Menu

Weber versus Rostovtzeff.

Max Weber (1864-1920): Weber was een classicus en ook een socioloog.

antieke steden waren enkel consumptiecentra.
o De Antieke cultuur was een consumptiecultuur.
o Dit is het niet hetzelfde als de Middeleeuwse steden die economische centra
waren. De Middeleeuwse steden waren namelijk ook productiecentra, de
Klassieke steden teerden enkel op:
· Inkomsten die slaven produceerden op grootgrondbezit.
· Inkomsten door oorlog (buit) en tribuutbetalingen.

exploitatie slaven en onderworpen volkeren
burger  homo economicus

Johannes Hasebroek (1893-1957)
Uitwerking Webers ideeën voor Griekenland
o Staat und Handel im alten Griechenland (1928)
o Griechische Wirtschafts- und Gesellschaftsgeschichte (1931)
2 Vandaag de dag wordt daar soms nog ondernemerschap aan toegevoegd.

Michael Rostovtzeff (1870-1952): gaat reageren op de ideën van Weber:
oudheid minder ontwikkeld MAAR kwalitatief ‘modern’
Je moet vergelijken met de hoogtepunten, namelijk: Hellenistische periode en Romeinse
Keizertijd.
steden in handen van ‘bourgeoisie’ deze haalt haar inkomsten vnl. uit handel en
nijverheid in plaats van uit oorlog3. De producten waarmee ze handel drijven zijn
afkomstig uit de nijverheid en uit de landbouw.
‘The Social and Economic History of the Roman Empire’ (1926)
‘The Social and Economic History of the Hellenistic World’ (1941)

Lees meer...

Marx en de Bücher-Meyer controverse.

Karl Marx (1818-1883)
Volgens Marx gaat de maatschappij evolueren van een slavenmaatschappij (Klassieke Tijd) naar een
feodale fase (Middeleeuwen) tot een kapitalistische fase (Vroegmoderne en Moderne Tijd).
De Historische School
Deze school gaat sterk reageren tegen de Klassieke economische school, zij gaat namelijk stellen dat
economische wetten niet universeel zijn maar gebonden aan tijden en samenlevingen. Dit is ook wat
Marx zegt: je evolueert van de ene fase (een economie gebaseerd op slaven) naar een andere
(feodale) fase.
Aantal leden van de Historische School:

Wilhelm Rosscher: Volgens hem zijn er een aantal factoren die belangrijk zijn voor de
economie. Deze zijn natuur (grondstoffen), arbeid en kapitaal2 (om te investeren). Van deze
factoren ziet hij arbeid als de belangrijkste.

Bruno Hildebrand (1812-1878). Hij gaat een onderscheid maken tussen een ruileconomie,
een geldeconomie en een kredieteconomie.

Johan Karl Robertus (1805-1875)
o Oikos-economie.
o Een gezin bestond uit ouders, kinderen en slaven.

Karl Bücker(1847-1930)
o Die Entstehung der Volkswirtschaft (1892)
o Hauswirtschaft – Stadtwirtschaft – Volkswirtschaft (wirtschaft = economie)

Het model van de economie van de Klassieke Oudheid verschilt dus met het model van de hedendaagse
economie. Je kan de economie dus niet bestuderen aan de hand van dezelfde modellen! De economie
van de Klassieke Oudheid kan ook als onderontwikkeld worden gezien t.o.v. de economie vandaag.
Eduard Meyer (1855-1930) is hier echter niet mee akkoord. Zijn mening is dat de Antieke economie een
kapitalistische markteconomie was en dus overeenkomt met de moderne economie van vandaag.
Meyer was een classicus en dus zeer goed vertrouwd met de bronnen en de Klassieke maatschappij. Hij
heeft een belangrijke invloed uitgeoefend op het debat.
Die Wirtschaftliche Entwicklung des Altertums, 1895.

Lees meer...

Querelle des Anciens et des Modernes.

Het gaat hier om het feit of de verwezenlijkingen uit de huidige tijd beter zijn dan die uit de oudheid of
niet. Dit debat is al maar liefst 300 jaar oud.
Pierre Daniel Huet (1630-1721)

In zijn boek ‘Histoire du commerce et de la navigation chez les anciens’ uit 1717 gaat hij stellen dat de
Romeinen de handel stimuleerden.
Op deze mening gaat Charles de Montesquieu (1688-1755) protesteren. Hij beweerde dat de Romeinen
enkel waren geïnteresseerd in veroveringen om hun rijk uit te breiden. Hij doet dit in:

‘Considérations sur les causes de la grandeur des Romains et de leur décadence ‘(1721)
‘L’esprit des lois ‘(1748)

Dit debat heeft grote invloed op de Klassieke economische school.
Een belangrijk persoon van deze school is Blanqui Jerôme-Adolphe (1798-1854) met zijn boek ‘Histoire
de l'économie politique en Europe depuis les Anciens jusqu'à nos jour’s (1837)

Volgens deze school zijn de economische wetten universeel. De Grieken en de Romeinen gingen hun
economie op het eerste gezicht niet echt gaan stimuleren. Maar als je dieper gaat kijken naar hun
wetten en instellingen dan zie je dat de economie toch lichtelijk werd gestimuleerd.

Lees meer...

Hybried model: New Institutional Economics

Dit systeem, beschreven door Douglas North, stelt dat er twee soorten kosten zijn: de eigenlijke kosten,
zoals lonen en grondstoffen, en de institutionele kosten. Deze kosten zijn het gevolg van de regels
binnen de maatschappij waarbinnen de productie plaatsvindt. Deze zijn zowel formeel als informeel, en
zorgen voor de transactiekosten, zoals patenten, rechtszaken, aanwervingskosten, verplaatsingskosten
en dergelijke meer.

Lees meer...

Wereldsystemen: een hybried model

De belangrijkste auteur over de wereldsysteemanalyse is I. Wallerstein. In dit model gaat men uit van
een asymmetrische indeling van de economie, boven het politieke niveau, met een kern en een periferie.
Tussen deze beide delen bestaan tal van ongelijke relaties.
Er is een ongelijke arbeidskost (core=duur, per=goedkoop), een ongelijke uitwisseling van
goederen(core=afgewerkt, per=grondstof, half afgewerkt, met winsten op transport) ongelijke
organisatie van de arbeid (core=vrij, per =onvrij)

Lees meer...

Commercialisatiemodel

Het commercialisatiemodel is uitgedacht door Adam Smith (1723-1790), vader van de klassieke
economie. Hij stelt dat het voortdurende spel tussen vraag en aanbod de economie bepaalt, en dat
daarom de staatsinterventie onnodig is. Iedereen streeft immers zijn eigen economisch en industrieel
eigenbelang na, waardoor het algemeen belang ook verbetert. Dit is de absolute triomf van het
liberalisme.


Later zal dit ook nog aangevuld worden door Von Thünen. Hij stelt dat de maatschappij ruimtelijk moet
geordend worden op de manier die het voordeligst is voor de productiekosten. Hiervoor beschrijft hij de
Von Thünen-cirkels, waarbij de zaken die het vaakst nodig zijn het dichtst bij de stad gesitueerd zijn.
De hedendaagse aanhangers van deze stromingen zijn Bruce Campbel en R. Britnell.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen