Menu

De Romeinen stichten een imperium

Nadat de Romeinen Italië hadden veroverd, veroverden de Romeinen een imperium dat bestond uit het Middellandse Zeegebied en een groot deel van de rest van Europa, dit nam bijna 300 jaar in beslag. Het was geen plan, maar elk land had een andere reden (aanval bondgenoten van Romeinen, handel bedreigend, groter grondgebied).

Gevolgen veroveringen Romeinen:

  • Provincies, elk onder leiding van een gouverneur, elk jaar moest er belasting betaald worden;
  • De senaat werd machtiger in het bestuur. Hun raad werd nu bijna altijd opgevolgd, omdat ze veel ervaring hadden;
  • De invloed van de Griekse cultuur werd sterker. De Romeinen namen er veel van over (godsdienst, wetenschap, bouwkunst). De oppergod Zeus kreeg wel een andere naam: Jupiter;
  • Veel boeren raakten hun bedrijf kwijt en trokken naar de stad, de overgebleven familieleden konden het zware werk namelijk vaak niet aan, als de man in de oorlog moest dienen. Proletariër: Iemand die alleen kinderen bezat;
  • Ook het aantal rijke mensen nam toe. Door de buit tijdens veldtochten, groeiende handel, te veel belasting heffen in veroverde gebieden;
  • Veel slaven buit maken. Veel daarvan moesten werken bij grootgrondbezitters in Italië. Ze werden als vee behandeld. Overdag werkten ze met kettingen en s nachts sliepen de meesten in ondergrondse gevangenissen;
  • Doordat steeds meer boeren Proletariërs werden werd het Romeinse leger minder sterk. Romeinse soldaten moesten namelijk zelf hun uitrusting/wapens betalen.
Lees meer...

De republiek, een gelaagde samenleving

Patricirs: De rijke Romeinen die aan de macht kwamen nadat de Etrusken waren verdreven. Alleen zij kregen leidinggevende functies in het bestuur van de stad of in het leger. Plebejers: Alle niet rijke Romeinen.

Afkomst bepaalde of iemand patricir of plebejer was. Huwelijken tussen de 2 groepen was verboden. Sommige plebejers lukte het om even rijk te worden als de patricirs. Zij moesten dan ook evenveel belasting betalen.

Alle plebejers waren eigenlijk ontevreden. Zij mochten wel stemmen in de volksvergadering en bestuurders kiezen. Maar als ze geld wilden lenen werden er altijd woekerrentes gevraagd.Uiteindelijk moesten de patricirs de macht wel gaan delen, omdat ze de hulp van plebejers hard nodig hadden voor verdere veroveringen. De patricirs leverden het geld, de plebejers de soldaten. De rijke plebejers waren nu wel tevreden omdat ze ook tot de bovenlaag behoorden, maar de arme plebejers hadden het nog steeds slecht. Ze moesten namelijk nog steeds hoge rentes betalen, ze mochten geen

Lees meer...

Rome verovert heel Italië

De inwoners van Rome leefden eerst van de landbouw. Nadat de Etrusken (Midden- Oosten) Rome had verovert, nam de handel sterk toe. Als gevolg hiervan groeiden

Rome en andere dorpen uit tot steden. Rond 500 voor Chr. kwamen de inwoners van een aantal steden in opstand tegen de Etrusken (waaronder Rome).

In de 2e eeuwen daarna veroverde Rome heel Italië (behalve het uiterste noorden). De Romeinen zouden Italië bijna duizend jaar regeren.

Republiek: Eerst werd Rome geregeerd door koningen, maar al snel veranderde dat en werd Rome een republiek. Dit is een regeringsvorm waarin telkens na verloop van tijd nieuwe bestuurders worden gekozen.

De bestuurders:

  • 2 consuls (elk jaar nieuwe, legeraanvoerders);
  • De Senaat (raad van ouderen, hierin zaten mensen die vroeger bestuurder waren geweest, deze gaven raad aan de bestuurders);
  • Volksvergadering (De Romeinse mannen, maar die hadden weinig invloed op het bestuur).
Lees meer...

Alexander de Grote, veroveraar en verbreider van de Griekse cultuur

Alexander de Grote versloeg het Perzische leger met een veel kleiner leger. Hiermee wilde hij het vertrouwen van de Grieken winnen, omdat zijn vader Griekenland veroverd had. Na de verovering van Perzische rijk werd de Griekse taal, kunst en cultuur in het Midden-Oosten het belangrijkst. Hij probeerde de Grieken en Perzen met elkaar te verenigen. Er was bijvoorbeeld geen onderscheid tussen de Perzen en Grieken.

Nadat Alexander de Grote stierf viel het rijk uiteen, doordat de verschillende generalen niet goed konden samenwerken.

Alexander de Grote was vooral zo beroemd omdat hij zo’n goede legeraanvoerder was en omdat door hem de Griekse cultuur over een groter gebied werd verbreid.

Lees meer...

Het Griekse wereld en mensbeeld

Verandering denken over ontstaan wereld:

- Eerst mythologische verklaring;
- Later kwam natuurwetenschappelijk wereldbeeld;
- Vooral dankzij: Filosoof Aristoteles, wiskundige en astronoom Ptolemaeus;
- Hun waren de eersten die dachten dat de aarde rond was;
- Hier gebruikten ze ook al berekeningen voor;
- Dit beeld drong echter nog maar bij weinig mensen door.

Verandering denken over ontstaan mens:

- Eerst ook mythologische verklaring;
- Geleerden gingen vanaf de 6e eeuw voor Chr. mensen zien als zelfstandig wezen;
- In het begin de gemeenschap belangrijk, niet het individu. Later andersom.

Vragen en zoeken naar nieuwe kennis:

- Onderzoekers gingen onderzoeken hoe de wereld echt in elkaar zat;
- Ze geloofden niet dat natuurrampen door goden werden veroorzaakt;
- Dat was het gevolg van bepaalde krachten in de natuur;
- Hierdoor kwam de wetenschap in Griekenland in hoog aanzien te staan.

Geneeskunde: Hippocrates zocht de verklaring voor het ziek zijn in de natuur zelf. Hij schreef het verloop van de ziekte op. Zo probeerde hij erachter te komen hoe de ziekte ontstond en hoe die genezen kon worden.

Geschiedenis: Herodotus was de eerste geschiedschrijver. Hij beschreef niet alleen de gebeurtenissen maar probeerde ze ook te verklaren en gaf zijn eigen mening eraan.

Filosofie: Dit houdt zich bezig met de diepe levensvragen, zoals over geluk en ongeluk.

Socrates (beroemd filosoof) meende dat mensen alleen slechte dingen deden omdat ze te weinig nadachten. Het theater was de belangrijkste plaats waar de filosofische vragen aan de orde werden gesteld.

Wedstrijd: Voor de Grieken was het leven, net zoals voor de goden n-> grote wedstrijd om rijk en succesvol te worden.

Onderwijs: De ideale Griek moest niet alleen handel kunnen drijven, maar ook goed kunnen deelnemen aan de democratie en goed zijn in sport en muziek.

Sport: Het belang hiervan kwam tot uiting d.m.v. veel sportwedstrijden (de Olympische Spelen bijvoorbeeld).

Politiek: Alle burgers moesten volgens de Grieken deelnemen aan het bestuur. Zoals de volksvergadering.

Kunst: Kunstwerken moesten aan een maatgetal, een grondregel/canon beantwoorden.

Anders was het geen kunst. Kunstwerken moesten dus dezelfde verhouding hebben.

Bouwkunst: Tempels en theaters het belangrijkst. Omdat tempels huizen waren voor goden. Het altaar diende voor offers om de goden gunstig te stemmen. Het belangrijkste

kenmerk van een tempel waren de zuilen (ook in perfecte verhouding).

Lees meer...

De Grieken strijden onderling

Uit angst voor een nieuwe Perzische aanval besloten veel Griekse staatjes te gaan samenwerken. Er ontstonden 2 groeperingen onder leiding van:

- Athene;

- Sparta.

Ze probeerden bondgenoten te winnen en van elkaar af te pakken, beide probeerde ze het machtigste te worden. Hieruit volgde de Peloponnesische oorlog: (431 tot 404 voor Chr.) Oorlog tussen Athene en Sparta. Griekenland had sterke vloot, Sparta had sterk leger en geen vloot. Uiteindelijk won Sparta de oorlog, maar de Atheense democratie bleef bestaan tot het eind van de 4e eeuw.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen