Menu

Welke handelsproducten?

Er was sprake van een grote variatie, niet enkel van lueproducten. Men handelde ook in banale
producten (high volume/low volume) zoals graan en voedingswaren. Grote steden hadden vééél
graantoevoer nodig.
Voedingswaren
o Graan
o Wijn (ook goedkope wijn)
o Olijfolie
o Garum (vissaus) één van de belangrijkste handelsproducten, je at het bij je brood. Het
bestond uit dode vis die ze samen in een pot gooiden met wat zout dan lieten ze het wat
rotten en het werd tenslotte op smaak gebracht met kruiden. (Het zou zijn specifieke smaak
te danken hebben aan de maagsappen van de vis of zo). Tot in Velzeke vond je Garum.
Ceramiek
o Attische roodfigurige / zwartfigurige
o terra sigillata (voor de zondag)
Textiel
o Romeinse legermantels (sagae)
Grondstoffen
6 Bv. Rome: de rechtszaak van Pullo.

o Hout
o natuursteen (marmer)
o metalen
Luxeproducten
o zijde, glas, amber, parfums, …
De verschillende regio’s hadden allemaal hun eigen mogelijkheden en specialiteiten, iedereen kon in het
proces stappen.

Lees meer...

Rechtssysteem.

Rechtsstaat : res publica
o Eerste rechtsstaat.
o Algemeen belang.
o Iedereen is op de hoogte van zijn rechten en plichten.
o Zo werd de rechtsleer ontwikkeld.
Bescherming privaat bezit
Contractstelsel
o Justitie was openbaar.
o Rechtzaak openbaar op het forum door verkozen magistraten.6
Justitie : openbaar
Politiemacht : quasi onbestaande.
o Als het zwaar misliep kon men het leger inschakelen.
o Er was sprake van bewakende slaven.
o Ook de collegiae speelden een rol.

Lees meer...

Technologie.

Enorme ontwikkeling die de basis legt voor verdere ontwikkeling van de middeleeuwse technologie.
Watermolens (men heeft er stukken van teruggevonden).
o Veel meer verspreid dan eerder gedacht.
o Bv. het watermolencomplex van Barbegal (bij
Arles: afbeelding) hier stonden gigantisch veel
watermolens voor het malen van graan.
Schroef van Archimedes
Mijnbouw.
o Kunstmatig versnelde erosie (bv. water van
bergketens laten razen).
o Goudmijnen.
o Lood en zilvermijnen. Er was enorm veel lood in
de lucht bij de Romeinen, wat sporen nagelaten
heeft in het ijs van Groenland.
Massaproductie (vb ceramiek in reuzenovens (bvb La Graufesenque meer dan 30.000 stuks)
Mobiliteit:
o Niet alleen voor soldaten.
o Technologische kennis.
5 Rome II!

o Wegen, bruggen, rivierwegen, haveninstallaties.
o Maar blijft relatief traag en duur door tijdsdecalage informatie, kostprijs transport.

Lees meer...

Ideologie en Status: de beroepsactiviteiten volgens Cicero

Relevantie en representativiteit van deze ideologie ?
~ europese aristocratie 17-18e e. ! Ook voor hen werd het als oneerbaar gezien om zich bezig te
houden met handel.
tegenvoorbeelden van aristocraten die in handel/bankwezen actief waren:
o Bv. Solon, was handelaar/bankier.
o Demosthenes
o Cato de oudere, de grootvader / vader keizer Vespasianus …
Er viel namelijk enorm veel geld te halen uit handel : het was een bijzondere grote bron van
inkomen.
samenstelling grote vermogens : land + slaven + interestdragende leningen
groot belang ‘collegia’ (‘verenigingen’)5
o Deze waren een integraal deel van de stad.
o Ze gaan ‘de driften’ gaan bemiddelen.
o Ze zorgen ook voor religieuze festivals.
o Ze stonden ook in voor contact met de overheid.
o Het bestond uit gewone mensen : de collegiae deden dienst om succesvolle mensen te
laten opklimmen. Eerst binnen de collegiae, dan binnen de politiek.

Lees meer...

Monetisatie en financieel system.

Ontstaan muntgeld ° ca. 600 v.c.
o Snelle verspreiding ~ Griekse kolonies
nominale waarde (de waarde van het metaal) > intrinsieke waarde (de waarde die men geeft aan
het stuk metaal)
Kleine denominaties (kleinhandel)
Legal tender
Romeinse ‘eenheidsmunt’
o Wettelijk verplicht.
o Er was geen eenheidsmunt in de Middeleeuwen.
MAAR : geen papiergeld of andere monetaire instrumenten (bv. wisselbrief).
o Wel uitgebreide kredietmarkt
o Wel ‘account money’ in beperkte contexten (leger): ze krijgen hun soldij op een
‘rekening’.
o Ook waren er bepaalde juridische procedures (oa. overdracht schulden) maar dit was vrij
beperkt.

Lees meer...

Demografie.

Lage levensverwachting (ca. 25-35 jaar) Dit kwam o.a. door de steden, waar het zeer ongezond
om leven was. Ook waren er grote regionale verschillen in de levensverwachting, in grootsteden
lag dit lager.
termijn groei ca. 1000 (?) v.C. – 200 n.C., daarna achteruitgang.
Bevolkingsniveau ca. 200 n.C. ~ middeleeuws Europa ca. 1300 (ca. 60 – 80 miljoen ?) Er was namelijk
sprake geweest van een grote bevolkingsachteruitgang door de Antonijnse Pest uit de tweede eeuw
voor Christus.
Maar grote regionale variatie => migratie (platteland naar stad) + mobiliteit
Hoge graad verstedelijking

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen