Menu

HOOFDSTUK 19 - DE STRIJD VOOR KERKHERSTEL: REFORMATIE DOOR REORGANISATIE

Deel dit artikel:

§ 1. Reformatie door reorganisatie

Terugblik: het Algemeen Reglement van 1816 perkt de bevoegdheid van de synode in tot het besturen van de kerk, over leerverschillen mag zij niet oordelen. Dit blokkeert de belijdende functie van de kerk. De roep om herstel van het gezag van de belijdenisgeschriften en terugkeer naar de Dordtse kerkorde gaan daarom meestal samen.

Hoedemaker: het is vooral Hoedemaker geweest, die uit die ervaring de consequentie trok, dat de volgorde moest worden omgekeerd. Eerst reorganisatie, dan reformatie. Als je in een bestaande organistatie gaat hervormen, dan bouw je een huis op drassige grond. Het moet niet gaan om het bestuurlijk twisten over het al of niet handhaven van de belijdenisgeschriften, maar men moet zich naar presbyteriale kerkorde op geestelijke wijze kunnen bezighouden met het functioneren van het belijdens karakter. Gunning werd voor deze visie gewonnen. Dit leidde tot nieuwe activiteit. Dit zorgde ervoor dat verschillende pogingen werden ondernomen om te komen tot eerherstel van de classicale vergaderingen als de grondvergaderingen van de kerk en tot de vorming van een generale synode. De vrijzinnigen: in de kring van de Vereniging van Vrijzinnige Hervormden ontstond over dit alles een gevoel van verontrusting; men vreede dat het wezen van de Vrije Volkskerk in gevaar kwam. Ze beoogden via een voorstel om de rechten van de minderheden te waarborgen. Tegelijkertijd besefte men wel, dat de vrijheid in de kerk geen onbeperkte vrijheid kan zijn. In 1922 publiceerde men een ontwerp van Niemeyer. De polemiek, die op deze conceptverklaring volgde, openbaarde veel verschil van mening onder de vrijzinnigen. Men kwam er niet uit, maar de behoefte bestond om zich duidelijk uit te spreken.

§ 2. Het Nederlands Hervormd Verbond tot Kerkherstel

Het ontwerp-1929: in 1927 geeft de synode de opdracht een reorganisatiecommissie samen te stellen, het A.S.C.. Hier komen ‘presbyteriaal gezinden’ in. De commissie dient in 1929 een concept voor een nieuw Algemeen Reglement in. De hoofdzaak was opnieuw de ‘grote synode’, nadruk op het geestelijk ambt en de ambtelijke vergaderingen, op het belijdend karakter van de kerk, en invoering van justitie le en geestelijke tucht bij ernstige ondermijning van de grondslagen van de belijdenis. Het voorstel werd verworpen. Kerkherstel: de teleurstelling leidt tot het stichten van het ‘Nederlands Hervormd Verbond tot Kerkherstel’ (1930). Men stelde zich ten doel te ijveren voor een reorganisatie in de geest van het Ontwerp-1929. Ze gaan uit van het kerkbegrip van het gereformeerd protestantisme, zoals dat wordt verwoord in vraag en antwoord 54 van de Heidelberger Catechismus. Opnieuw een Grote-Synode-voorstel: ook in 1933 komt er een Grote-Synode-voorstel, ingediend door het hoofdbestuur van Kerkherstel. Weer wordt de afvaardiging van synodeleden door classicale vergaderingen van de hand gewezen.

§ 3. De Vereniging Kerkopbouw

Oprichting: in 1931 wordt vanwege het confessionele karakter van Kerkherstel de (m.n. ethische) ‘Vereeniging Kerkopbouw’ gesticht. Kerkopbouw komt met een breed program, gericht op de nieuwe samenleving Reorganisatie-ontwerp: in 1932 komt Kerkopbouw al met een breed opgezet reorganisatieontwerp: een heel nieuw opgezet Algemeen Reglement. Hierin is opgenomen het herstel van het geestelijke karakter van de ambtelijke vergaderingen en toepassing van kerkelijke tucht bij excessen. Het ontwerp wordt breedvoerig besproken en in een buitengewone synodevergadering verworpen.

§ 4. De vrijzinnige hervormden

De oprichting van Kerkherstel en Kerkopbouw leidde tot een nieuwe polemiek onder vrijzinnige hervormden. Sevenster schrijft in het blad Kerk en Wereld dat in de kerk alles geconcentreerd behoort te zijn om de belijdenis dat God zich in Jezus Christus heeft geopenbaard. Hij wenste een belijdende kerk, geen belijdeniskerk. Deze visie botst met het vrijheidsbegrip van Horreu s de Haas. Latere ontwikkelingen: sinds die tijd is bij de vrijzinnigen het belijdenis- en tuchtprobleem steeds aan de orde gebelven, en het zou de grootste moeite kosten de eenheid te bewaren. Onder leiding van J. Lindeboom werd een beginselverklaring opgesteld, waarin de hervormde kerk, als deel van de algemene christelijke kerk werd genoemd.

§ 5. Kerkherstel en Kerkopbouw vinden elkaar

Nadat het reorganisatie-ontwerp van Kerkopbouw in 1935 door de synode verworpen was, hebben de hoofdbesturen van Kerkherstel en Kerkopbouw elkaar gezocht en in een aantal besprekingen onder leiding van P. Scholten op nagenoeg alle belangrijke punten een akkoord bereikt.

§ 6. Het akkoord in de kerk

Verdeeldheid van meningen: het reorganisatie-front lijkt nu breder dan ooit. Een groot deel van de Bond verklaart zich tegen: de proclamatie tot belijdende kerk laat het conglomeraat aan richtingen onverlet. Uit de linkerhoek van Kerkopbouw klinkt het tegenovergestelde bezwaar: de binding aan de belijdenis is te strak en het kerkbegrip te statisch.

Het akkoord in de synode: in 1938 wordt het ontwerp in een buitengewone synodevergadering grondig besproken en in eerste aanleg aangenomen (10-9). Er ontstaat nu grote agitatie in de kerk en de tegenstellingen verscherpen zich. Het ontwerp wordt alsnog verworpen en de zaak van de reorganisatie komt op het bordje van de Algemene Synodale Commissie. Resultaat is handhaving van 1816. Men zoekt nu een andere taktiek: de reorganisatie moet van onderen, vanuit de gemeenten geleid worden en in etappes plaatsvinden (via een kerkelijke Constituante). Deze constituante zou eerst later gerealiseerd worden in het zogenaamde ‘werkorde-voorstel’, neergelegd in de vorm van acht additionele artikelen bij het Algemeen Reglement.

Relevante artikels

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen