Nationale verzoening 1780 - 1830
- Gepubliceerd in Geschiedenis
- Lees 782 keer
Rond 1800 kwam de door velen gewenste ‘nationalisering’ van de revolutie, waarbij nu ook de oud-orangisten betrokken werden. In veler ogen was de rol van Oranje in Nederland echter uitgespeeld.
In 1801 kwam er een nieuwe staatsgreep: verandering personeel en staatsstructuur. Het nieuwe staatsbewind was minder democratisch en centralistisch. De oude regenten kwamen vaak terug aan de macht in samenwerking met Bataafs personeel. De oude gewestnamen werden hersteld.
Rond 1800 begonnen de Fransen zich meer als bezetter te gedragen, samen met de nationalisering van de revolutie leidde dit tot een nieuw vaderlands gevoel (1800 – 1813). Dit gevoel was cultureel, nauwelijks politiek. Met de vrede van Amiens (1802 – 1803) kwam er nieuwe hoop: de handel en scheepvaart leefden weer op, daarna zouden de Britten dit weer aan banden leggen. De experimenten inzake staatsvorm blijven doorgaan in opdracht van de Fransen. In 1805 kwam er een nieuw systeem met een soort president: Jan Schimmelpenninck. Dit bewind duurde slechts 1 jaar, maar was toch van belang: belastingshervorming en schoolhervorming.
In 1806 werd Nederland een monarchie onder de broer van Napoleon: Louis Bonaparte. Hij bouwde voort op het beleid van Schimmelpenninck. In 1808 werden de gilden (relicten Ancien Regime) afgeschaft. Lodewijk deed het niet goed genoeg volgens Napoleon, waarna Napoleon het Koninkrijk Holland bij het Franse Keizerrijk inlijfde.
De inlijving was een duidelijke breuk: volledig verlies van onafhankelijkheid, invoering Franse wetboeken (blijvende invloed), bestuur en administratie werden hervormd door de typische Napoleontische gelijkschakeling. De Franse bezetting werd steeds drukkender. Verzet rees, maar bleef vooral cultureel, niet activistisch.
(zie kaartje op blz. 231: De politieke evolutie 1780 – 1806)