Een verbeterd sociaal klimaat 1890-1935
- Gepubliceerd in Geschiedenis
- Lees 705 keer
De vruchten van de economische groei kwamen ten goede aan de totale bevolking maar waren toch vooral in het voordeel van de ondernemers en financiers. Het groter aantal arbeiders kreeg wel te maken met een loonstijging maar ook een indrukkende stijging van de arbeidersproductiviteit. De verbetering van de levensomstandigheden en reglementering van kinder –en vrouwenarbeid was dan ook vooral te danken aan de wijziging van arbeidsvoorwaarden en sociale verzieningen.
De landbouwbevolking daarentegen was flink uitgedund door de crisis maar kon eind 19e eeuw ook profiteren van de heropleving door katholieke landbouwpolitiek en de Boerenbond.
De kleine burgerij nam in aantal toe door ondermeer de groeiende tertiaire sector en deelde ook in de stijgende welvaart. De ambachtelijke groepen kregen aanvullende taken en sommigen schakelden gewoon over naar handel en reparatie.