Menu

Socialisme wijsbegeerte

Deel dit artikel:
  • De term

Verwijst naar theorieën van Saint – Simon, Fourier en Owen,die, in de plaats van het bestaande economische stelsel, vormen van samenleving en productie voorstellen die die meer een beroep doen op samenwerking onder de mensen dan op onderlinge competitie.

  • Als ideologie

Socialisme = nogal omvangrijk conglomeraat van overtuigingen en opties betreffende de structurering van de maatschappij

 hebben gemeenschappelijke basis, maar lopen verder nogal sterk uiteen (communisme, anarchisme, syndicalisme, mutualisme, reformisme)

    • Socialisme > liberalisme

- Humanitaire idealen: * Gelijkheid onder de mensen

* Recht op geluk

- Liberalisme  vrijheid als centraal thema

- Socialisme  rechtvaardigheid als centraal thema

- Aufklärungsgeloof: mogelijkheid van een betere wereld

- Realiseren van de politieke vrijheid alleen, heeft de wereld niet beter gemaakt

    • Eerste belangrijke stelling

Kapitalistische wereldorde, gebaseerd op economisch liberalisme, brengt een maatschappij voort die onrechtvaardig is en moreel verwerpelijk

DUS: streven naar een betere wereld = strijd tegen kapitalisme en opbouwen van nieuw maatschappelijk stelsel van productie en distributie van goederen

    • Grondprincipe van nieuwe m’pij

≠ concurrentie tussen de individuen

= samenwerking en solidariteit onder de mensen

 alle socialisten willen een grondige hervorming van de maatschappij,

MAAR: worden het moeilijk eens over: * het type maatschappij dat moet tot stand komen

* methode die men moet volgen om de hervormingen te realiseren

    • Internationalistisch karakter

Socialistische beweging kan alleen resultaat hebben wanneer de arbeiders van alle landen samenwerken om de bestaande structuren omver te werpen

  • Ontwikkeling van de Socialistische Ideologie
    • Gracchus Babeuf

- “Analyse de la doctrine” (1796)

- Socialisme gaat terug op aantal tendensen van het liberalisme en de Revolutie

- Mens heeft recht op een gelijk aandeel in elk bezit

- Revolutie is nog niet volledig: alle goed dingen van het leven worden genomen door de rijken (dictators) en de armen zwoegen in miserie zoals slaven

    • Owen, Fourier en Proudhon

= Utopisch – socialisten (= (niet volledig correcte) term die Marx gebruikt om al zijn voorlopers aan te duiden)

Socialistische maatschappij:

- verzameling van kleine gemeenschappen

- volledige samenwerking bestaat op het gebied van landbouw en industrie

- winsten op (bijna) gelijke wijze verdeeld

- tussen gemeenschappen: vrije interactie en coöperatie is mogelijk

- rol van centrale autoriteit / staatsgezag tot minimum gereduceerd

    • Saint – Simon

= vertegenwoordiger van het wetenschappelijk socialisme

- Maatschappij moet gepland worden op grond van wetenschappelijke en technologische inzichten

è Vooruitgang van wetenschap en techniek vereist dit

è geen geknoei van onwetende politici of zinloze concurrentiestrijd meer

- centrale organisatie van de productiemiddelen

- voortdurende bevordering van het wetenschappelijk onderzoek

- beheer van dit alles door mensen die de noodzakelijke wetenschappelijke en zakenkennis hebben (géén politici!)

- centraal doel = materiële en intellectuele verbetering van het lot van de armen

    • Marx

- “Communistisch Manifest” (1848)

- Nadruk op belang van de maatschappijanalyse

- Toekomstvisie = gebaseerd op historisch materialisme

- Bestaande m’pij = moreel aanvaarbaar

EN

= gedoemd om te verdwijnen op grond van de historische wetmatigheden

- Grote terughoudendheid als het erop aankomt in concreto de toekomstige maatschappij te beschrijven (“proletariaat zal zelf wel de goede weg vinden”)

- Grootste invloed van Marx: duidelijke polarisatie van het sociaal probleem als een strijd tussen proletariaat en bourgeoisie die moet uitlopen op de omverwerping van het kapitalistisch systeem

- Marx incorporeert en synthetiseert de waardevolle inzichten van zijn voorgangers: “de communistische maatschappij kan slechts via een socialistische worden gerealiseerd”

- “Proletariërs aller landen, verenigt u!” = internationaal aspect

  • Het reformisme

= sociaal – democratie

= revisionisme

Socialistische en communistische partijen: succes bij verkiezingen : komen in regeringen  hervormingen en lotsverbeteringen van de arbeider

>>> droegen zo toe tot het consolideren van de kapitalistische staatsstructuur, in plaats van ze omver te werpen !

onzekerheid in de ideologie: princiepsverklaringen bleven revolutionair, maar waren in praktijk reformistisch

>>> concrete formulering van het reformisme als ideologie door Edward Bernstein en door de Fabian Society

    • Bernstein

Marxistische doctrine moet worden herzien omdat de ‘steeds groter wordende verarming van het proletariaat’, de ‘uitschakeling van de middenklasse’ en de ‘ineenstorting van het kapitalisme’ zich niet voordeden.

    • Fabian Society

- Oa: Sidney Webb en Georges Bernard Shaw

- Progressieve hervormingen: * nationalisatie van de industrieën

* omvormen van de staat tot een welvaartsstaat

- Tractaten Fabian Society = goed geïnformeerd

- Grote invloed op de verdere politiek van de Labour Party

    • Hendrik de Man

- Belg

- Deed poging om vanuit zijn vorm van socialisme een oplossing te brengen voor de problemen gesteld door de grote economische crisis

  • Twee groepen socialisten

Strikt Marxistische – Leninistische socialisten  reformistische socialisten

Marxisten en Leninisten

 Sterke partijdiscipline

Reformisten

 laten zich beïnvloeden door pragmatische en electorale overwegingen, zodat de ideologische grondslag minder en minder duidelijk wordt

Relevante artikels

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen