met aan en uit schakelaars
  • mechanische processen in computers als model voor menselijk denken

John von Neumann (1903-1957) lid van de Electronic Numerical Integrator and
Calculator (ENIAC) team, dit is een universeel rekenmachine

  • uitvinder van stored programma (software, opgeslagen instructiereeks)
  • uitvinder van computerarchitectuur= de hiërarchie van instructies waardoor complexe hiërarchieën en subroutes geregeld worden door simpele commando’s
  • in de vroege 50e jaren was het voor het eerst plausibel om machines te zien als iets dat het mogelijk heeft om als een mens denkprocessen te bevatten: machine as mind (Turing was de eerste die serieus deze vraag onderzocht)
  • de Turing Test
  • Allen Newell en Herbert Simon selecteerden een programma met formele reproducties voor sommige basis theorems van de Principia Mathematica.

  • Logic Theorist (LT) wordt dit programma genoemd.
  • Dit bevat representaties in zijn geheugen van 5 basis logische axioms en 3 mogelijke operaties voor vertaling van de termen van een nieuw geïntroduceerde statement in een ander term dat logisch bestaat
  • Dit programma werkt backward reasoning: dus ipv starten met de axioms en zo te werken naar het bewijs, begint LT met de bedoelde theorem en werkt terug naar de axiom
  • Dit net zo lang tot of alle opties uitgeput zijn of tot de statement compleet vertaald is in een verzameling van axioms.
  • Makers van LT geloofden dat ze iets revolutionairs hadden gecreëerd omdat het backward reasoning alleen een mens kan
  • Toch zagen zij ook wel kanttekeningen: het kan alleen breath first en blind problem-solving strategieën gebruiken. Het is alleen handig en bruikbaar wanneer de mogelijkheden (de oplossingen) niet grootschalig zijn.
  • General Problem Solving (GPS) nieuw en meer ambitieus Artificial Intelligence programma dat gebruikt maakt van heurestieken ipv algoritmiek.
  • Dit programma maakt gebruik van means-end analyses
  • En had dus zo de mogelijkheid om verschillende paden te bewandelen om te komen tot een oplossing en onder weg beland op ene verkeerd pad een andere weg te kiezen. Dit is een flexibele manier wat lijkt op de menselijke manier van redeneren (meer dan dat van LT ooit zou kunnen)


De probleemessentie van AI (Artificial Intelligence) is aan te tonen dat niet de hersenen en computers identiek zijn in hun mechanische details, maar dat ze de zelfde sequensen van computational stappen van rekenen gebruiken in hun redeneren. Dus dat probleem oplossend denken en ander denktaken op dezelfde functionele manier gebeurd

Lees meer...

Hoofdstuk 11: Mind in conflict: The Psychoanalytic Psychology of Sigmund Freud (366)

- aangezien er geen fysieke oorzaak was voor hysterie ontsloegen veelartsen patiënten
met de beschuldiging dat ze de ziekte veinsden om onder hun verantwoordelijkheden uit
te komen
- Freud dacht anders, hij had immers gestudeerd met Charot (h10). Hij dacht dat hypnose
zou genezen.
- Josef Breuer (1842-1925) ontwikkelde indirecte hypnose. (terwijl hij de hysterie
patiënte Pappenheim behandelde, die hysterie ontwikkelde terwijl ze haar zieke vader
verzorgde).
- Hij ontwikkelde een cathartic method die de symptomen verwijderde. (Onder hypnose,
wanneer voelde je voor het eerst een symptoom. De (onderdrukte) emotie die ontstaan
was bij dit eerste symptoom zou vrij komen en het symptoom verdwijnen.)
- 1895: Freud en Breuer schrijven “Studies on Hysteria”, nu gezien als het eerste grote
klassieke boek in het nieuwe veld genaamd psychoanalyse
- Pathogenic ideas: emoties die onderdrukt worden en buiten het bereik van ‘normaal’
bewustzijn zijn, en zo ziekte-producerend zijn.
- Conversions: van emotionele naar psychische energie

Freud’s Early Life (blz 369)
- 1856: geboren in Freiberg, tegenwoordig Tsjechië
- 1860: verhuist met familie naar Venetië
- Ingewikkeld gezin: Vader had twee zonen bij een eerdere vrouw, die even oud waren als
zijn tweede vrouw. Freud was de eerste van acht kinderen die deze vrouw zou krijgen.
Een van de eerste zonen had al een kind toen Freud geboren werd, zijn neefje was dus
ouder dan hijzelf.
- Was een fantastische gymnasium leerling (leerde zichzelf Spaans)
- 1873: universiteit van Venetië: medicijnen studeren
- Brentano (1838-1917): filosoof en docent van Freud
- 1874: Bratona geeft boek uit: Psychology from an Empirical Standpoint.
- Act Psychology: analyseren van gedrag (denken aan, geloven in, doen van)
- Intentionality: er is een reden voor alle mentale ‘fenomenen’
- Psychologische theorieën moeten dynamisch zijn om zich aan te passen aan de altijd
veranderden motivatie factoren van gedachten
- Brücke: (1819-1892) directeur van het Fysiologische instituut van de universiteit.
“Ontdekte” een nieuwe fysiologie die uitging van mechanisme.
- Freud was erg onder de inruk en ging er veel tijd aan besteden.
- 1880: Freud had al vier artikels geschreven over neuro-anatomie
- kon niet aan het werk komen: discriminatie omdat hij Joods was
- Werd verliefd en wilde geld verdienen om ooit een evt. gezin te onderhouden
- Werkte in een ziekenhuis om geld te sparen voor een eigen praktijk
- Specialiseerde zich richting neurofysiologie, en werkte onder de beroemde hersenen
anatomist Meynert (1833-1893)
- 1885: studie in Parijs, omdat Meynert zo onder de indruk was van Freud
- Naar Venetië om het werk van Charot te vertalen van Frans naar Duits
- Meynert verwierp echter de theorie van Charot over dat zowel mannen als vrouwen
hysterie konden hebben. Later bleek dit omdat hij zelf hysterie patiënt was geweest en
dit wilde verbergen. Freud voelde zich een ‘outsider’ en minder geliefd.
- Ging hysterie patiënten behandelen voor het geld en zo ‘sloop’ het er langzaam in dat
hij hypnose ging gebruiken bij de behandeling
- Pressure technique: pp ligt op bank, ogen gesloten. Vraagt: wat zijn de eerste
symptomen. Kunnen het niet herinneren. Freud drukt op het voorhoofd, en zegt: nu
herinner je. Vaak was dat ook zo.
- Al snel kwam hij erachter dat de handdruk zelf niet nodig was om te laten herinneren
- Free association: zeg wat je denkt, alles opschrijven wat er gebeurt
- Overdetermined: vaak zaten er meerdere herinneringen vast aan een symptoom die
dezelfde emotie opriepen
- Repressed: het feit dat de patiënten de gebeurtenissen wel konden herinneren betekend
dat ze ze niet vergeten waren zoals eerst gedacht werd, maar verdrukt.
- Patiënten gaven Freud de indruk dat ze de herinneringen niet WILDE herinneren
- Intrapsychic conflict: het bewuste van mensen wilde graag geholpen worden, maar het
onbewuste is bang dat het oproepen van pijnlijke herinneringen te veel pijn doet
- Later zou hij dit conflict loskoppelen van hysterie en het algemeen menselijk zien
- Veel van de onderdrukte emoties waren seksuele ervaringen uit kindertijd
- 1896: seduction theory: seksueel misbruik in kindertijd oorzaak van hysterie
- kinderen konden voor hun puberteit niets seksueels denken of doen. Begrepen in eerste
instantie niet dat het seksueel is. In puberteit begrijpen ze dat die herinnering seksueel
is. Dan volgt repressie. Symptomen ontstonden als bescherming tegen deze.
- 1897: misschien zijn het wel niet echte herinneringen

The Interpretation of Dreams (blz 377)
- Dromen wekte de interesse van Freud
- patiënten brachten vaak dromen naar boven bij free association sessies
- Meyert dacht dat er een verband was tussen dromen en bep. Psych. condities
- Freud droomde zelf veel en was er in geïnteresseerd
- Analyseerde dromen op de vrije associatie manier
- 1900: The Interpretation of Dreams:
- manifest content: het deel van de droom dat je bewust ervaart
- latent content: verborgen, welke oorspronkelijk tot de droom leidde
- Latent content belangrijks: kon alleen door therapie ophoog gehaald worden
- Latente ideeën die door de hersenen in een manifest gevormd worden
- Dream work: 3 processen die hiertoe leiden:
- displacement: een hoog geladen latent content wordt vervangen door een
manifest content die neutraler is maar wel gerelateerd.
- condensation: meerdere latente contenten worden samengevoegd
- concrete representation: dromen is niet alleen gedachten maar ook
waarnemen. De latente droom wordt dus concreet gerepresenteerd.

Dromen vs hysterie
- beide ontstaan door onbewuste symbolische processen
- tegenovergestelde van logisch of wetenschappelijk denken
- symptomen en dromen ontstaan uit het niets, dat denkt de patiënt

Twee mentale activiteiten modellen:
- onbewust: droom en symptoom. Baby’s worden ermee geboren: primary process
- bewust: rationeel denken, baby’s moeten dat leren: secondary process

Later:
- primary denken ook een positieve rol in creativiteit (komt ook ‘uit het niets’)

Fullfillment of wishes: dromen waren wensen

Dus: dromen onbewuste wensen, symptomen hysterie onbewuste seksuele herinneringen
Maar: vaak waren de seksuele gebeurtenissen niet echt voorgekomen. Misschien waren het wel wensen en geen herinneringen, weggedrukt omdat ze niet sociaal acceptabel waren.

Self-Analysis and the Theory of Childhood Sexuality (blz 383)

- 1896: vader dood na ziekte. Was depressief etc. en besloot zelf-analyse te doen
- kwam erachter dat hij vroeger zijn vader dood wilde en seksuele aandacht van zijn ma
- Oedipus complex: bovenstaande vernoemd naar een Griekse mythe
- 1905: Three Essays on the Theory of Sexuality

1. polymorphous perversity seksueel plezier bij zachte stimulatie van het lichaam.

2. vorming erogene zones
- in het begin de mond of orale zone
- anale zone (als het zindelijk worden begint)
- genitaliën (wanneer meer controle over lichaam)
(wanneer ze 5 zijn kennen ze alle zones en begint sociale conflict)

Sociale factoren met de familie hebben invloed, om de seksuele gevoelens in sociaal acceptabele banen te leiden. (seks met de ouder van andere geslacht, die met hetzelfde geslacht is tegenstander) Uiteindelijk resulteert alles in heteroseksuele gevoelens. Kinderen zijn dus niet onschuldig om later overvallen te worden door seks, maar worden geboren als primitieve monsters die in goede banen geleid moeten worden.

3. latency stage fysieke puberteit. Positieve gevoelens naar de ouder met hetzelfde geslacht. In principe zijn deze nooit alleen maar positief of negatief maar ambivalent. Maar het Oedpus complex verdwijtn nooit helemaal maar wordt onderdrukt.

Psychoanalytic Psychotherapy (blz 388)
- vaak was de repressie zo erg dat patiënten alleen maar voorruit gingen en niet genazen

Dora:
- 18 jaar
- milde hysterie
- reageerde goed op vrije associatie
- droomde dat vriend van haar vader had haar proberen aan te randen
- vertelde het haar vader
- ontwikkelde hysterische dromen
- vader bracht haar in behandeling bij Freud
- “ze wil weg bij haar vader maar ook beschermt door hem worden”
- halverwege de behandeling zei ze deze op
- Freud bedacht dat ze niet alleen gevoelens voor de vriend had, maar ook voor Freud
Conclusie die Freud uit deze zaak trok:
- therape is toch gecompliceerder dan hij dacht
- transference gevoelens: patiënten vervangen Freud door bv vader, moeder etc.
- symptomen stonden niet los van elkaar maar waren verbonden aan een complex
onbewust conflict. Dit hele conflict moest besproken worden voor genezing.
- Het succes van de therapie keek hij af aan de transference gevoelens.
- Hij deed dus aan psychoanalyse: lang proces

Metapsychology and the Ego’s Defense Mechanisms (blz 392)

Metapsychologie: een algemeen model van de hersenen maken
- in het begin is zijn neyrofysologische verleden goed terug te zien (mechanisme)
- 1895: (na dood gevonden): Project for a Scientific Psychology
- Ontwikkeling van een theorie die een mengeling was tussen zijn theorieën van primary
en secondary processen, dromen en van een ego
- Besloot neuropsychologie te vermijden (er was nog te weinig bekend) en alles op een
psychologische manier aan te pakken, passend bij de aanwezige neuro-kennis

The Freudian Legacy (blz 399)

Had geen makkelijk leven:
- 1913: zijn favoriete kleinzoon overlijdt door tuberculose
- Hetzelfde jaar krijgt Freud kanker
- Laatste 16 jaar veel en pijnlijke operaties
- 1938: vlucht naar Londen om te vluchten van de Nazi’s
- Zijn 4 oudere zusters worden vergast: dat heeft Freud nooit geweten want..
- 1939: overlijdt hij in Londen, aan het begin van WOII

Legende:
- nog steeds boeken over hem
- zijn theorieën worden nog steeds gebruik voor inspiratie
- heeft de International Psycho-Analytic Association opgericht (bestaat nog steeds)
- bepaalde psychologen accepteren onderdelen van zijn theorieën
(Dat kun je lezen op blz 400 maar is niet echt boeiend)
- Neo-Freudanen (oorspronkelijk aanhangers, later broken ze met hem)
- Veel onderzoek gedaan waar hij mee begonnen is (dromen enz.)

Lees meer...

Hoofdstuk 10. Early Hypnotitists And The Psychology Of Social Influence (blz 330)

1775: een commissie onderzoekt de praktijken van Johann Joseph Gassner (1727-1779) die mensen genas door aan Christus te vragen de demonen te verwijderen. Volgens Franz Anton Mesmor (1734-1815) kwam die genezing door magnetische velden. Hij had dingen ontdekt over wat we nu hypnose noemen en hij probeerde het wetenschappelijk te verklaren. Later zorgden zijn ideeën er echter voor dat hij de hele wetenschap tegen zich kreeg.

Mesmer and “Animal Magnetism” (blz 331)

  • 1734: Geboren
  • 1766: studeerde medicijnen af in Vienna.
  • Animal gravitation: planeet heeft direct effect op biologische organismen op Aarde.
  • 1768: zijn latere vriend Mozart (toen 12 jaar) treedt op in een door Mesmer gebouwd theater. Mozart heeft ooit een concert geschreven voor Mesmer omdat hij de glasharmonica speelde.
  • Mesmer deed niets met zijn studie, maar had veel interesse voor ontwikkelingen. Een monnik genaamd Hell werd enthousiast over het magnetisme.
  • 1773: Mesmer behandelde Oesterlin, die aanvallen had, wat Mesmer verweet aan de getijden en dus de stand van de maan. Hij paste toe wat hij van Hell had gehoord. Hij liet haar ijzerpreparaten eten en beïnvloedde haar lichaam met magneten. De vrouw genas volledig.
  • Hij ontdekte bij andere patiënten dat het ook werkte wanneer hij niet met magneten werkte maar gewoon zijn handen boven de persoon hielt.
  • In plaats van denken dat het magnetisme niets te maken heeft met de genezingenbedacht hij dat hij zelf een magnetisch veld was. Ziekte zou ontstaan door een fout in dit veld wat ieder persoon om zich heen heeft.
  • Op dit punt getuigde hij bij Gassner.


Problemen Mesmer:

1. Mesmer bracht een boek uit en Hell claimde de ideeën, uiteraard. Mesmer zei echter al jaren te weten van de krachtvelden, en de claims van Hell werden van de tafel geschoven.

2. Behandelde Pardis, die kon zien tijdens de behandelingen maar daarbuiten was ze blind.

Haar ouders noemde Mesmer een kwakzalver, en hij vluchtte naar Parijs.

Daar had hij veel succes, en hij opende een baquet, voor massa magnetische genezingen. Er werd een magnetische kracht ‘in iets gestopt’. Een groep mensen raakte dit baquet aan en Mesmer speelde in een andere kamer op de glasharmonica voor de sfeer. Hij droeg een lila jurk en raakte verschillende punten aan op het lichaam van de patiënt. Voordelen baquet:

1. meer omzet

2. ‘sociale besmetting’: meer mensen wilde magnetisch genezen worden

1784: Mesmer kreeg geen erkenning van medici en wetenschappers. Hij kwam zelfs onder controle te staan, en kwamen erachter dat er vooral sprake was van een ingebeelde kracht dan van een magnetische kracht die de klachten verbeterde en wegnam. Er was dus geen sprake van magnetische genezing. Animal magnetism werd als kwakzalverij beschouwd. De ‘leer’werd echter wel doorgegeven op kwasi-wetenschappelijke en dure scholen met de naam “Societies of Härmony”. Mesmer verdween langzaam van de kaart maar het magnetisme bleef levend door enthousiaste maar onervaren studenten, zoals: Amand Marie Jacques de Chastenet, de markies van Puységur. (1751-1825)

Puységur’s “Artificial Somnambulism” and Faria’s “Lucid Sleep ” (blz 338)

  • Ontdekte hypnose per ongeluk toen hij iemand wilde magnetiseerde en diegene in slap viel maar wel bleef reageren op zijn stem, maar dit niet kon herinneren
  • Eerst zag hij het als een perfect crisis (perfect genezingsproces)
  • Toen als kunstmatig slaapwandelen
  • Zijn technieken werden al snel door andere magnetisten gekopieerd
  • Suggestibility: je kon mensen makkelijk wat wijsmaken in deze staat
  • Voelden geen pijn
  • Posthypnotic amnesia: kan niets herinneren van de hypnosetijd als je wakker bent
  • Posthypnotic suggestion: mensen krijgen de taak iets te doen zodra ze wakker zijn, maar zijn vergeten dat dat een instructie was en niet hun eigen actie. Freud en andere dynamische psychologen zagen dit later als een bewijs voor onbewuste gedachten en motivaties.
  • Puységur heeft echter ook twee opvattingen over hypnose die niet net als de bovenste twee tegenwoordig gedacht worden:
  • Mensen kunnen in hypnotische toestand dingen doen die ze normaal gesproken niet kunnen doen (niet waar, ze zijn meer ontspannen en presteren dus beter)
  • Mensen kunnen niet tegen hun wil gehypnotiseerd worden, of dingen doen in hypnose ie tegen hun principes ingaan. (niet waar: mensen die niet gehypnotiseerd willen worden, worden dat wel, door te zeggen dat ze NIET in slaap zullen vallen ipv wel)
  • Obedience: soldaten moorden omdat ze daar opdracht voor hebben gekregen etc, mensen doen dingen door te gehoorzamen die ze anders nooit zouden of kunnen doen.
  • Stanley Milgram (1933-1985) ontdekte dat dit heel ver gaat.


José Custodio di Faria (1756-1819)

  • Waarom reageerde niet iedereen hetzelfde op magnetisme/hypnose?
  • Doordat er volgens de magnetisme-theorie geen antwoord op deze vraag was, was de theorie door de commissie verworden
  • Faria dacht dat er wel wat gebeurde tijdens sessies maar niets magnetisch
  • Hij bewees dit door mensen in hypnose te brengen zonder magneten of iets, maar gewoon door ze te bevelen te gaan slapen. (lucid sleep)
  • De staat had niets te maken met de behandeling maar met de persoon zelf
  • Kreeg weinig erkenning doordat zijn Frans slecht was (???)
  • Na zijn dood raakte zijn ideeën in de vergetelheid
  • Magnetisten bleven aan het werk met hun ideeën en doen. De ideeën van Faria werden pas een generatie later her-ontdekt.


Even voor de duidelijkheid, in bovenstaande tijden werd er nog niet gesproken over hypnose. Het boek noemt die term en magnetisme door elkaar en daarom is het soms een beetje onduidelijk. De term hypnose bestond nog niet, hypnose zelf wel. Voor onderstaande: mesmeriseren is hypnotiseren/magnetiseren.

The Founding of “Hypnotism” (blz 343)

  • Geen verdoving bij operaties: vastbinden op bed
  • Liever snelle operatie dan goede
  • De opinie was dat pijn nodig was om te genezen, toch gingen mensen zoeken
  • John Elliotson (1791-1865) stond bekend om zijn nieuwe ideeën. Ontwikkelde de stethoscoop, wat iedereen belachelijk vond omdat je wel naar het hart kon luisteren aar het toch niet beter kon maken
  • 1837: Werd geïnteresseerd in animal magnetism, maar de universiteit zorgde er voor dat er nooit animal magetism op de universiteit gedaan mocht worden
  • 1843: las in een magazine “Zoist” iets over cerebrale fysiologie en mesmerisme
  • 1842: fysologen begonnen met het serieus testen van mesmerisme. W.S. Ward amputeerde een been, en zijn gemesmerismeerde patiënt voelde geen pijn.
  • Reactie van Royal Medical Society: patiënt is een bedrieger. En zelf als het al waar was, werd pijn gezien als iets wijs van de natuur, waardoor patiënten beter genazen.
  • James Esdaile (1808-1859) een schot die in India woonde. Gebruikte mesmerismeren als verdoving bij operaties. Meer patiënten overleefden de operaties dan normaal. Werd alleen nergens geaccepteerd omdat het hier over ‘natives’ ging die natuurlijk verdacht waren, net als de ‘native’ assistenten.
  • 1844: chemicale pijnstiller uitgevonden door de tandarts Wells. Werd door doktoren beter begrepen dan mesmerisme en dus ook beter geaccepteerd.
  • James Braid (1795-1860) ging gecontroleerd mesmerisme onderzoeken. Bepaalde Franse schrijvers rond 1800 hadden de term hypnose en vervoegingen al gebruikt, gebaseerd op het Griekse woord hypnos: slaap.
  • 1843: Braid introduceerde de term neur-hypnology of neurypnology, en later werd dat vereenvoudigd tot de nu gebruikte term hypnose.
  • Hij ontdekte weinig nieuws aan het fenomeen maar zorgde ervoor dat het wetenschappelijk erkend en uiteindelijk geaccepteerd werd.

The Nancy-Scalpêtrière Controversy (blz 346)

Twee hypnose scholen:

1. Nancy school
- Opgericht na de ideen van Auguste Ambroise Liébeault (1823-1904)
- Besloot te experimenteren met hypnose
- Patiënten werden gratis behandeld met hypnose, of zonder hypnose tegen vergoeding
- Zag hypnose als een gewone slaap waarbij contact met de hypnotisist gehouden kon
worden. Schreef er een boek over en verkocht één exemplaar
- Trok de aandacht van Hippolyte Bernheim (1840-1919) (arts)
- 1882: ging naar de kliniek van Liébeault
- Kwam enkele malen terug om het zelf te leren hypnotiseren
- De persoon die je moest hypnotiseren was belangrijker in het proces dan de hypnotiseur
zelf, onderzocht kenmerken van goede en slechte gehypnotiseerde
- 1886: boek met het idee dat mensen uit een lagere klasse beter te hypnotiseren zouden
zijn omdat ze gewend zijn om te gehoorzamen
- Suggestibility: (beïnvloedbaarheid) een persoonlijkheidstrek (goed voor hypnose)

2. Scalpêtrière school (Parijs)
- Jean-Martin Charcot (1825-1893) (directeur ziekenhuis)
- Had hysterie onderzocht
- De mate waarin een persoon gehypnotiseerd kon worden en hysterie waren resultaat van
dezelfde onderliggende abnormale neurologische conditie
- Onderzocht ook: epilepsie, ms, polio en andere neurologische ziekten
- 1882: werd professor van neuropathologie in zijn ziekenhuis (erkenning)
- 1885-1886: Freud studeert bij Charcot
- Type: de vreemde, pure vorm waarin een neurologische ziekte zich openbaard. De
essentie van de ziekte. (Bij een patiënt: Grand mal)
- Forme fruste: een onderdeel of gehele vorm van de uiting van de ziekte. Dit is dus per
persoon verschillend. (Bij een patiënt: Petit mal)
- Hysteria was niet helemaal neurologisch te verklaren (het was niet logisch)
- Volgens Galen (130-200) lag het aan de balans van bepaalde vloeistoffen in het lichaam
(zwarte gal, gele gal, bloed en slijm)
- Tegenwoordig: ziekte met psychologische oorzaak en fysieke klachten
- Weer terug naar toen: werd gedacht dat het een vrouwelijke ziekte was, ontstaan door
een fout in het voortplantingssysteem.
- Charcot ‘ontdekte’ mannen met hysterie. Deze patiënten werden gebruikt bij lezingen en
werden een soort ‘sterren’ in het ziekenhuis
- Ontdekte dat als je op bepaalde gebieden op het lichaam druk de symptomen eerst
onderdruk worden en daarna in alle hevigheid en in vaste volgorde opsteken
- Charcot dacht dat hysterische mensen emoties en herinneringen niet konden verbinden
- Hysterische patiënten hadden veel gemeen met mensen onder hypnose
- Hysterische patiënten kunnen zeer goed gehypnotiseerd worden.
- Op deze manier bedacht Charcot dat hysterie en de mogelijkheid om gehypnotiseerd te
worden de zelfde neurologische oorzaak had
- Drie staten wanneer je een hysterie-patiënt hypnotiseert:
- catalepsy (ontspannen, geen beweging)
- lethargy (een soort sterke stuiptrekkingen)
- somnambulism (complexe bewegingen ontstaan automatisch)
- De grand mal patiënten doorlopen alle stadia, de andere niet
- Hypnotisme werd een legitieme manier om iemand te bestuderen
- Veel commentaar: omdat er maar op een select gezelschap getest was
- Vooral van Alfred Binet (1857-1911) Charles Féré (1852-1907)
- Brachten magneet terug in de hypnose-sessie
- Met de magneet konden ze de emoties van een patiënt beïnvloeden.
- Joseph Belboeuf (1831-1896) Belgische fysioloog
- Ontdekte dat mensen in hypnose met name op verwachtingen etc. reageerde
- Werd aanhanger van de Nancy school en het tij begon in haar voordeel te keren
- 1899: Mensen met andere ideeën namen het ziekenhuis over
- Charot ging ander onderzoek doen: interactie tussen emotionele en fysieke factoren
- Kreeg leerlingen als Binet en Freud

Le Bon and the Psychology of Crowds (blz 358)


- Gustave Le Bon (1841-1931)
- Zag non-Europeanen lag op de evolutie -schaal
- 1890: twee racistische boeken
- de meest fundamentele sociale responsen van een persoon zijn onbewust
- grootste verschillen tussen naties en culturen zitten in het onbewuste’
- vrede onmogelijk: bewuste ideeën kun je bespreken en begrijpen, rest niet
- mensen in een groep verliezen individualiteit en worden collectief
- beschreef groepen mensen altijd negatief (had angst voor groepen)
- positieve groepsprestaties wogen niet op tegen alle negatieve eigenschappen
- Waarom doen mensen in groepen zoals ze doen:
- de kracht van de grootte van de groep, en de anonimiteit
- social contagion: als er een schaap over de dam is…
- suggestibility: mensen makkelijk wat wijs te maken
- Leider: onreflectieve, singleminded, irrationele en fanatieke persoon
- Leiders communiceren met behulp van drie technieken:
- affirmation: positieve benadrukken
- repetition: herhaling van slogans en positieve dingen
- social contagion: een paar trouwe aanhangers, de rest gaat mee
- Legde een verbinding tussen sociale en abnormale psychologie
- Hij gebruikte hypnose om groepen en leiders te beschrijven

Lees meer...

Hoofdstuk 9 Science of Behavior

Dit hoofdstuk gaat over Pavlov, Watson en Skinner

Pavlov werd onrustig na zijn onderzoek over de spijsvertering en ging op zoek naar iets anders interessants. Door Ivan M. Sechenow (had een boek geschreven) begon met het onderzoeken van geconditioneerde reflexen en ongeconditioneerde reflexen.

John Broadus Watson vond Pavlovs werk heel interessant en hij was de eerste die zei dat een psycholoog niet het bewustzijn bestudeert maar gedrag. Hij was dus de beginner van ‘Behaviorisme’

Pavlovs Early life and Career

  • Ivan Pavlov is geboren op 27 september 1849 in Rusland. Hij was de zoon van een priester, maar zijn beide ouders werkten als boeren op het land. Door een langdurige ziekte werd hij naar zijn opa gestuurd die in het klooster zat. Daar leerde Pavlov lezen en alles systematisch op te schrijven. Hierna vertrok hij naar school en hij kreeg een beurs voor de universiteit van St. Petersburg. Daar was hij vaak student assistent en hij studeerde fysiologie. Hij studeerde af en in 1890 werd hij professor aan de St. Petersburg Militaire-Medice Acedemie, en daar kon hij eindelijk zijn eigen lab maken om de spijsvertering te onderzoeken.
  • Pavlov was een ramp in zijn persoonlijke leven, hij was chaotisch, vergeetachtig, naïef etc... Maar in zijn laboratorium was hij pietje precies en heel systematisch. Hij heeft alle experimenten honderden keren overgedaan.


The fysiologie van de spijsvertering

  • Toen Pavlov professor was kon hij zich richten op het spijsverteringssysteem.
  • De spijsvertering was eerder nog niet echt nauwkeurig onderzocht aangezien het goed verborgen zit en moeilijk bereikbaar is.
  • Hij observeerde normale spijsverteringsgedragingen. Hij dupliceerde het experiment van William Beaumont. William opereerde een man die een gat in zijn maag had. De man bleef leven maar hij hield dus een gat in zijn maag. Hierdoor kon William het allemaal onderzoeken. Pavlov dupliceerde dit experiment met honden. Pavlov creëerde fistulas (openingen) in verschillende delen van de spijsvertering. De meeste honden overleefden en herstelden na de operatie prima omdat 1) pavlov een hele goede en nauwkeurige chirurg was 2) hij gebruikte ontsmettende middelen bij het opereren. Pavlov deed honderden van dit soort experimenten en won dan ook in 1904 de Nobel prijs voor de fysiologie.


Conducted Reflexes

  • Pavlov introduceerde zijn geconditioneerde reflexen tijdens zijn speech bij de nobel prijs. Hij bestuurde de rest van zijn leven de reflexen.
  • Hij had 150 assistenten die hem hielpen bij de experimenten. Pavlov manipuleerde systematisch de 4 basis componenten van de conditionele reflex, de ongeconditioneerde stimulus, de ongeconditioneerde response, de geconditioneerde stimulus en de geconditioneerde respons.
  • Een ongeconditioneerde stimulus en respons maken een ongeconditioneerde reflex. De aangeboren automatische reactie die je moet hebben voordat er conditionering of leren kan optreden.
  • Pavlov zei dat een geconditioneerde stimulus begint als neutraal, maar langzaamaan een response creëert nadat het is gematcht met een ongeconditioneerde stimulus verscheidene keren. Voor de honden hield dit in dat het zien van het de keeper op bepaalde tijden een geconditioneerde stimulus werd, gevold door de ongeconditioneerde response van speeksel. Al snel konden deze van oorsprong neutrale stimuli speeksel opwekken. Op blz. 291 onder aan staat een heel voorbeeld wat ik niet ga uitleggen.
  • De geconditioneerde stimulus wordt progressief sterker. Dus hoe vaker het gebeurt hoe sterker het wordt. De sterkste conditionering treedt op bij een korte interval. Als er helemaal geen interval is treed er ook geen conditioneren op.
  • Higher-order conditioning, dit is dat je eerst als geconditioneerde stimulus een bel hebt voor het voedsel van de hond, dan later doe je een bel en een lichtflits en als je dat lang genoeg doet dan is de licht flits ook geconditioneerd.

Generalisatie, differentiatie en experimentele neuroses.

  • Generalisatie is dat als je een geconditioneerde stimulus aanbiedt, die net iets anders is dat er dan nog wel een geconditioneerde reflex optreed. Bijv, als je met geluid een geconditioneerde stimulus maakt en je verandert de hoogte van de toon. Dan zal de hond nog wel reageren al is het iets minder sterk. Hoe meer verschil, hoe minder sterk de reactie
  • Differentiatie is als je een net iets andere stimulus geeft maar het nooit versterkt. Bijv. De hond kreeg eerst een cirkel te zien en daarna wat acid op de tong, daarna wordt het figuur een vierkant maar het wordt niet versterkt door het acid op de tong. Dan zal er langzaamaan geen response meer komen.
  • Experimentele Neuroses. (heel zielig dit...) Honden krijgen dus eerst een cirkel te zien waarop ze reageren. Daarna krijg je het vierkant, (waarop ze uiteindelijk dus niet reageren) dan gaan ze het langzaamaan weer in een cirkel veranderen. Als het verschil tussen cirkel en vierkant bijna niet meer te zien is dan treed er een neurose op bij de hond. Ze zijn nog maanden van slag. Dit omdat de hond geconfronteerd wordt met 2 sterke geconditioneerde responses. Uit dit soort experimenten kwam Pavlov met de

Theory of the brain.



Pavlov’s theory of the mind (294)

  • Pavlov zei dat geconditioneerde reflexen gebeuren wanneer neurale paden in de cortex deel worden van een nieuw circuit, die de stimuli en response combineren. De geconditioneerde stimulus moet verschillende specifieke locaties in de cortex selectedren, waarbij de locaties voor dezelfde stimuli dichter bij elkaar liggen. Hij zei verder dat er 2 soorten processen zijn om conditioneren in deze locaties te krijgen. Excitation wat schijnbaar leid tot de generalisatie van de geconditioneerde respons en inhibitie wat een al bestaande response onderdrukt.
  • Excitation proces selectedert de cortex wanneer de stimulus die gerepresenteerd wordt versterk wordt met de presentatie van een ongeconditioneerde stimulus. Als de stimulus niet versterkt wordt treed er inhibitie op. Verder moet er bij excitatie en inhibitie irradiatie optreed. Dat houdt in dat de activatie en een soort van ‘wavelike fashion’zich verspreid door de omgevende locaties.
  • Bij generalisatie, de presentatie van een gelijke alternatieve stimulus veroorzaakt een golf van excitation in het corticale centrum dichtbij de originele stimulus. Als de irridation zich verspreid, zal het snel de locatie bereiken van de oorspronkelijke stimulus, wat heeft verkregen (door conditioneren) een connectie met het speeksel.
  • Bij differentiatie, de corticale centrums die non-reinforces stimuli weergeven, beginnen golven uit te zenden van inhibitie. Stimuli die meteen in het omgevende gebied liggen, verliezen de mogelijkheid om te reageren om generaliserende geconditioneerde reflexen.
  • Neuroses, hiervan zegt Pavlov dat er een scheur komt in het gebied wat precies tussen de inhibitie en excitatie ligt. Die scheur veroorzaakt dus het neurose gedrag. De stimulus kan niet vermeden worden en veroorzaakt dus in beide gebieden veel activiteit.
  • Pavlov ontdekte hierna dat als honden heel erg expressief zijn dat ze dan sneller gaan happen enzo..Als het meer rustige honden zijn, worden ze sneller depressief.
  • Hierdoor ging hij therapieën ontwikkelen, die de hersencellen gingen selectedren of juist niet.


Pavlovs Invloed

  • Hierna werkte pavlov dus constant hieraan. Hij kreeg een ziekte en stierf kort hierop.
  • Hij was ondertussen wel beroemd in rusland met zelfs een eigen stad. Toen hij dood ging was pavlovs reputatie ook al naar Amerika overgewaaid, waar behaviorist zijn werk erg interessant vonden.


Watson

  • John Broadus Watson is geboren op 9 januari 1878 in South Carolina en Amerika
  • Zijn moeder was erg religieus en duwde hem in de richting van theologie. Als een tiener werd hij wel eens gearresteerd etc. Maar hij werd toch eens student aan de Greenville’s Furman University. Hij zakte in zijn laatste jaar en moest een jaar overdoen. In dit jaar ging zijn moeder dood en er was daar dus geen druk meer van. Hij haalde zijn ph.D. Hij ging naar Chicago om daar met john Dewey te gaan werken, leider van de ‘functionalist’ psychologie. Watson was het echter niet eens met die man, en vond het maar niks om zelf constant proefpersoon te moeten zijn. Hij ontdekte toen het gebied van dieren psychologie en daar voelde hij zich helemaal thuis, aangezien hij op een boerderij was opgegroeid. Onder de supervisie van Henry Donaldson (neuroloog) en James Angell, toonde watson aan dat steeds groter wordende complexiteit in het gedrag van ratten wordt veroorzaakt door de groei van myelin. Hierna kreeg hij al snel een emotionele burn out. Hij trouwde in het geheim en bleef in Chicago. Hij werd daar instructeur en 4 jaar later kon hij professor worden Dus ging Watson naar baltimore. The founding of behaviorism
  • Toen hij professor werd aan de universiteit werd al snel het hooft en de eindredacteur van Psychological Revieuw (belangrijk blad) gearresteerd. Watson kreeg dit baantje en stuurde meteen aan op het opdelen van psychologie en filosofie, en meer links tussen biologie en psychologie. In 1913 schreef hij een artikel “Psychology as the Behaviorist vieuws it’, waarmee hij het behaviorisme begon. Hij verklaarde op 3 verschillende manieren onafhankelijkheid van de traditionele psychologie. 1) hij zie dat behavioristisch psychologie compleet objectief moet zien en alle subjectieve data weg moet 2) hij zie dat het doel niet was om te beschrijven en verklaren maar om te voorspellen en controleren 3)hij negeerde de traditionele verschillen tussen mensen en dieren.


Watson’s behaviorist Writings

  • Het was leuk en wel dat Watson dit allemaal gezegd had maar hij moest het nu wel in de praktij brengen. Hij begon hiermee door het boek “behavior; an introductions to comparative psychology.” Het boek werd goed ontvangen al was het niet revolutionair ofzo. Hierna ging Watson met Karl Lashey werken die hem introduceerde tot de werken van Pavlov. En het gerelateerde werk van Bechterev. Watson ging kijken of mensen ook geconditioneerd konden worden. Uiteindelijk dacht Watson dat menselijke emoties misschien geconditioneerd konden worden.


Conditioned emotional reactions

  • In 1917 kwam WOI en ging Watson in het leger. Hij was daar om mensen te werven en selecteren.
  • Na de WOI Publiceerde hij in 1919 “psychology form the standpoint of a Behaviorist”. Dit boek ging over menselijk gedrag (i.t.t. zijn eerdere boek wat over dieren gedrag ging) met onderwerpen als denken, taal, ontwikkeling van kinderen en emoties. Een groot deel van het boek is besteed aan geconditioneerde reflexen. Watson begon zich af te vragen of emotionele reacties aangeboren waren of niet. Hiervoor observeerde hij baby’s. Hij vond dat baby’s 3 aangeboren emotionele reacties hebben, de rest is dus aangeleerd. Deze reacties zijn, angst, woede en liefde. Hij had verder nog nooit echt gekeken of een emotionele respons ook werkelijk geconditioneerd werd dus deed hij een beroemd experiment met Albert B. In samenwerking met Rosalie Rayner. Ze gingen hem bang maken voor een witte rat. Iedere keer als Albert de rat wou pakken werd er een staaf tegen de achterkant van zijn hoofd gesmeten. Dit deden ze eenaantal keer, met wat tussen periodes. Hierna gingen ze ook een konijn, een hond, wol en andere witte dingen aan hem presenteren. Elke stimuli bracht een kleine reactie teweeg. Hierna Stuvia.com - De Marktplaats voor het Kopen en Verkopen van je Studiemateriaal werden het konijn en de hond ook geconditioneerd door met de staaf tegen zijn hoofd te slaan. Hierna werd Albert in een kamer gezet met alle drie de stimuli, en hij was natuurlijk erg bang. Een tijdje hierna werd gekeken of Albert nog steeds bang was voor die stimuli en dat was hij. Hierna is Albert nooit meer gezien. Ze hebben hem het ziekenhuis uit laten gaan, zonder het ongedaan te maken. Ze hebben alleen opgeschreven wat ze misschien hadden kunnen doen. Watson had ondertussen een affaire met Rayner. Dit kwam zijn vrouw te weten, waarop ze van hem gescheiden is en Watson met Rayner trouwde. Dit was van groot effect op Watson aangezien hij een andere baan moest zoeken (hij werd door de sociëteit niet meer toegestaan).


Advertising and Behaviorism

  • Hij ging dus adverteren en hi heeft een aantal hele goede dingen bedacht. In 1924 was hij vice-president van het bedrijf. Ondertussen gaf hij nog af en toe les op de New school for Social Research. IIn 1924 publiceerde hij Behaviorism, een heel belangrijk boek voor hem. Het gaf een heel duidelijk beeld van het behaviorism op een leuke manier en het werd goed ontvangen.
  • In zijn boek stelde watson dat onbewuste gedachten in zinnen worden gemaakt, dus dat een persoon feitelijk tegen zichzelf praat. Hij presenteerde ook radical environmentalism wat inhield dat de omgeving veel meer invloed had op een individu dan tot dan toe gedacht werd. En de omgeving had meer effect dan erfelijkheid. Hierbij ging hij dus helemaal tegen Galton in. Psychological care of infant and Child
  • in 1928 schreef hij dit boek, en hierin stonden vooral adviezen voor het opvoeden. Watson spoorde ouders aan om direct en manipulatieve controle te nemen over de omgeving van hun kunt. Dit in tegenstelling tot de ‘progressive education” waar zijn oude mentor John Dewey voorstander van was. Watson vond dat je kinderen zo min mogelijk bang moest maken, en ruime kleding moest aantrekken om zo woede te voorkomen,. Maar hij vond ook dat je een kind zo weinig mogelijk liefde moest geven. Alleen af en toe een zoentje bij het slapengaan en meer mocht niet. Dit voerde hij dan ook uit op zijn eigen kinderen. Het goede aan het boek was echter wel dat het weergaf dat er niet een goede manier van opvoeden is die universeel is. Verder hebben waarschijnlijk heel veel ouders er wat aan gehad dat ze dachten dat ze wel degelijk invloed hadden op hun kind.

  • Zijn vrouw stierf toen zijn zoons nog redelijk jong waren en ze zijn meteen naar de kostschool gestuurd. Eentje werd psychiater en de ander psycholoog. Toch hadden beiden veel last van depressies en uiteindelijk heeft eentje zelfmoord gepleegd. Skinner and Operant Conditioning
  • Skinner is geboren 20 maart 1904 in Pensylvania. Zijn vader was een advocaat en zijn moeder had ook gestudeerd.
  • Op zijn 10de heeft skinner zijn eerste gedicht geschreven genaamd “The pessimistic Fellow”. Hij was heel erg goed in schrijven en ging in 1922 naar het Hamilton college in New York. Hier volgde hij wat biologie, en filosofie maar nooit psychologie. Hij is afgestudeerd in engels en schreef regelmatig in allerlei bladen. Hij werd aangemoedigd om schrijver te worden en hij ging terug naar zijn ouders waar hij een jaar lang op zijn zolder heeft gezeten en heel weinig heeft geschreven. Hij noemde het later zijn Dark Year. Hij had weinig te vertellen over wat hij allemaal als maar op een bepaald moment las hij het commentaar van Russell op Waton’s Behaviorism. Hierna las Skinner zelf Watson’s boek en Pavlov. Hij werd hierin erg geinteresseerd en besloot dat hij een behaviostisch psycholoog wou worden. In 1928 werd hij aangenomen bij Harvard. Operant Conditioneren
  • Skinner is de ontwerper van de Skinner box. Het is een box waarmee hij operant conditioneren kan bestuderen. Volgens Skinner zijn er 4 principes die van belang zijn 1) When you run into something interesting, drop everything else and study it 2) Some ways of research are easier than others (hij had namelijk een hele automatisch box, dus hij hoefde zelf bijna niks te doen) 3) Apparatus sometimes break down 4) Some people are lucky (deze laatste twee slaan op het feit dat wanneer er iets misgaat je soms de meest interessante dingen ontdekt)
  • De box is geïllustreerd op pag 319. Het was dus een rattenkooi met een lever-bar waarop het dier dus moest drukken om voedsel te krijgen. Skinner hield cumulatieve records bij, hierin werd getoond hoe vaak het dier op de “lever” drukte. In het begin drukte het dier infrequent en per ongeluk maar als het gereinforced wordt met voedsel krijgt het dier al snel door dat hij op de lever moet drukken om voedsel te krijgen.


Contingencies of reinforcement

  • Dit zijn dus de specifieke condities waaronder de respons wordt versterkt of niet.
  • De extinction curve (blz. 321) treed op wanneer het dier geconditioneerd wordt en daarna het drukkenvan de lever niet meer versterkt wordt (dus geen voedsel meer krijgen als je op de lever drukt)


Reinforcement schedules

1) fixed-interval schedule, bijv. Het voedsel komt na een bepaalde tijd. Fig. 9-4 blz. 321.

2) Fixed-ratio reinforcement schedule, er komt versterking na een bepaald aantalnummers van responses bijv. Na iedere 4de keer dat er is gedrukt. (het duurt wat langer voordat dieren dit door hebben)

3) Variabele –ratio reinfocement schedules,er wordt constant gevarieerd wat betreft het versterken, er is dus geen patroon. Bij dit idee gaat met veel langer door met proberen dan bij een fixed schema. Zoals ook bij het casino.

  • Skinner zijn eerste boek “the Behavior of Organism”werd in 1938 gepubliceerd. Hij zei in zijn boek dat Pavlovs leren respondent conditioneren was, en dat zijn conditioneren operant conditioneren was. Respondent conditioneren verbindt hele nieuwe stimuli en response, terwijl operant conditioneren al een bestaande link versterkt of verzwakt. Behavior Shaping and Programmed Instruction
  • Skinner ging nadat hij zijn basis had gelegd lesgeven aan de universiteit van Minnesota en de universiteit Indiana voor 12 jaar voordat hij in 1948 weer terugkeerde naar Harvard.
  • In Harvard begon skinner te werken met primary en secondary reinforces. Dit is dat het licht ook een reinforcer wordt (voedsel is dan de primairy) en dat als je de secondary reinforcer geeft er ook een respons zal kome. Skinner kwam met het idee dat een heel ingewikkeld iets opgedeeld kan worden in kleine delen om het zo makkelijk te maken. Nadat skinner een keer bij de les van zijn dochtertje had gezeten kwam hij dan ook met programmed instruction. Dit hield dus in dat je wiskunde verdeelt in kleine stukjes en je van makkelijk naar moeilijk gaat.


Philosophical Implications of Opernat conditioneren

  • Skinner dacht dat er geen vrije wil meer was, omdat je of een negatieve reinforcer probeert te ontwijken, of je wilt een positieve reinforcer verkrijgen. In dat geval zou er dus geen vrije wil meer zijn, omdat je gedrag door conditioneren wordt bepaald.
  • Skinner dramatiseerde dit idee in een novel “Walden two”. Waarin een ideale wereld werd geschapen zonder negatieve reinforcers. Sommige mensen waren het eens met dit boek, en anderen waren felle tegenstanders.
  • In 1971 schreef Skinner het boek “Beyond Freedom and Dignity”, hierin beschreef hij dat de zelfbesturende mens een vals concept is. Dit is een heel vaag stuk. Hij zegt dat mensen worden beoordeeld op goede daden, die ze uit zichzelf doen. Maar je weet niet welke reden mensen voor dat gedrag hebben. Dus je moet mensen straffen voor onverklaarbaar goed gedrag omdat ze “freely produces bad behavior”. Ik snap dit niet.... blz. 327. Verder staat er niks belangrijks meer in het hoofstuk....
Lees meer...

Hoofdstuk 8 William James and Psychology in America (blz 246)

1896: Third International Congress of Psychology in Munich: psychologie is wetenschap.

William James:
- 1842- 1910
- Amerikaan
- Harvard professor
- Doceerde de eerste wetenschappelijke colleges psychologie
- 1890: “The Principles of Psychology” (12 jaar aan gewerkt)
- zorgde voor een klimaat in Amerika ‘klaar voor psychologie’

James en Wundt (de ‘vaders’ van de psychologie als wetenschap) mochten elkaar niet zo:

Wundt:
- James weinig vernieuwend
- Personele informele stijl (het is literatuur maar geen psychologie)

James:
- Vond het boek van Wundt saai
- Wundt heeft geen centraal idee

Verschillen tussen de twee:
- Wundt schreef veel sneller dan James
- Wundt is professioneel, James is ‘kwiek en veranderlijk’ (mercurial)
- James: persoonlijke en individuele psychologie

James’s Early Life (blz 248)
- 11 januari 1842 New York geboren
- Oudste van 5
- Rijke familie die bleef verhuizen in Amerika en Europa
- Vader (Henry James sr., ik noem hem gewoon vader) had een crisis in 1844
- Had angstaanvallen tot hij in contact kwam met de filosoof Swedenborg
- Vader had veel aan die man en na zijn ‘genezing’bleef hij diens filosofie verspreiden
- Zijn volgende missie was de beste educatie voor zijn kinderen, maar hij wist niet precies
wat dat was dus bleven ze van privé-school en privé-leraar veranderen.
- Thuis hielden ze levendige discussies met ‘vrijheid van meningsuiting’
- De twee oudste jongens werden beroemd
- De twee jongeren jonges gingen aan alocohol en werden neurotisch
- De allerjongste, een dochter, kon niet verder leren vanwege haar geslacht, en omdat in
de oorlog veel mannen stierven niet trouwen, en werd geestelijk en lichamelijk ziek
- James toonde veel talent in tekenen, wat niet volwaardig werd beschouwd door vader
- 1861: James naar Harvard gestuurd om scheikunde te studeren
- Eenmaal daar ging hij al snel over op psychologie, opkomend onder Müller, Helmholtz
en du Bois-Reymond.
- 1864: toegepaste psychologie studie en daarna Harvards Medical School
- Na een jaar stopte hij met medicijnen en ging met Louis Agassiz, een bioloog met
kritiek op Darwin, op jacht naar soorten dieren in de Amazonen
- Kwam er snel achter dat dit niet zijn roeping was en ging weer medicijnen studeren
- 1867: naar Duitsland voor 1,5 jaar
- las fysiologische Duitse literatuur
- volgde lezingen van Bois-Reymond
- onder de indruk van mechanische fysiologie
- las artikel van Wundt en was onder de indruk
- Weer thuis maakte hij zijn studie medicijnen af
- 1870: crisis. Werd beter toen hij een artikel las over vrije wil van Renouvier. Dit was wat hij zo miste in de mechanische verklaringen uit Duitsland. Besloot minder negatief te gaan denken en kwam zo uit zijn crisis.
1859: “The emotions of the will”, Braun, ging over ‘gewoonte’. Na veel ‘oefenen’ worden 7bepaalde neuronen automatisch ingeschakeld na stimulus.

James besloot mechanische determinisme wetenschappelijk te accepteren. Persoonlijk ‘besloot hij te geloven’ in vrije wil.

Pragmatisme: bepaalde ideeën zijn ‘waar’ in bepaalde situaties. In persoonlijke situaties speelt
vrije wil een rol, maar functioneert James als wetenschapper geldt het determinisme.

James the teacher (blz 255)


- 1872: docent fysiologie op Harvard
- Was geen statige docent maar personaliseerde het onderwerp en maakte het levendig
- Ging ook les geven in anatomie
- Zijn cursus noemde hij: “Relations between physiology and psychology”
- Van 1878-1890 schreef James “The principles of psychology”
- Zijn interesse ging van fysiologie naar psychologie naar filosofie
- Wundt maakte psychologie voor de wetenschappers, James voor ‘normale mensen’

The principles of the psychology (blz 257)


- 1878: James ging colleges over psychologie geven
- wilde boek schrijven, werd uiteindelijk 1700 pagina’s, wat James zelf ook wel erg lang
vond. “Het enige wat ik duidelijk maak is dat psychologie geen wetenschap is.”
- Bepaalde onderwerpen kort besproken:

The stream of consciousness (blz 258)


- Bewustzijn is meer een stroom dan losse elementen of ideeën. Niemand kan dus ooit
tweemaal exact hetzelfde ervaren. Beïnvloed door eerdere ervaringen en achtergrond.
- Gedachten en stromen zijn continue. Ze gaan altijd door, ook tijdens slaap. Omdat het
een constante stroom is is introspectie niet mogelijk, je kan niet zomaar stil staan.

Habit (blz 259)

- Gewoonte kan zowel goed als slecht zijn en als het eenmaal ontwikkeld is of aan het
ontwikkelen is, is het moeilijk terug te draaien
- Jonge mensen zijn flexibel en kunnen gewoonten nog veranderen, met behulp van hun
vrije wil. (net zoals hij zelf deed bij zijn crisis in 1870

Emotion (blz 260)

- Emotie is een gevolg en geen aanleiding van lichamelijke reacties die hiermee verbonden zijn.
- Lange (Deen) publiceerde zelfde theorie
- James-Lange theory of emotion: emoties zijn de perceptie van lichamelijke reacties op
een stimulus (je voelt je blij omdat je glimlacht)
- Klopt ook met hoe hij uit zijn crisis kwam: besloot positiever te gaan denken en voelde
zich al snel beter
- Inmiddels beperkingen gevonden maar theorie klopt vaak wel Will (blz 262)
- Het meest essentiële doel van wil, wanneer het volkomen vrijwillig is, is het aandacht
schenken aan een moeilijk object en het vasthouden hiervan voor het geheugen. De
prestatie van attentie is het essentiële fenomeen van de wil.
- Was het mechanisch? Volgens James moest het wel om wetenschappelijk te zijn. Hij
schreef als wetenschapper dus bleef bij het determinisme
- Wetenschap en psychologie brachten niet alle antwoorden voor James, dus als filosoof
bleef hij geloven in vrije wil.

James’ Later Career and the Philosophy of Pragnatism (blz 263)


- 1890: James raakt gefrustreerd door de limieten en onzekerheden van psychologie
- 1894 en 1904 tot president APA gekozen
- 1892: “Psychologu: Briefer Course” (samenvatting van The Pinciples)
- 1899 : “Talks to Teachers” (pedagogie)
- 1902 : “Varieties of Religious Experience” (samenhang experimentele psy en religie)
- 1909: James ontmoet Freud (psychoanalyse) : geïnteresseerd maar ook sceptisch

Maar na 1890 werd psychologie toch minder belangrijk in James’ leven.

- 1892: bracht Münsterberg (leerling Wundt) naar Harvard
- James ging zichzelf verdiepen in psychisch onderzoek
- Wundt vond het bestaan van geesten e.d. onzin
- James werd leider van officiële organisatie voor spirituele fenomenen
(American Society for Psychical Researches)
- James vond niet het harde bewijs wat hij hoopte te vinden

De laatste jaren van zijn leven ging James vooral voor filosofie
- Als een jonge man had hij in een filosofen-clubje gezeten (Metaphysical Club)
- Sanders Peirce vertelde daar het idee van pragmatisme: wetenschappelijke ideeën en
kennis kunnen nooit helemaal zeker zijn, maar paste zich aan aan de wereld. Een
Darwinaanse manier van kijken. (geen aanpassing is permanent of perfect)
- Een dier kan ergens perfect leven maar ergens anders niet kunnen overleven. Zo zou dat
ook met ideeën en ‘feiten’ kunnen zijn
- Dit klopte allemaal mooi met James’ idee van vrije wil (aanpasbaar in situaties)
- 1897: “Will to Believe and Other Essays”
- 1907: “Pragmatism”
- 1909: “A Pluralistic Universe” en “The Meaning of Truth”
- Hij geloofde in pragmatisme, maar voegde emoties, ethiek, en religieuze ideeën toe
- Pierce was het hier niet mee eens en ‘hernoemde’ zijn idee pragmaticisme
- 1910: hartstilstand. Stond bekend als wereldberoemde filosoof
Three Eminent Students: Hall, Calkins , and Thorndike (blz 266)
- ondanks zijn korte tijd als psycholoog maakte hij veel indruk
- hij creëerde een sfeer om psychologie heen die het interessant maakte
- hij drong zijn eigen ideeën niet op maar spoorde studenten aan zelf te denken

G. Stanley Hall (blz 267)
- 1844, vader was boer, moeder was lerares
- 1867: Union Theological Seminary (New York)
- vond de theorie van Darwin boeiender dan theologie
- 3 jaar naar Duitsland: filosofie en mechanische fysiologie (Bois-Reymond)
- 1871: terug naar VS want geen geld om een graad te kunnen halen
- filosofie en religie doceren in Ohio
- Las boek van Wundt (Principles of Psysiological Psychology)
- Besloot dat experimentele psychologie zijn stijl was
- 1876: wilde naar Wundt maar strandde in Harvard en gaf Engelse les
- ontmoette de twee jaar oudere James die hem aanmoedigde een experiment te doen over
de rol ‘hints’ bij het waarnemen van ruimte
- 1878: naar Wundt die net lab opende. Werd eerste Amerikaanse student van Wundt
- 1880: deed baantje bij Harvard (zaterdagmorgen lezingen over educatie)
- 1884: werd docent psychologie op de John Hopkins University naar Duits systeem
- Hall kreeg ook het eerste onderzoekslab van Amerika
- 1887: eerste Amerikaanse ‘tijdschrift’ over experimentele psychologie: “American Journal of Psychology”
- 1888: first president van Clark University in Worcester
- bleef daar rest van zijn leven,, op wat kleine incidenten na als financiële problemen van
Clark en de aparte administratie van Hall
- 1890: helft van alle Ph.D’s geproduceerd in Amerika
- 1891: “Pedagogical Seminary” (nu: “Journal of Genetic Psychology”)
- 1892: president van APA, die toen maar 31 leden had
- 1893: “The Contents of Children’s Minds on Entering School” (hoe denken kinderen)
- 1904: “Adolescence: Its Psychology and Its Relation to Physiology, Anthropology,
Sociology, Sex, Crime, Religion and Education” (voor het eerst over puberteit)
- Hall was erg genereert in ontwikkeling van kinderen en had er een Darwinaanse theorie
over. (ontwikkeling loopt paralel aan die van onze voorvaderen)
- Hall nam deze theorie verder: hij zei dat de stages die een kind doorgaat (kruipen, lopen
enz) ook zijn doorlopen door onze voorvaderen, die dus eerst kropen, een stel generaties
verder gingen lopen enz. en tot moderne mensheid leidde
- Zijn ideeën rond puberteit waren anders dan die van Freud
- 1909 Freud en Hall ontmoeten. Hij introduceerde zijn ideeën aan de wereld
- Hall was vaak erg negatief over andere psychologen
- Dood: 1924
- Zijn grootste invloed was die van de tijdschriften die de ideeën van psychologen
aanbood aan een heel groot publiek en zo dus konden groeien.

Mary Whiton Calkins (blz 271)
- 1863 geboren in Conneticut
- moeder psychisch ingestort en Calkins moest voor haar broertjes en zusjes zorgen
- zal nooit trouwen en altijd in haar ouderlijk huis blijven wonen
- leerde zowel Engels als vloeiend Duits spreken
- ze was een van de eerste vrouwen die educatie kreeg gelijk aan die van mannen
- ging les geven, onder andere Grieks en uiteindelijk experimentele psychologie
- dit met als enige basis interesse in het onderwerp (geen studie erin gedaan)
- 1890 mocht ze een cursus psychologie doen wegens gebrek aan een kandidaat
- volgde ‘onofficieel’ lessen op Harvard gegeven door James en Royce
- (was nog even moeilijk werd eerst niet toegelaten omdat ze vrouw was)
- 1892: eerste publieke publicatie “Association”
- kreeg ‘onofficieel’ advies over hoe een psychologisch lab in te richten van Sanford.
- Richtte samen een lab op en deden experimenteel onderzoek naar dromen
- Ging terug psychologie doceren vanuit haar lab
- Ging naar Harvard college volgen van Münsterberg, aangesteld door James
- Ze was een ‘gast’ en weer geen officiële student
- Paired associates technique: presenteerd stimuli aan subjecten. Stimuli bestaan uit genummerde paren met kleuren. Konden mensen de nummers onthouden als alleen de kleuren werden herhaald? Ze ontdekte dat een toename van blootstelling aan de stimuli leidde tot een betere herinnering van de stimuli.
- Jaar hiervoor had ze een (uiteraard ‘onofficieel’) examen afgelegd en had volgens James
het meest perfecte resultaat gehaald ooit op Harvard
- Münsterberg nam contact op met Harvard Corporation om zicht te bedenken en Calkins
een graad te geven. Corporation weigerde
- 1895: terug in Wellesley met alle kennis en meer dan dat maar zonder titel
- zal ook nooit titel krijgen. Krijgt Radcliffe-titel aangeboden, speciale vrouwen
opleiding, maar wil alleen een Harvard-titel omdat ze daar gestudeerd heeft
- 1901: “Introduction tot Psychology”
- Rond 1900: psychologie van de ‘self’. “Self’ (kan het even niet vertalen): actief en leidend ‘zijn’ aanwezig in alle bewuste daden, en die meegenomen moet worden bij introspectieve reports.
- 1905: eindelijk acceptatie en wordt gekozen als presidente (eerste vrouw) van APA
- Ze volgde haar leraar James door zich te richten op filosofie
- 1918: eerste vrouwelijke gekozen president van Amerikaanse Filosofische Associatie.
- 1903: lijst van 50 meest belangrijke psychologen, o.a. Calkins en 2 andere vrouwen die allemaal het sexe-probleem hadden. Kort de twee andere vrouwen op de lijst:
- Ladd-Franklin: 1847-1930. Jonge wiskundige. Studeerde onofficieel aan Johns Hopkins. Nooit een graad gehaald. In 1926 uiteindelijk wel. In de tussentijd deed ze belangrijk kleuren-waarneem-onderzoek.
- Floy-Washburn: 1871-1939. volgde colleges in Columbia, kreeg alle respect van docenten maar uiteraard niet haar graad. Ging naar Cornell waar wel vrouwen geaccepteerd werden. In 1894 werd ze de eerste vrouw die werkelijk een graad haalde in psychologie, onder supervisie van Titchener.
- Titchener: (geen vrouw maar belangrijk): was voorstander dat vrouwen konden studeren en wilde ze ook onder zijn supervisie, maar liet ze niet toe omdat mannen dan niet meer konden roken en discussies aan moesten passen. Pas twee jaar na zijn dood werden vrouwen geselecteerd en de nieuwe regels (vrouwen toegestaan) waren 25 (!!!) jaar oud. 1921: Floy-Washburn tweede vrouwelijke presidente van de APA
- De drie bovenstaande vrouwen maakte studeren voor vrouwen mogelijk
- 1917: 10% van de leden van APA is vrouw
- kregen lagere banen en minder mogelijkheden dan mannen
- Dood in 1930

Edward Lee Thorndike (blz 277)
- Geboren in 1874
- Vader is Methodist minister
- 1891: Wesleyan University in Middletown, Conneticut
- vond zijn psychologielessen maar saai, maar vond “Principles of psychology” boeiend
- Harvard: studeerde Enegels en Frans
- Na een college van James veranderde hij dat in psychologie
- Morgan (1851-1936) een bioloog en psycholoog kwam op Harvard. Hij deed
experimenten met kippen en kleurscheiding.
- Thorndicke besloot experimenten op dieren te doen, James wist hier weinig van
- Hij wilde weg van Harvard, want James was overgegaan op filosofie en Münsterberg
was niet altijd aanwezig. Meerdere studenten haalden hun graad op een andere uni.
- 1897: naar Colombia (ook omdat hij gedumpt was door een vrouw)
- ging over van kippen naar katten
- sloot ze op in hokken waar ze bv een hendel over moesten halen om te ontsnappen
- net als de kippen werden de beesten hier steeds beter in (via trial-and-error)
- Law of effect: een connectie of disconnectie van een stimuli met een respons.

Plezierige respons zorgt ervoor dat we het vaker doen, en vice versa.
- De vrouw die hem had laten vallen trouwde toch met hem (Elizabeth Moulton)
- Gaf een jaar les op Women’s College of Western Reserve University in Cleveland
- Toen naar Columbia’s Teachers College
- 1899: onderzocht samen met zijn vriend en voormalig student van James Woodworth
“transfer of training”: effect va instructie en training van een mentale functie op
presteren van een andere
- Thorndicke hielt zich in zijn verder leven meer bezig met mensen dan met dieren
- Dacht dat intelligentie uit verschillende sub-vaardigheden zou bestaan
- Functionalisme: richt op:
1. Basis in evolutietheorie
2. identificeren van de doelen van de geest
3. doel: aanpassing
4. neurowetenschappen; niet de plaats maar de functie
- Voorbeelden: Thorndicke en Woordworth
- Structuralisme: richt op:
1. Basis in Britse en Franse empiricisme
2. identificeren van basiselementen van de geest
3. doel: analyse
4. vergelijkbaar met anatomie (wat vindt waar plaats)
- Boeken over educatie psychologie
- 1912: president van APA
- 1917: een van de eerste psychologen in National Acandemy of Sciences
- 1921: eerste ranking in de lijst “American Men of Science”
- Maakte de weg vrij voor het Behaviourisme
- Dood in 1947

Lees meer...

Hoofdstuk 7 The measurement of mind: Francis Galton and the psychology of individual differences

  • Anthropometric laboratory in Londen
  • De testen hier werden mentale testen genoemd die de aspecten van intelligentie meten.
  • De gedachte was dat mensen met en hogere intelligentie een machtig en efficiënt nervous system en hersens moesten hebben. Dit zou afhankelijk zijn van de grootte van de hersens (dus werd het hoofdomvang gemeten)
  • Reactie tijd metingen werden gedaan om de gedachten dat iemand die sneller ergens op antwoordt/reageert intelligenter zou zijn.
  • Francis Galton (1822-1911) vele psychologische ideeën van hem, zoals die hem over intelligentie, blijken onjuist te zijn of te simpel gedacht.


Francis Galton in het kort:

  • Neef van Charles Darwin
  • Hield zich bezig met reizen, meteorologie, forensische psychologie, nature-nuture, eugenetica, statistiek en psychologie.
  • Reizen: schrijft een boek over al zijn ervaringen opgedaan op zijn 2jarige expeditie door Afrika.
  • Meteorologie: ontdekt de anticycloon (hoge drukgebied) en bedenkt de weerkaart. Hij was niet de eerste die de weerkant uitvond, maar hij zorgde ervoor dat deze in de krant verscheen.
  • Forensische psychologie: bedenkt de methode van vingerafdrukken (de portable vingerafdrukkenbox) en composite photography (algemene uiterlijke kenmerken voor een type, ras etc dmv foto’s op elkaar te leggen en zo te vergelijken. Op deze manier kreeg hij de algemene kenmerken van bijvoorbeeld mannen, vrouwen, Joden, criminelen etc)
  • Nature-nuture: nature is aangeboren en nuture is de omgevingsinvloed. Hiervoor gebruikte hij een tweelingstudie methode.
  • Eugenetica: het versterken van een kenmerk door selectieve voortplanting. Bijvoorbeeld 2 intelligente mensen zouden samen een intelligent kind voort brengen. Hiervoor gebruikte hij de intelligentietest (de eerst succesvolle Iq-test is ontworpen door Alfred Binet 1857-1911, maar Galton bracht het idee in) en het concept statistische correlatie
  • Statistiek: scatterplot, regressie naar het gemiddelde, de regressielijn en de relatiecoefficient (Karl Pearson 1857-1936, heeft deze verder verfijnt tot Pearson’s r).
  • Psychologie: woord-associatietest en de studie van mentale beelden
  • Heriditary Genius (1869), Galton geloofde dat vaardigheden aangeboren zijn. Dus zit in de familie. Hij was zich bewust van eventuele omgevingsvoordelen van welgestelde families, maar minimaliseerde die door te geloven dat sociale voordelen van een gewone man een man met status kon maken.
  • Alphonse de Candolle (1806-1893) was ook bezig met onderzoek naar naturenuture maar was wel onder de indruk van het belang van de omgevings- en de culturele factoren. Hiervoor verzamelde hij biografische informatie van meer dan 300 vooraanstaande Europese wetenschappers. Deze gegevens analyseerde hij statistisch in zijn boek History of the science and Scientists over 2 centuries (1873) Hier toonde hij mee aan dat aangeborenheid een grote rol speelt, maar dat dat andere factoren (sociale en culture) een rol spelen bij het ontwikkelen van scientific excellence.
  • Galton reageerde op dit boek door zijn studie verder uit te werken en ontwierp een vragenlijst voor gedetailleerde persoonlijke informatie te verkrijgen: de eerste self questionnaire method De vragen bevatten items over sociaal, religieus, politieke achtergronden, over de ouders, hun grootte van het hoofd en kleur haar.
Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen